39 drenkelingen. reeds kon worden overgegaan. Het afdeelingsbestuur heeft de stichting „Haagsch Blokbrandweerfonds” in het leven geroepen, welke stichting, daartoe in staat gesteld door een rentelooze leening van de Gemeente (zie bladz. 38) en eenige giften, voor de aanschaffing van blokbrandweermaterieel zorg draagt, zoolang door de burgerij nog geen voldoende fondsen zijn bijeengebracht. Met het verkregen materieel werd regelmatig geoefend. Voorts werden talrijke cursussen in E.H.B.O. gehouden, waaraan ook vele vrouwelijke leden deelnamen, terwijl verscheidene voor drachten en tentoonstellingen plaats vonden. Door het afdeelingsbestuur werd ook de stichting „Haagsch Gasmaskersfonds” gevormd, waaraan de Gemeente eveneens financieelen steun verleende (zie bladz. 38). Door deze stichting waren op 31 December 7 745 gasmaskers tegen contante betaling verstrekt, terwijl voor 2 309 gasmaskers een huurkoopovereen komst was gesloten. Op 19 Januari werd door de afdeeling deelgenomen aan de provinciale verduisteringsoefening. De baten en lasten der afdeeling bedroegen f 58.673,39. De Haagsche Vrijwillige Brigade tot Redding van Drenke- Redding van lingen telde op 1 Januari 1940 270 leden en donateurs, w. o. 217 (54 dames en 163 heeren) gewone leden. Hiervan waren 35 dames en 126 heeren gediplomeerd. Leden der Brigade verleenden in 1939 in 4 gevallen hulp aan drenkelingen. Medewerking werd verleend bij gehouden verduisteringsoefeningen, waarbij langs de grachten wachten werden uitgezet. Behalve het gewone toezicht bij het baden in zee werd boven dien toezicht gehouden bij het baden van groepen militairen. Medewerking werd verleend aan de afdeeling Ontwikkeling en Ontspanning voor militairen door het deelnemen aan demon straties en het kosteloos lesgeven in zwemmend-redden. Het Consultatiebureau van de Nederlandsche Middernacht- Middernacht- zending ontving in 1939 544 bezoekers. Er werden o.m. 113 vader- zending, schapsacties gevoerd. In het Doorgangshuis zijn 32 meisjes op genomen. De maatschappelijke werkster legde 1187 bezoeken af. Het aantal vergunningen bedroeg op 31 December 477, het Drankwet maximum aantal, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 24 De cember 1930. Het vergunningsrecht bleef bepaald op f 12,50 van iedere f 50,huurwaarde. De totale opbrengst van het vergunningsrecht krachtens de Drankwet bedroeg over het vergunningsjaar, geëindigd op 30 April 1939, f 103.478,75, waarin aan hotel-vergunningsrecht f 896,25 is begrepen. De opbrengst van het verlofsrecht over het verlofsjaar, ge ëindigd op denzelfden datum, was f 12.337,50. De staat op de volgende bladzijde bevat de opgaven, bedoeld in de artikelen 35 en 51 der Drankwet.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1939 | | pagina 42