41 11 4. Avondnijverheidsonderwijs. In het aantal en de plaats van vestiging van de avondnijver- Algemeene heidsscholen, alsmede in de algemeene regeling van liet onder- opmerking, wijs en de schooltijden kwam, geen verandering. Op 1 Januari 1939 telde de school 121 leerlingen (76 jongens Leerlingen, en 45 meisjes). In den loop van het jaar verlieten 21 jongens en 15 meisjes de school en werden 13 jongens en 15 meisjes toege laten, zoodat aan het eind van het jaar de school door 68 jongens en 45 meisjes, in totaal 113 leerlingen werd bezocht. Hiervan waren 18 leerlingen afkomstig uit andere gemeenten. Voor zoover de ouders der van elders komende leerlingen het schoolgeld en de reis en/of kostgelden niet konden betalen, werd hierin voorzien door de besturen van andere gemeenten, arm en kerkbesturen, de vereeniging „Steun aan het doove kind” en het Onderwijsfonds van de „Vereeniging voor slechthoorenden”. Bij gebrek aan fondsen voor dit doel moesten ook thans weder verscheidene aanvragen om toelating worden afgewezen. Een aantal kinderen kon naar een vacantiekolonie worden uitgezonden. Bovendien stelde de jeugdcommissie uit de „Ver eeniging voor slechthoorenden” een 8-tal jongens en meisjes in staat deel te nemen aan, in het bijzonder voor slechthoorenden ingerichte, zomerkampen. Voorts werden ook in dit jaar weder vele leerlingen dezer school betrokken in het werk der pad- vindersorganisaties. Het geneeskundig toezicht op en de behandeling van de leer- Geneeskundige lingen ondergingen geen verandering, evenwel met dien ver- verzorging, stande, dat Dr. D. Wiersma niet alleen als schoolarts, maar ook als psychiater optrad. Het aantal consulten van den oorarts bedroeg 6 417. Ook gedurende 1939 leverde de tandarts-obturist Ph. Regens burg obturatoren voor de kinderen met gespleten gehemelte, waarvan de kosten, naar gelang van de draagkracht der ouders, geheel of gedeeltelijk door de Gemeente werden betaald. VERSLAG LAGER ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1939 | | pagina 879