33
7
STAAT II.
33 115 I
Ten aanzien van de vrouwelijke beroepen bleef het bemidde-
lingsresultaat belangrijk beneden dat van 1939 (1939: 11541
plaatsingen; 1940: 10126). Ook het aantal aanvragen van werk
gevers daalde en wel van 21541 in 1939 tot 18 412 in 1940; het
aantal aanbiedingen van werkzoekenden bleef vrijwel constant,
nl. 21 270 in 1939 en 20 959 in 1940.
Uit het bovenstaande blijkt, dat aan ruim 8 000 aanvragen
om vrouwelijke krachten niet kon worden voldaan, hetgeen
hoofdzakelijk veroorzaakt werd door de groote dienstboden-
schaarschte en het tekort aan vrouwelijk pension- en hotel
personeel.
Hierna volgt een vergelijkend overzicht van de resultaten
der arbeidsbemiddeling, zooals die over 1938, 1939 en 1940 te
Amsterdam, Rotterdam, ’s-Gravenhage en Utrecht werden ver
kregen, met vermelding van het percentage van stijging en
daling der aantallen aanbiedingen, plaatsingen en aanvragen.
VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.
Stijging of daling
193S
1939
1940
Aanbiedingen.
6,3
30 543 I
Plaatsingen.
44 391
48 357
45 295
27 281
30 765
35 119
28 478
32 140
9 709
11 914
Aanvragen.
69 503
Amsterdam
66 254
36 395
41 865
42 557
39 722
12 636
13 499
Amsterdam
Rotterdam
’s-Gravenhage
Utrecht
Amsterdam
Rotterdam
’s-Gravenhage
Utrecht
Rotterdam
’s-Gravenhage
Utrecht
82 308
44 429
15 919
156 661
142 019
100 182
32 482
38 310
11 336
51 587
32 842
126 116 i
108 566
25,7
21,5
4,2
20,6
9,-
4- 12,8
12,8
22,7
3.2 20,4
5.3 j 38,-
5.7 I 15,1
7.8
6,3
14,1
18,7
- 4,8
130 089
102 852
87 026 I
-r 6,5
15,-
11,9
4- 17,9
in pCL
1939 1940