33 17 STAAT XII. Werkvrouwen en Fabriekspersoneel. I onder de aangeboden arbeidskrachten vele personen zijn, die om allerlei redenen ongeschikt zijn voor den arbeid, welken zij willen verrichten, en uit dien hoofde door de openbare arbeids bemiddeling niet voor plaatsing in aanmerking kunnen worden gebracht. Het aantal plaatsingen zou veel grooter kunnen zijn, indien er voldoende geschikte dienstboden voor dag en nacht en dagmeisjes beschikbaar waren. Het reeds nijpende tekort aan dagmeisjes werd in het verslagjaar nog grooter blijkens een vermindering in het aanbod van 2 567 in 1939 tot 1 520 in 1940. Het plaatsingscijfer liep dan ook met ongeveer de helft terug. De vraag naar dagmeisjes is evenwel aanzienlijk minder geworden dan in 1939; de oorzaak hiervan ligt deels in een algemeen streven naar bezuiniging, deels in de omstandigheid, dat de werkgeefsters, bekend zijnde met het geringe aanbod van geschikte krachten, werksters in dienst namen, meermalen nog zonder tusschenkomst van de Arbeidsbeurs. De terugkeer van vele Duitsche dienstboden heeft uiteraard ertoe bijgedragen het gebrek aan deze arbeidskrachten te ver scherpen. De opleiding van binnenlandsche meisjes tot dienst boden is van nog te geringen omvang om voor de arbeidsmarkt van beteekenis te zijn. Voor de cursussen bestaat bij de werk- looze meisjes slechts weinig belangstelling, vermoedelijk omdat op ander terrein vele arbeidsmogelijkheden voor vrouwelijke krachten bestaan. Het totaal aantal aanvragen was bijna 6 000 minder dan in het voorafgaande jaar (19 053 in 1939 tegen 13 022 in 1940). Hier door onderging het totaal der plaatsingen en voldane aanvragen een vermindering, nl. 1803 resp. 1 980. Ook de vraag naar werkvrouwen liep terug (734)de vermindering van het aanbod (620) hield hiermede echter gelijken tred. 8 050 j VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS. BEROEPEN. Totaal 9 528 6 235 Boekbindsters Baksters Werkvrouwen Overige beroepen 2 105 6 190 9 1 45 6 174 15 55 210 9 233 30 Aan vragen. Aan- I biedingen. I J Voldane aanvragen. 6 306 2) Hiervan werden geplaatst door de afdeeling Vrouwelijke Beroepen: 6 299; Bijzondere Bemiddeling: 7. Plaat- singen. 5 70 7 951 24

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 511