35
8
Voor 1940 nader gespecificeerd als volgt:
De Armenraad bracht voor steunverleening 2 821 rapporten
uit, tegen 1315 in 1939 en 1 627 in 1938.
De oorzaak der vermeerdering van dit aantal rapporten is
gelegen in het feit, dat ten gevolge van de tijdsomstandigheden
een grooter aantal nieuwe steunaanvragen werd ingediend.
Aantal onder- Het aantal partijen, dat wekelijksche ondersteuning ontving
steunde partijen. was 0Ver de jaren 1938 tot en met 1940:
VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.
1940.
Waarvan voor:
4 340
4 653
Totaal
59 745
1939.
1940.
1938.
Totaal.
Aantal
Aantal
Aantal
Aantal
partyen.
partijen.
partyen.
personen.
personen.
personen.
29 880
11 908
2 942
505
1 511
25 427
691
10 712
12 019
1 174
325
604
1 820
4 611
9 025
3 682
41 899
4 116
1 109
1 016
3 331
16 519
14 394
34 452
11 169
502
3 752
1 645
1 570
2 828
7 954
422
30 730
11 566
594
2 471
607
1 761
12 767
26 498
Aantal onder
steunde per
sonen.
Op 1 Januari in
ondersteuning
In ondersteuning
opgenomen
Totaal in onder
steuning.
Uit ondersteuning
afgevoerd
Op 31 December in
ondersteuning.
Op 1 Januari in ondersteuning
In ondersteuning opgenomen
Totaal in ondersteuning
Uit ondersteuning afgevoerd
Op 31 December in ondersteuning
Toekenningen
Verhoogingen
Verlengingen
Verlagingen
Intrekkingen
Afwijzingen
Armlastigen
(validen
inbegrepen).
Kooplieden en
venters.
9 100
5 105
38 239
4 592
8 491
1 089
9 722
5 167
39 505
4 456
8 863
1 025
Werkloozen-
Armenwet.
eigenl.
armlas
tigen
en
validen.
7 738
4 497
35 750
4 021
6 884
855
koop
lieden en
venters.
845
318
1 923
223
942
89
11 908
4 6H
16 519
3 752
12 767
werk-
loozen
Armen
wet.
1 139
352
1 832
212
1 037
81
personen.' partyen. 1
10 707
3 602
14 309
3 010
11 299
11 299
3 769
15 068
3 160
11 908
66 616 68 738
8 918
4 847
35 694
4 234
8 326
1 260
i-j
i 63 279
1939.
Totaal.
1938.