48 nog niet in aanmerking komen voor buitengewoon lager onder wijs, doch op de gewone school moeite hebben zich te handhaven en daardoor ook in hun lichamelijken gezondheidstoestand worden aangetast, kunnen vaak niet geweigerd worden. Zij knappen op de buitenschool dan meestal aardig op, maar het resultaat gaat in den regel weer verloren. Ook zoogenaamd ner- veuse kinderen, waarvan de nervositeit op een stoornis in den aanleg berust, deelen dit lot. Daarentegen zijn de resultaten bij kinderen, die, in aanleg goed, ten gevolge van veel ziekten en moeilijke uitwendige omstandigheden niet over het doode punt heen kunnen komen, bijna zonder uitzondering goed en wel blijvend goed. Het is niet altijd van te voren te zeggen, zoodat nogal eens tot een plaatsing op proef moet worden overgegaan. Wanneer er in de verschillende stadswijken scholen waren voor individueel onderwijs met kleinere klassen voor die leer lingen, die het niet goed kunnen bolwerken bij het gewone lager onderwijs, maar stellig niet thuis hooren bij het buitengewoon lager onderwijs, zou de buitenschool van deze categorie kunnen worden bevrijd en dan wellicht aan de vraag behoorlijk kunnen voldoen, wat nu lang niet het geval is. Een andere groep leerlingen, die bijzondere aandacht ver dient, is die der asthma-lijders. Ook zij dreigen de buitenschool te „verstoppen” en wel des te meer, naarmate de buitenschool meer bekendheid heeft verworven. Zij genezen er lang niet altijd en moeten soms heel lang op de school blijven. Omdat zij toch wel op de buitenschool in betere conditie zijn, wordt de proef altijd wel genomen. Om de buitenschool te ontlasten, worden zij, als het eenigszins gaat, aanbevolen voor langdurige verpleging in een gezondheidskolonie, waar ook onderwijs wordt gegeven, (zg. B-verpleging). Daar zijn zij practisch altijd vrij van aan vallen, om na thuiskomst maar al te vaak in den ouden toestand terug te vallen. Deze omstandigheden verklaren, waarom ten slotte slechts een kleine helft van de leerlingen blijvend verbeterd blijkt. Dit ligt niet aan de buitenschool, maar aan leemten in behandelings mogelijkheden voor de hierboven genoemde groepen van leer lingen. Regelmatig worden door de schoolartsen leerlingen opgegeven om te worden gekeurd voor de buitenschool. Zij worden dan aan een meer uitgebreid onderzoek onderworpen. Een deel wordt dan geschikt bevonden voor de buitenschool en, naar gelang van den ernst van het geval, min of meer vooraan op de lijst van wachtenden ingevoegd. Dat bij deze keuring nogal eens bijzon derheden aan het licht komen, die om andere maatregelen vra- 37 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 721