52 Zuigelingen bescherming. (75 jongens en 47 meisjes), waarvan 66 slechthoorenden, 27 gehemeltespleetlijders en 29 spraakgebrekkigcn. Het aantal slechthoorenden is voor het eerst sinds jaren niet achteruitgegaan, de spraakgebrekkigen gingen in aantal voor uit. De wenschelijkheid van een nauwkeurig onderzoek, vooral naar het aantal slechthoorenden op de lagere scholen, waarop in het vorige jaarverslag werd gewezen, blijft m. i. onvermin derd bestaan. De gezondheidstoestand der leerlingen was, in aanmerking genomen de moeilijke tijden, bevredigend te noe men. Echter moeten verscheidene kinderen, vooral uit de om liggende gemeenten afkomstig, door vervoersmoeilijkheden vaak de school verzuimen. Het aantal consulten van den oorarts en zijn helpster be droeg 7 088, voor loopooren waren in doorloopende behandeling 1 20 kinderen, waarvan sommigen (voorgoed?) van hun loopoor bevrijd werden. Het gehoor van alle schoolkinderen werd weer 2 maal in het verslagjaar onderzocht. Ook nu leed het grootste deel der slechthoorende kinderen aan middenoor-doofheid in haar verschillende vormen. Ook de gehemeltespleetlijders hebben meerendeels vermin derd gehoor door loopooren, chronische middenoor-catarrh en chronisch tubair-catarrh. Aan enkelen werd een obturator ver strekt door den tandarts Regensburg. Onder hoorstomme kinderen zijn er verscheidene met gehoor- defecten. Noch deze, noch de slechthoorende gehemeltespleet lijders zijn tot de slechthoorende kinderen gerekend. Ook gedurende het verslagjaar kwamen weer verscheidene oud-leerlingen der school voor advies en behandeling. Uitgenomen een spreekuur, dat door twee der wijkartsen gehouden wordt voor zuigelingen uit de eigen practjjk, omdat de plaatselijke omstandigheden zich hiertoe leenen en dit voor alsnog ook kunnen motiveeren, wordt door de artsen van den G. G. en G. D. geen consultatiebureau voor zuigelingen geleid. De zuigelingenbescherming is toevertrouwd aan de ’s-Graven- haagsche Centrale Vereeniging tot bescherming van Zuigelin gen en Kleuters, welke vereeniging door een Gemeentesubsidie in staat wordt gesteld haar taak te verrichten. De bemoeienissen van de Vereeniging zijn thans verder uit gegroeid dan wat door het subsidie wordt gedekt. Zoo zijn er eonsultatiebureaux, waarvan de leiders niet of onvoldoende worden gehonoreerd, omdat de eigen inkomsten van de Ver eeniging te zamen met het subsidie daarvoor niet toereikend zijn. Nu over het bestaansrecht der eonsultatiebureaux voor zui- 37 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 725