bi it F 11 IfJ 43 33 Aantal ge slaagden voor het eindexamen naar leertijd. 22,2 I lob,handels(dag)- !hool (-scholen) gSe c ii-i In het algemeen is vast te stellen, dat het grootste deel der vertrokkenen bij het dagonderwijs de school verliet met onvol doende vorderingen; behoudens enkele uitzonderingen blijkt, dat voor de jaren 1932 en volgende de percentages uiteenliepen van ongeveer 60 tot 80. Voor de jaren 1939 en 1940 zijn de percentages voor de openbare gymnasia belangrijk gunstiger, waartegenover de percentages voor de openbare handelsschool voor 1940 zeer hoog zijn. De percentages voor de jongens zijn behoudens enkele uitzonderingen hooger dan die voor de meisjes. Bij de handelsavondscholen zijn de percentages belangrijk lager, hetgeen vooral geldt voor de openbare inrichtingen, ter wijl bij dit soort onderwijs de verschillen tusschen de percen tages voor de jongens en meisjes in het algemeen grooter zijn dan bij het dagonderwijs. ut VI.) 3 VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS. Meisjes. Schoo Ij aar. subare gymnasia tonde re gym nasi a «nbare h. b. s.2) Andere h. b. 11 Schooljaar 1980/1931. 51,7 75,1 69,2 73,7 70,6 81,8 54,5 7,8 18,8 15,2 15,4 23,1 15,5 9,5 19,9 26,1 21,8 25,3 25,3 15,7 27,7 30,9 31,6 32,4 26,1 10,3 21,8 24,4 26,- 24,2 27,8 5,3 18,8 17,8 20,- 13,1 10,2 57,- 54,4 42,3 62,5 45,2 34,3 ‘)42,9 56,4 36,7 56,8 68,9 55,7 63,3 47,8 40,5 53,8 50,- 40,- 62,9 55,1 54,6 61,4 55,- 50,5 52,2 48,7 44,2 56,9 63,- 47,1 47,8 40,- 46,8 31,- 47,8 37,9 36,1 37,4 34,7 34,8 59,1 41,2 41,7 41,1 36,2 30,5 73,- 47,7 51,1 42,2 50,8 39,- 37,2 30,7 32,6 35,9 32,7 27,6 27,5 33,- 26,1 38,2 27,9 43,7 36,5 34,4 33,- 31,- 32,9 39,1 30,6 37,- 33,9 32,9 39,6 41,7 21,7 33,5 31,1 37,8 36,1 50,8 10,3 8,2 3,8 2,5 12,9 14,3 7,1 7,3 22,5 11,8 8,9 8,2 6,9 12,- 14,9 214 25,3 4,6 11,7 12,7 10,5 16,7 6,7 3,1 2,4 10,5 5,9 4,6 9,1 32,7 37.4 I 53.9 35,- i 41.9 51.4 ')50,- I 36,3 40,8 31.4 36,1 29,8 40,2 44,6 32,2 28,9 34,7 32,5 33,2 32,7 28,1 42,3 41,6 21,8 28,4 15,8 23,5 13,6 36,4 Aantal geslaagden voor het eindexamen, verdeeld naar den duur van den leertyd, in pCt. van het totaal aantal, van wie de leertyd bekend was. Jongens. C -CJ Gem. 1926/’27 t./m. 1930/’31 1931/’32 1935/’36 1936/1937 1937/1938 1938/1939 1939/1940 Gem. 1928/’29 t./m. 1930/’31 1931/’32 1935/’36 1936/1937 1937/1938 1938/1939 1939/1940 Gem. 1926/’27 t./m. 1930/’31 1931/’32 1935/’36 1936/1937 1937/1938 1938/1939 1939/1940 Gem. 1926/’27 t./m. 1930/’31 1931/32 1935/’36 1936/1937 1937/1938 1938/1939 1939/1940 Gem. 1926/’27 t./m. 1930/’31 1931/’32 1935/’36 1936/1937 1937/1938 1938/1939 1939/1940 Tot en met 1929/1930 zonder no. VII.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 842