46 5 Maatregelen ter bescherming der verzame lingen. Na het uitbreken van den oorlog hadden geen andere ont- Ontvangsten enz. vangsten van het Gemeentebestuur plaats dan op 20 October die van de jubileerende Vrijwillige Haagsche Reddingsbrigade. In de zalen van het Museum werden bijeenkomsten gehouden of uitvoeringen gegeven door: De Keten, het Nieuw Muziek- en Opera-ensemble, de Ned. Israëlietische Gemeente, het Kon.- Emmafonds, de Ver. tot Bevordering der Belangen van Slecht- hoorenden, het Kamerorkest Ars Nova et Antiqua, de Volks universiteit en de Ver. Ouderavond van de h.b.s. Nieuwe Duin weg. Eenige malen werden lezingen gehouden vanwege de Ver- eeniging voor Luchtbescherming. Ik behoef aan de mededeelingen, gedaan in mijn vorig ver slag ten opzichte van dit punt, slechts toe te voegen, dat de genomen maatregelen doeltreffend gebleken zijn; op verschil lende punten zijn zij nog eenigszins uitgebreid. Van beteekenis, ook voor vergemakkelijking van den Dienst, is het maken in een der trapportalen van een trapverbinding met de kelders; hiervoor moest een bestaande bergkast worden opgeofferd, waartegenover echter een zeer gewenschte verbetering ver kregen werd. Ten slotte vereenigde de Gemeenteraad zich met een voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het aangaan van een overeenkomst met het Rijk tot het verkrijgen van een veilige bergruimte voor een aantal onvervangbare kunstwer ken in daarvoor speciaal te bouwen kelders. In het verslagjaar waren deze kelders nog niet gereed gekomen. Een onderwerp van bijzondere zorg was het vraagstuk der nachtbewaking van het gebouw van het oogenblik af, dat wegens de verduistering de rondom het gebouw opgestelde natriumverlichting niet meer mocht worden ontstoken. Aan vankelijk heb ik de nachtbewaking met elkaar afwisselende ploegen, gevormd uit ons eigen personeel, welke terstond na het uitbreken van den oorlog was ingevoerd, gehandhaafd. Zoodra echter, door het weder normaal functioneeren van het Museum, het gewone dagwerk van verschillenden niet kon worden gemist, moesten successievelijk ambtenaren aan dezen extra nachtdienst worden onttrokken. Werd eenerzijds de nachtdienst voor de overblijvenden steeds zwaarder, anderzijds werd de maatregel kostbaar, omdat hij een bezoldiging van plaatsvervangers der zaalwachters met zich bracht. De vroeger invallende duisternis in het winterseizoen en het verbod zich in de nachturen op straat te begeven gaven nieuwe moeilijk heden. De oplossing werd ten slotte gevonden en door Uw College goedgekeurd om de geheele bewaking op te dragen VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 885