Bijlage 1
VERSLAG van het Gemeentelijk Scheidsgerecht
over het jaar 1940.
Bij den aanvang van het jaar 1940 was het Gemeentelijk Samenstelling.
Scheidsgerecht samengesteld uit de heeren: Mr. C. W. Schlinge-
mann, lid-voorzitter, Mr. W. Lunsingh Tonckens, plaatsver
vangend lid-voorzitter, beiden benoemd door den Gemeenteraad;
.Thr. Ir. J. Röell en Jhr. Mr. R. W. J. den Tex, leden, Ir. J. D.
Tours, Mr. I). ,1. Veegens, Ir. L. C. Westhoff en C. J. P. Zaal
berg. plaatsvervangende leden, allen gekozen door de hoofden
van de takken van Gemeentedienst; B. Coltof en Mr. Dr. J. A.
M. van Staay, leden, H. M. Roos, A. Sleijser, B. J. van Stapele
en L. Vermeulen, plaatsvervangende leden, allen gekozen door
de vakvereenigingen van ambtenaren en werklieden, die recht
hebben op vertegenwoordiging in de Centrale Commissie van
Overleg.
Door het overlijden van den heer B. Coltof kwam in den
loop van het verslagjaar diens lidmaatschap te vervallen. In
de daardoor ontstane vacature is nog niet voorzien.
Het secretariaat bleef berusten bij den heer J. van Wijk,
referendaris ter Gemeentesecretarie, hoofd der Afdeeling Sociale
Zaken. Plaatsvervangende secretarissen waren de heeren Mr.
Dr. J. H. Labberton. Mr. J. Kunst en L. van der Wulp.
In het jaar 1940 zijn 9 zittingen gehouden, waarin 8 zaken Werkzaamheden
behandeld werden. In 6 gevallen gaf het Scheidsgerecht een
bindende beslissing, terwijl in 2 gevallen een advies werd uit
gebracht, nadat dit op grond van de bestaande voorschriften
door Burgemeester en Wethouders was gevraagd.
In het onder nummer 7 van bijlage I vermelde geval ver
nietigde het Scheidsgerecht het besluit van Burgemeester en
Wethouders, waarbij een vrouwelijk ambtenaar gestraft was
met niet-eervol ontslag en veroordeelde haar tot de straf van
schorsing gedurende den tijd van 3 maanden, met verbeurte
van haar salaris gedurende dien tijd. Burgemeester en Wet-