10 Spelmateriaal. Personeel Gereedschappen. Schenking. Onderhond van terreinen en opstallen. Burgemeester en Wethouders hebben zich vereenigd met het door de Stichting gedane voorstel, om in daartoe aanleiding gevende gevallen vereenigingen binnen bepaalde grenzen tegemoet te komen, een en ander na een onderzoek door den Gemeentelijken Accountantsdienst. Ten slotte hebben de technische werkzaamheden der Stich ting te lijden door het gebrek aan benzine, waardoor het machinaal maaien en walsen, dat dit seizoen met een klein rantsoen nog in beperkte mate kon geschieden, een einde zal nemen. Voorts is de vordering van den vrachtwagen eveneens een gevoelig verlies. Voor het onderhoud van terreinen en opstallen zorgde de Stichting wederom in eigen beheer. De opstallen verkeeren in goeden staat. Het verfwerk van een deel der opstallen werd aanbesteed. In verband met de toeneming van het aantal athleten (van 60 in 1939 tot 200), dat van het athletiekcentrum aan de Laan van Poot gebruik maakt, werd Burgemeester en Wet houders machtiging gevraagd in de waschgelegenheid voor de mannelijke athleten nog 5 douches te doen inrichten tot warm- waterdouches. Besloten werd op het sportterrein aan de Laan van Poot ten behoeve van de sportbeoefenaars een kliminstallatie te doen aanbrengen. De gereedschappen verkeeren in behoorlijken staat. De inspecteur der Stichting, de heer C. J. Driescher, bood de Stichting ten geschenke aan een steenen dolfijn en bank, welke hij bij den piasvijver in het Zuiderpark bij het „A.D.O.”- terrein heeft doen plaatsen. Met dankbetuiging aan den gever werd deze schenking aanvaard. De heer J. Lettinga, adjunct-inspecteur der Stichting, werd ingaande 1 Augustus 1940 in vasten dienst benoemd. De portier C. van der Sijde is 9 Maart 1940 ten gevolge van een verkeersongeval overleden. Den portier J. G. de Beer, werd, in verband met het bereiken van den pensioengerechtigden leeftijd, 1 Februari 1940 eervol ontslag verleend. Op grond van een door den Centralen Raad van Beroep op 9 Maart 1939 gedane uitspraak is het bij de Stichting werk zame personeel te beschouwen als in dienst der Gemeente. Dit heeft ten gevolge, dat het Gemeentebestuur den rechts toestand van het bij de Stichting werkzame personeel, met inachtneming van de artikelen 125 en 134 der Ambtenarenwet 1929, moet regelen. 48 VERSLAG STICHTING HAAGSCHE SPORT- EN SPEELTERREINEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1940 | | pagina 919