9.
Ill BINNENHAVENS EN VAARTEN.
eepvaart
tftvaart
^schepen
om plaats vindt, is in deze cijfers niet be
grepen.
De scheepvaart was gedurende het ver
slagjaar iets gunstiger dan voor 1940. In
het geheel kwamen langs het havenkantoor
aan de Laakhaven binnen 11.727 vaartuigen
waarvoor het havengeld per reis werd betaald
met een laadvermogen van 1.002.180 ton
(van 1000 kg) tegen 10.242 vaartuigen met
een laadvermogen van 905.115 ton in 1940;
langs het havenkantoor aan de Mabrug 2.585
vaartuigen, waarvoor het havengeld per reis
werd betaald, met een laadvermogen van
29.058 ton tegen 1.751 vaartuigen met een
laadvermogen van 17.491 in 1940.
De voornaamste aanvoeren waren: brand
stoffen 280.516 ton; zand en grint 154.996
ton en bouwmaterialen 147.628 ton.
Van 6 Januari 1941 tot en met 26 Januari
d.a.v. en van 6 Februari 1941 tot en met
9 Februari d.a.v. was de vaart wegens ijs
gang gestremd voor de scheepvaart.
De beurtvaart had ook dit jaar te lijden
van de tijdsomstandigheden; 55 vaartuigen
onderhielden scheepvaartdiensten tusschen
deze gemeente en andere plaatsen.
Het aantal woonschepen bedroeg aan het