I
10
4.
2 en 3 Zie bladz. 16.
Verstrekte geldleeningen in 1941 aan particulieren, onder
borgstelling.
VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE LEEN- EN VOORSCHOTBANK.
Totaal.
BEROEP.
1
2
2
1
1
2
1
1
1
2
3
4
1
1
1
1
1
1
1
2. Loontrekkenden.
1
2
1
44
303
17
4
238
1
1
2
1
1
1
1
1
4
1
4
5
1
1
1
1
1
1
Ambtenaar
Bankwerker
Beambte
Bedrijfsleider
Begrafenis-dienaar
Transporteeren
114
2
19
2
1
4
17
2
2
1
o
1
2
1
2
2
1
3
2
1
1
1
1
1
Part. soc.
install,
als borg.
117
2
20
2
1
1. Middenstanders.
Artist
Beeldhouwer
Behanger-stoffeerder.
Bioseoop-exploitant
Bleeker
Bloemenhandelaar
Bloemist-tuinman
Boekbinder
Boekdrukker
Boekhandelaar(ster)
Bouwkundige
Brandstoffenhandelaar
Brood-, banketbakker
Costuumnaaister
Expediteur
Fabrikant
Fotograaf
Glashandelaar
Glazenwasscher
Groenten-fruithandelaar
Grossier
Handelsagent
Horlogemaker
Houder reclamebureau
Houder(ster) rusthuis
Installateur
Kapper(ster)
Kleermaker(ster)
Kok
Koopman(vrouw)
Leerares-solozang
Loodgieter
Melkhandelaar
Meubelmaker
Musicus
Penslonhouder(ster)
Radiotechnicus
Rietbewerker
Rijwielhandelaar
Rijwiel(motor)hersteller
Schilder
Schipper
Schoenmaker
Slager.
Teekenaar
Vischhandelaar
Werktuigkundige
Winkelier(ster)
Zonder beroep
2
3
1
in
2
1
1
1
2
1
1
H. C. C.
als borg.
1
1
3
1
3
2
2
1
2
1
4
1
6
1
5
2
2
1
2
6
1
1
1
1
2
2
8
2
1
21
1
1
5
4
1
16
3
1
3
3
4
1
5
2
1
1
1
5
17
2
3
2
1
16
1
1
1
1
3
I Persoonl. lt'JLU'P'
borgstell. Ua borg.
I