5
tingen.
3 787
2.02.21
556.35.71 ha
en ruiterpaden.
4
zoodat de terreinen op 31 December 1941 een totale
oppervlakte hadden van
In 1941 vermeerderde de oppervlakte
derhalve met
In 1941 vermeerderde de beplanting der
halve met
Vermeerdering of vermindering van de gezamenlijke lengte Wandel-, rijwiel
en oppervlakte van de afzonderlijk gelegen wandel- en rijwiel- 1
paden had in het afgeloopen jaar niet plaats, zoodat de totale
lengte en oppervlakte op onderscheidenlijk 143 580 m en
418 842 m2 gehandhaafd bleven.
Ook de lengte en oppervlakte der ruiterpaden onderging
geen verandering. De totale lengte en oppervlakte hiervan
bleven derhalve op 31 December 1941 onderscheidenlijk op
16 514 m en 33593 m2 vastgesteld.
Het onderhoud van de langs afzonderlijk gelegen wandel- Plantsoen-
paden staande zitbanken geschiedde in eigen beheer. Ook ge- banken e.d.
durende dit verslagjaar werd het verfwerk van dat gedeelte
der banken, hetwelk vroeger door bemiddeling van de Directie
der Gemeentewerken werd uitgevoerd, door den Plantsoendienst
zelf verzorgd. Door den oorlogstoestand leverde het verkrijgen
van de hiervoor noodige grondstoffen wel veel moeite op. In
het afgeloopen jaar werden geen banken bijgeplaatst. Het totaal
der aanwezige banken bleef dus op 31 December 1941 869 stuks.
Bijzonder zwaar stormweer kwam ook in het afgeloopen Stormschade.
gebruikt voor beplanting van het rosarium op het Jozef-Israëls-
plein en van het wandelpark „Arendsdorp”.
De lengte der boombeplanting langs wegen, lanen, straten Straatbeplan-
enz. bedroeg op 31 December 1940 259 554 m tingen.
In 1941 werd bijgeplant4 268 m
gerooid481
De lengte der boombeplanting bedroeg op 31 De
cember 1941 dus263 341 m
Op 31 December 1940 hadden de plantsoenterreinen der Ge- Plantsoen-
meente een gezamenlijke oppervlakte van 554.33.50 ha terreinen.
In 1941 vermeerderde deze oppervlakte
met2.05.41 ha
en verminderde de oppervlakte met 0.03.20
VERSLAG GEMEENTEPLANTBOENEN.
