1 5 7/ Z7 VERSLAG van hei Bedrijf der 'renieenteiverken van s-Gravenhage over het jaar 1941 II. PERSONEEL. luPRviieu iiauKjeK gtjpiuaibte vyivre nt lr,'i<Kl;-,g op den toestand op 31 December 1940. 'Je gewone onderhoudswerken uitgevoerd; bijzon 'lore voorzieningen werden niet getroffen. De tussehen haakjes geplaatste cijfers hebben be- comber 1941 648 (748). Dit aantal omvat 481 (498) in vasten dienst, 165 (239) in tijdelijken en in lossen dienst en 2 (11) reservisten. In het totaal is begrepen het personeel van den "ehoonmaakdienst, bestaande uit 143 (160) personen en wei 98 (113) mannen en 45 (47) vrouwen, waar van 105 (100) in vasten dienst, 38 (58) in tijdelijken «n lossen dienst en geen (2) reservisten. Luchtbeseherming. In bet belang van de zelfbescherming van het Bedrijf werden door de daarvoor aangewezen per- soneolgroepen geregeld de noodige oefeningen ge houden. Op het gebied van de luchtbeseherming kwa men voorts de volgende maatregelen in uitvoering. Voor huisvesting van de vaste kernen van den Luchtbeschermingsdienst, omvattende ploegen van de Brandweer, den Opruimingsdienst en den Ge meentelijken Geneeskundigen en Gezondheids dienst. werden, met gebruikmaking van beschik bare ruimten in de gebouwen van den Gemeente lijken Reinigingsdienst aan de Gaslaan, de Joan- Maetsuyckerstraat en de Visschershavenstraat, posten ingericht, terwijl voor een post aan de Elboogstraat het aan die straat gelegen schoolge bouw voor voorbereidend onderwijs dienst kon doen. Ten behoeve van laatstgenoemden post, welke alleen ploegen voor Brandweer on Genees kundigen dienst omvat, werd op het nabijgelegen speelterrein aan de Peilstraat een garage opgo- richt. 1 BEHEER Het Bedrijf der Gemeentewerken werd aanvat-, kelijk beheerd door Burgemeester en Wethouders, bijgestaan door een Raadscommissie, samengesteld dit de heeren Jhr. Mr. J, M. M van Asch van Wjjck, Dr. Ir. H. G. van Beusekom, J. J. v. Langen, Ir. J. Lely, Mr. Tj. Mobach en F. N. V. Quant, terwijl de Wethouder voor de Financiën, Openbare Werken enz. als voorzitter optrad. In de Raadsvergadering van 19 Mei 1941 werd in de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer F. N. V. Quant, voorzien door benoeming van den heer J. W. v. d. Akker. Bij besluit van den RtJkscoinmissaris voor het bezette Nederlandaehe gebied d.d. 11 Augustus 1941 (Verordening No. 152 van 1941) werd bepaald, dat de werkzaamheden van het College van Burge meester en Wethouders met ingang van 1 Sep tember 1941 zouden blijven rusten en de taak van het College door den Burgemeester zou worden waargenomen. Ingevolge deze Verordening van den Rijkscom- nüssaris en de eerste beschikking van den Secre- taris-Gencraal van het Dept, van Binnenlandsche Zaken ter uitvoering daarvan werd bij besluit van den Burgemeester van 4 September 1941 de boven genoemde Raadscommissie buiten functie gesteld met ingang van denzelfden datum. ill. GEBOUWEN c.a. TEN BEHOEVE VAN HET BEDRIJF. Ten behoeve van de verplaatsing van de steenen- bergplaats aan de Cruquiuskade en van de opslag- IV WERKEN Alge meene opmerkingen. Het Bedrijf heeft in het afgeioopen jaar te kam pen gehad met groote moeilijkheden van verschil lenden aard. Allereerst was er de vorstperiode, die niet alleen ile buitenwerken volledig stillegde, doch daaren boven voor het geheele Bedrijf veel ongerief me debracht Waren de hierdoor ontstane bezwaren slechts van korten duur, veel ernstiger en ingrijpender voor het Bedrijf waren de steeds nieuwe gevolgen van den voortdurenden oorlogstoestand. De in verband met de materialenschaarschte uit gevaardigde voorschriften maakten het nog steeds noodzakelijk voor nagenoeg alle werken vergun ning aan te vragen aan den Algemeen Gemachtig de voor den Wederopbouw en voor de Bouwnijver heid, onder overlegging van teekeningen en ma- terianlstaten. Daar meer en meer rekening gehou den moest worden met de in het geheel niet meer verkrijgbare materialen en met die, waarvoor een toepassingsverbod was uitgevaardigd, moest reeds bjj het maken van ontwerpen omgezien worden naar vervangingsmaterialen, die uitvoering zij het niet op de constructief aangewezen wijze mogeljjk maakten. Desondanks kon van den Algemeen Gemachtigde voor enkele voorgenomen werken geen goedkeu ring verkregen worden; sommige, waarvoor reeds vergunning verkregen was, moesten stilgelegd worden, terwijl andere slechts met groote moeilijk - lieden voltooid konden worden. Een andere factor van beteckenis was het zoo goed als geheel ontbreken van auto-tractie, het geen uiteraard sterk stngneerend werkte. Dit, als mede do voortdurende stijging der materiaalprij- zen. had bovendien tot gevolg een belangrijke ver- hooging van kosten der werken. Ambtenaren. Het korps ambtenaren bestond op 31 December 1941 uit 1 (1) Directeur, 137 (137) technische en 92 (86) administratieve ambtenaren, totaal 230 (224) ambtenaren, waarvan 208 (206) in vasten en 22 (18) in tijdelijken dienst. Werklieden. Het totaal aantal werklieden bedroeg op 31 De Plaats van kolen van de Afdeeling Brandstoffen aan de Slachthuiskade werd aan de Binckhorstlaan een terrein gedeeltelijk ingericht en werden aldaar een dienstwoning en kantoor gebouwd. Overigens zijn aan do gebouwen van het Bediüf gewone onderhoudswerken uitgevoerd; bijzon

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1941 | | pagina 427