10
2)
ut
2)
70.7 j
2)
2)
2)
74.3 I
81.2 i
I A
J. i M.
VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.
J.
M.
n
Gemiddelde van 3 jaar.
Jaar.
Aantal leerlingen, dat de school verliet;
in totaal.
a.
1931/’32
1936/’37
1931/’32
1936/’37
1931/’32
1936/’37
1931/’32
1936/’37
80,3
78,4
80,3
79,9
14,4
13,1
11,6
15,3
74,9
72,4
79,2
80,6
20,!'
17.9
15,1
16.5
10,8
10,5
11,8
10,5
74,5
74,1
80,3
79,5
14,5
14,8
13,5
11,4
15,3
14.9
12,1
13,4
79,-
91,2
84,4
86,6
85,5
13.4
10,8
11,1
7,2
78,9
84,-
85,8
88,2
81,6
86,2
84.8
82,9
84,8
80,4
80,7
90,2
79,6
81,5
82,4
87,2
82,3
83,8
89,4
93,8
16,4
17,-
12,9
10,8
13,3
15,2
13,1
11,-
2
88.-
92,5
91,4
79,1
85.3
87,5
91,2
82,-
83,3
78,3
794
79,2
78,4
78,9
80,1
76,2
81,-
77,9
79,7
80,4
76,1
75,7
65.4
69,-
79,8
86,2
65,5
72,5
77,7
73,9
77,8
78,1
83,3
78,6
79,6
80,6
86,8
94,-
89,2
86,5
86,9
85,5
85,1
91,-
87,6
86,4
75,4
78,5
83,6
83.1
22.1
21,2
18,4
19,-
77.9
80.2
85,2
90.6
80.6
85,2
86,1
85,7
78.4
77.3
80.1
75.-
75,7
76,6
87.4
92.3
burgersch.
M.
Het aantal leerlingen, dat de school verliet in
pCt. van het totaal aantal leerlingen, is bij het
openbaar onderwijs voortdurend hooger dan bij
het overeenkomstig bijzonder onderwijs. Verder
kan worden vastgesteld, dat de percentages voor
de gymnasia, zoowel bjj het openbaar als bij het
bijzonder onderwijs, steeds beneden die voor de
h.b.s.-en liggen, terwijl bij de handelsavondscho-
len het aantal vertrokkenen naar verhouding be
langrijk grooter is dan bjj het dagonderwijs. Op
te merken is nog, dat in het algemeen de verhou-
dingscijfers bjj de meisjes hooger zijn dan bü de
jongens.
De verschillen tusschen het uit deze gegevens
blijkende deel der leerlingen, dat niet bevorderd
is c.q. niet geslaagd is voor het eindexamen en
het deel der schoolbevolking in de onderscheidene
klassen, dat gedoubleerd heeft, wordt verklaard
door de omstandigheid, dat een niet gering deel
der niet-bevorderden de school verliet.
1931/’32
1936/’37
1935/’36
1940/’41
1940/’41
75,9
69,2
74,-
73,5
68,6
68,4
76,-
79,-
72,9
74,8
79,6
80,7
86,7
80,8
90,-
86,-
Openb. handels-
school.
66,1
70,8
76,7
75,3
71,5
71,7
76,4
72,2
73,7
79,7
78.7
76,1
73.8
81,2
83,5
84,9
82,7
89,1
92,7
Bijzondere
gymnasia, i)
J. I M. I
90,-
3)71,6
84,6
92,-
77.1 I 77,1
82.1 - 85,4
84,4
83,5
77,5
81,3
Aantal bevorderde en voor het eindexamen geslaagde leerlingen in pCt van
het aantal by den overgang of by het eindexamen aanwezige leerlingen.
Openbare
gymnasia.
J. I M.
94,49
100,- j
81,7
83,8
84,7
87,7
75,4
72,9 i 76,1
73.5 83,9
75,9
73.6
75,2
78,2
80,-
82,5
le klasse. 1926/’27 t./m. 1930/’31
1931/’32 1935/’36
1936/’37 1940/’41
1940/’41
2e klasse, 1926/’27 t./m. 1930/’31
n
n
75,-
79,6
83,3
83,-
78,8
77,6
78,8
79.7
78,3
75,4
80,8
82,4
76,4
78,5
82,8
87,6
86,-
83,1
88,3
89.1 l
88,-
92,4
94,4
100,-
79.1 i
79,-
82,7 I
84,4
2) Niet berekend wegens te kleine aantallen.
1935/’36
1940/’41
1940/’41
3e klasse, 1926/’27 t./m. 1930 ’31
1935/’36
1940’41
1940/’41
4e klasse, 1926/’27 t./m. 1930/31
1935/’36
1940/’41
1940/’41
5e klasse, 1926/’27 t/m. 1930/’31
1935/’36
1940/’41
1940/’41
6e klasse, 1926/’27 t./m. 1930/’31
1931/’32
1936/’37
Alle klassen
te zamen, 1926/’27 t. m. 1930/’31
1935/’36
1940/’41 I
1940/’41 I
I) Geen opgaven voor 1926f27 en 1927/’28.
78,2
80,5
84,4
85,2
si Gemiddelde van 4 jan.
90,7
I 82,7 i 80,9
80,4 82,2
86,4 I 83,5
90,7
93,5
90,7
93,1
80,-
78,9
80,6
84,-
1926/’27 t./m. 1929/’3O en 1931
1932 t/m. 1936
1937 1941
1941
74.2 I
74,- 1
81.- j
89.3
72,4
69.5 l
74.4
65,9 I
71.5
78,5
85,4 i
78,-
77.8 I
80.9
88,-
83.6 1
84.7
77,8
87,6
91,3
93,1
85.4
76.3 j
78.3
83,- i
80,4
10,7
10,4
12,3
12,2
h b.s.
20,-
16,3
13,4
15,2
j 84,5 j 82,1
Aantal leerl., dat de school
verliet (uitgez. de voor W
eindex. geslaagden), in pit-
van het totaal aantal leen.
Jongens.; Meisjes.
Openbare gymnasia.
1926/’27 t./m. 1929/’3O en 1931
1932 t/m. 1936
1937 1941
1941
Bijzondere gymnasia.
1928/’29 t./m. 1929/’3O en 1931
1932 t/m. 1936
1937 1941
1941
Openbare
1926/’27 t./m. 1929/’3O en 1931
1932 t./m. 1936
1937 1941
1941
Bijzondere h.b.s.
12,6
15,4
12,9
10,9
Openb. hoogere
burgersch.
Byz. hoogere
burgersch. j
J.