2
HAVEN- EN MARKTWEZEN.
VERSLAG GEM. DIENST VAN
C. MARKTWEZEN.
II. BINNENHAVENS EN VAARTEN.
was
Stremmingen.
Ook dit jaar vonden eenige stremmingen plaats,
hoofdzakeljjk als gevolg van lage waterstanden.
Voorts zonken op enkele plaatsen in de vaar
waters der Gemeente vaartuigen. Zij werden echter
alle tijdig gelicht.
Beweegbare bruggen.
Gedurende het verslagjaar passeerden door de
negen beweegbare bruggen in geopenden stand
72 347 schepen, gemiddeld per etmaal 241. Voor 1942
waren deze cijfers resp. 48 653 en 162. Van de elec-
trische doorhaalinrichting bij de brug over de
Laakhaven in den Rijswijkscheweg is in 1943 1 715
maal gebruik gemaakt tegen 218 maal in 1942.
Sleephelling.
Het aantal gehellingde vaartuigen bedroeg 566,
zijnde 19 vaartuigen meer dan in het voorgaande
jaar.
Woonschepen.
Het aantal woonschepen was aan het einde van
het verslagjaar 70, hetzelfde als ultimo Decem
ber 1942.
Beurtvaart.
Evenals in de vorige jaren, had de beurtvaart
te lijden van de tijdsomstandigheden; 47 vaartuigen
onderhielden scheepvaartdiensten tusschen deze
Gemeente en andere plaatsen.
Mistsein.
Het mistsein werd tijdens mist 6 maal in werking
gesteld. Op 12 April werd ontdekt, dat de electri-
sche kabel van het mistsignaal stukgeschoten was;
het defect kon, wegens gebrek aan materiaal, eerst
op 18 December voorloopig hersteld worden.
Schadevaringen.
Gedurende het verslagjaar werd 10 maal door
vaartuigen schade toegebracht aan de Gemeente
lijke havenwerken, nl. 2 maal in den ingang van
de le haven, 1 maal in de le binnenhaven, 2 maal
in de 2e binnenhaven en 5 maal in den doorgang
naar de 2e haven. Verder werd de op 8 September
1942 beschadigde ducdalf no. 11 aan de N.-W.-zijde
van de 2e haven omvergevaren.
Duinwater.
Er kwamen 138 aanvragen in voor de uitgifte
van duinwater aan de le binnenhaven, aan welke
aanvragen tot een totaal van 379100 liter werd
voldaan. Aan de 2e binnenhaven werd aan 1189
aanvragers 848 500 liter verstrekt. In totaal werd
dus aan 1327 vaartuigen 1227 600 liter duinwater
verstrekt.
Groente- en Fruitmarkt.
Daar zich in het afgeloopen jaar weinig of geen
strenge vorst deed gelden, ondervond de voorzie
ning van producten aan de groente- en fruitmarkt,
voor zoover het vervoer betreft, weinig moeilijk
heden.
Hierdoor was in vergelijking met het jaar 1942
de omzet op deze markt veel gunstiger.
De voorziening dezer Gemeente van groente
tijdens het verslagjaar mag dan ook, gezien de
bijzondere tijdsomstandigheden, geen reden tot on
tevredenheid geven.
In de hoogstnoodige behoefte aan groente van
de bevolking kon steeds worden voorzien, zij het
dan ook, dat bepaalde producten, zeer tot onge
noegen der consumenten, dagen achtereen ter tafel
moesten worden gebracht, wegens gebrek aan
andere soorten.
Zoo was er in het voor- en najaar gebrek aan
spruiten, witlof enz., in den zomer aan snjjboonen,
peulen, bloemkool enz.
De oorzaak hiervan moet worden gezocht in de
omstandigheid, dat wegens het gemis aan beschik
bare krachten, de teelt van fijnere producten niet
in die mate ter hand kon worden genomen als in
normale tijden.
De op de markt aangevoerde hoeveelheden
groente en fruit werden regelmatig door het plaat-
selijk verdeelingskantoor onder de kleinhandelaren
op bonnen verdeeld.
Controle op den afvoer van groente en fruit van
het marktterrein geschiedde nog steeds door een
achttal groentecontroleurs, vanwege de Gemeente
hiervoor aangesteld. Ook de contröle op de hande
lingen van kleinhandelaren in die producten werd
in het afgeloopen jaar op dezelfde wijze voortgezet
als verleden jaar.
Het Plaatselijk Verdeelingskantoor verricht haar
werkzaamheden nog steeds in eenige lokalen van
de groente- en fruitmarkt.
In het afgeloopen jaar werden de consumenten
verplicht zich bij een vasten handelaar te laten
inschrijven voor het betrekken van groenten en
fruit en wel door middel van een groentebon (zg.
„Klantenbinding”).
Dit systeem, waarbij het aantal klanten van
lederen kleinhandelaar nauwkeurig kan worden
gecontroleerd, voldoet ten aanzien van die hande
laren zeer goed, daar hiermede een rechtvaardiger
Hjjschkraan.
Gedurende het verslagjaar werd de hjjschkraan
242 maal in gebruik gesteld.
Scheepvaart.
De scheepvaart gedurende het verslagjaar
drukker dan die in 1942.
In het geheel kwamen langs het havenkantoor
aan de Laakhaven binnen 14 427 vaartuigen, waar
voor het havengeld per reis werd betaald, met een
laadvermogen van 1523 805 ton (van 1000 kg.)
tegen 11209 vaartuigen met een laadvermogen van
1093 196 ton in 1942; langs het havenkantoor aan
de Mabrug kwamen 2 063 schepen, waarvoor het
havengeld per reis werd betaald, met een laadver
mogen van 39 792 ton tegen 2 473 schepen met een
laadvermogen van 29 935 ton in 1942.
De voornaamste aanvoeren waren zand, 232 328
ton, grint, 146151 ton, steenkolen, 307 556 ton en
aardappelen, 127 540 ton.
Stremming van de scheepvaart door ijsgang
kwam niet voor.