7s|
6
i
-s
VERSLAG VAN HET BUREAU WERKVERSCHAFFING EN PERSONEELSRESERVE.
STAAT VI.
Recapitulatie.
Omschrijving.
Totaal
816
902
i) Het hoogste aantal werd bereikt op 26 Juli met 1047
Reservisten. Wachtgelders.
het byzonder onderwas en 3; t/m. 7 joodsche leerkrachten,
S
Dienst of bedrijf.
X
1
1
1
2
1
3
1
Gemeentelijke, niet-gesubsi
diëerde werkverschaffing
Hoofdarbeiders
Kampen voor a-socialen
Heen- en weerreizenden
525
129
81
37
1930
1935
1940
1941
1942
1943
1943
3
1
1
491
175
101
49
225
55
181
83
48
51
103
95
611
135
87
69
6
16
6
26
3
9
10
6
5
22
Arbeidsbeurs
Archief
Bouw- en Woningtoezicht
Bureau Afwikkeling, Inkwartie
ringen en Vorderingen
Centraal Badbeheer (Volkszee-
bad, Volksbaden, Zwembad
Zuiderpark)
Crisis- en Distributiedienst
Duinwaterleiding
Transporteeren
580
137
94
24
835 772')
CQ
Totaal aantal
tewerkgestelden.
te werkges telden.
lijkgestelde bedragen, uitgegeven ten behoeve van
de Gemeentelijke werkverruimingsobjecten, een Kijks-
subsidie van 100% ontving.
Voorts werd de vorm van snbsidieering der zgn.
„particuliere werkverruiming” gewijzigd. De gebrui
kelijke vorm was, dat de ontginner subsidie van de
Gemeente ontving, die op haar beurt subsidie ont
ving uit het W. S. F. Het gevolg van het inwerking
treden van de nieuwe regeling is, dat het Ryks-
subsidie voor particuliere ontginners rechtstreeks
aan dezen wordt toegekend, met uitschakeling van
de Gemeente.
VI. Arbeidsvoorwaarden.
Het Besluit Loonbepaling Werkverruiming ter be"
paling van het loon en de overige arbeidsvoorwaarden
bij de van Rijkswege gesubsidieerde of uitgevoerde
werkverruimingsobjecten trad op 28 Juli 1941 in
werking.
De arbeiders werken van dezen datum af in accoord
tegen een zgn. basis-uurloon van f 0,30, benevens
een woonplaatstoelage, die voor ’s-Gravenhage op
f 1,60 per dag is vastgesteld; voor een gedeelte van
Loosduinen bedraagt de woonplaatstoelage f 1,30 per
dag. Dit verschil vloeit voort uit de omstandigheid,
dat ’s-Gravenhage krachtens het besluit is ingedeeld
in klasse I en een gedeelte van Loosduinen in klasse II.
BQ flink werken kan een hooger uurloon dan f 0,30
worden verdiend.
De Haagsche en Loosduinsche arbeiders, die in een
werkverruimingskamp zjjn ondergebracht of bij par
ticulieren zfln ingekwartierd, betalen voor voeding
en huisvesting f 0,50 per dag. Voor ongehuwden,
niet-kostwinners, wordt dit bedrag verdubbeld.
Het profijt, dat de arbeiders onder de oude loon
regeling trokken uit de z.g. emolumenten (goedkoops
levensmiddelen, brandstoffen enz.) verviel bij de in
voering van het besluit. Evenmin wordt duurtebijslag
genoten.
De werktijd bedraagt 48 uur per week. Bij nood-
zakelijk overwerk wordt na de eerste twee overuren
het loon voor elk overuur met 50 verhoogd.
Het vervoer en de werktijdregeling der heen- en
weerreizenden zijn zoodanig geregeld, dat het tijds
verloop tusschen het gezamenlijk vertrek en den
terugkeer in ’s-Gravenhage niet meer dan 12 uur
bedraagt.
De ingekwartierden en de kamparbeiders hebben
recht op eens per drie weken gratis vervoer naar
264
134
213
199 2)
161
96 4)
133 5)
124 e)
t/m. W.o. onderscheidenlijk 27, 9. 7, 1, 1 en 2 van
het bijzonder onderwijs en 3) t/m. 7 joodsche leerkrachten,
die niet meer in de mogelijkheid waren hun wachtgeld in
ontvangst te nemen.
De hierna volgende staat geeft een overzicht van
de plaatsing van reservisten, wachtgelders en in
algemeenen dienst gestelde ambtenaren.
STAAT VII.
Plaatsing van reservisten, wachtgelders en in
algemeenen dienst gestelde ambtenaren.
en van hun woonplaatszij zijn in elke drieweeksche
arbeidsperiode drie dagen thuis.
Wanneer de weersomstandigheden het werken niet
mogelijk maken, ontvangen de arbeiders zgn. regen-,
vorst-, hoogwater-, getij- of lichtverlet; de vergoe
ding voor dit verlet bedraagt een bepaald percentage
van het uurloon. Bij verzuim wegens bepaalde fa
milieomstandigheden, zooals huwelijk, bevalling, over
lijden, begrafenis, enz., heeft de arbeider recht op
behoud van loon.
Voorts kan de arbeider vergoeding ontvangen we
gens gebruik van eigen gereedschap, waterlaarzen
en fiets. Op de arbeiders zjjn de sociale verzekerings
wetten van toepassing.
VII. Gemeentelijke Personeelsreserve.
Het aantal personen bij de Gemeentelijke l’erso-
neelsreserve, die in 1925 werd ingesteld, is in 1943
verminderd met acht reservisten, waarvan er 1 een
vaste aanstelling bij een der Gemeentebedrijven
kreeg, 1 werd gepensionneerd en 6 werden ontslagen.
Het aantal wachtgelders daalde, ondanks de op
waehtgeldstelling van leeraren bij het Middelbaar
Onderwijs, o.a. ten gevolge van de opheffing der
H.B.S. aan den Nieuwe Duinweg en het op wacht
geld stellen van ambtenaren, die om allerlei redenen
werden omslagen.
Het verloop en de totale sterkte van de reservisten
en wachtgelders door overlijden, pensionneering,
vaste aanstelling bij andere diensten, ontslag, aan
vulling enz. is als volgt
Stand op;
1 Juli 1925
(oprichting reserve)
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
31 December