3 VERSLAG VAN DEN GEMEENTELIJKEN JEUGDDIENST. B. Verstrekkingen. Algemeen. De verorde ning op den Dienst schrijft in art. 4 van par. 2 „van het financieel en administratief beheer” voor, dat voor elk der in art. 1, par. 1, genoemde werk zaamheden een bureau wordt ingesteld en dat voor Het bedrag, hetwelk jaarlijks voor verstrekking van kleeding, schoeisel en reparaties beschikbaar gesteld was, bedroeg oorspronkelijk f 20,per jaar en per kind, maar werd door het Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kultuurbescherming verhoogd tot f 25,per jaar per kind. De melkprijs bedroeg bij den aanvang van het dienstjaar f 18,59 per 100 liters. Deze prjjs werd op verzoek van de leveranciers verhoogd tot f 19,59 per 100 liters. De bijdragen van de ouders bedroe gen onderscheidenlijk 7, 11 en 16 cent per liter, terwijl door den Gemeentelijken Dienst voor Maat schappelijk Hulpbetoon voor de kinderen uit de zg. armlastige huisgezinnen 21 cent per liter werd bijgedragen. Het Centraal Schoolmelk-Comité ver goedde f 4,50 per 100 liters. a. Verstrekking van schoolvoeding. De bereiding en de distributie van schoolvoeding hadden plaats vanuit de beide keukens Westeinde 165 en Gouwestraat 66. De keuken aan het West einde 165, welke vóór 1 Januari 1943 in exploitatie was bij de „Vereeniging Liefdewerk Kindervoeding van den H. Vincentius van Paolo”, werd op dien datum overgedragen aan de gemeente s-Graven- hage, daar deze Vereeniging, met het oog op de liquidatie van de zijde van den Commissaris voor niet-commercieele Vereenigingen, de bereiding van schoolvoeding voor leerlingen der R.K. bijzon dere scholen diende stop te zetten. Op dienzelfden datum werden de bereiding en de distributie der schoolvoeding, te zamen met de administratie voor toelating tot de voeding, ondergebracht bij den Gem. Jeugddienst en vereenigd in één afdeeling. Deze afdeeling werkte in nauwe samenwerking met het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd. Controle op het bereide voedsel had plaats door den Keuringsdienst van waren voor het gebied ’s-Gravenhage. Schoolvoeding werd verstrekt aan leerlingen van den leerplichtigen leeftijd van openbare en bijzon dere scholen. Daarnaast werd in opdracht van het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogs tijd tegen kostprijs voeding verstrekt aan derden, te weten de gemeente Rijswijk, de gemeente Voor burg, het Kindertehuis aan de Pletterijstraat, de H.B.S. aan de Fisherstraat, de Duitsche school, de Vakschool voor meisjes, de kinderen van het evacuatieoord Bloemendaal en aan de ambtenaren en medewerkers van enkele Gemeente- en particu liere instellingen. Wat de schoolvoeding betreft, werd per leerling per dag 1 liter bonloos eten ver strekt, gedurende 3 dagen in den vorm van stamp pot, gedurende 3 dagen in den vorm van soep, ter wijl 1 maal in de 8 weken pap werd gegeven. Van den Gemeentelijken Distributiedienst werden ontvangen 3628 schoenenbons, waarvan 1082 werden verstrekt aan leerplichtige kinderen, wier ouders geldelijk in staat geacht werden zelf schoeisel bij den kleinhandel aan te schaffen, terwijl bemidde ling werd verleend voor de verstrekking van extra textielpunten aan vele huisgezinnen. Van het Cen traal Distributiekantoor werden bovendien 50 000 textielpunten „losgemaakt” voor herbevoorrading. Na aftrek der 18 778 verstrekkingen (reparaties niet medegerekend) was op 31 December de vol gende voorraad aanwezig. 2651 meisjesjurken; 3906 meisjesdirectoirs; 30 meisjesborstrokken; 8438 meisjeshemden; 2044 meisjescamisoles; 3540 meisjesonderjurken; 1392 paren meisjeskousen; 797 jongensoverhemden; 10652 jongenshemden; 7647 jongensborstrokken; 556 jongensblouses; 1293 jongensbroeken; 4053 jongensonderbroeken; 2207 paren jongenskousen; 988,75 m. jurkenstof; 1252.50 m. manchesterstof 40,55 m. voeringstof; 2440.50 m. jurkenstof; 159,10 m. beaverteenstof; 116,30 m. bedrijfskleedingstof; 746,25 m. cuitingstof; 603 klossen garen; 2558 paren schoenen; 63 paren pantoffels; 10023 paren klompen. Daarbij gevoegd een voldoende voorraad zooi en reparatieleer, vormt bovenstaande hoeveelheid materiaal een gezonde basis, waarop het nieuwe jaar begonnen kan worden. 1200 paren jongenskousen; 3256 meisjeshemden; 1600 meisjesbroeken; 1100 paren meisjeskousen; 855 meisjesjurken; 931 meisjesonderjurken; 2250 meisjescamisoles; 2002.50 m. manchesterstof; 505,40 m. tweedstof; 2440.50 m. jurkenstof; 746,75 m. cuitingstof; 1836,10 m. beaveteenstof; 1068,90 m. jurkenstof; 250,— m. bedrijfskleedingstof; 629 klossen garen; 3040 paren schoenen; 100 paren pantoffels; 8147 paren klompen. elk bureau een afzonderlijke geldeljjke administra tie moet worden gevoerd. Dientengevolge moet t.a.v. de verstrekkingen de volgende onderschei ding worden gemaakt: a. verstrekkingen van schoolvoeding; b. verstrekkingen van schoolkleeding, schoeisel en reparaties; c. verstrekkingen van schoolmelk; d. verstrekkingen ingevolge het bepaalde in art. 1, par. 1 „de sociale verzorging der jeugd”.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 313