2
L
T
VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.
1942
1948
Partijen.
De tot en met 1942 gemaakte onderscheiding tus-
schen gewone armlastigen, die op grond van per
soonlijke omstandigheden en bijzondere armlasti
gen, die wegens economische oorzaken hulp be
hoeven, is in 1943 geleidelijk opgeheven. Een en
ander is het gevolg van het langzamerhand ver
dwijnen der zg. bijzondere armlastigen, o.m. door
de instelling van het Gemeentelijk Bureau voor
Sociaal-Eeonomische Hulpverleening aan Kleine
Zelfstandigen. Enkele nog overgebleven gevallen
werden vervolgens bij de gewone armlastigen
ondergebracht.
Aantal ondersteunde partijen en personen. Het
aantal partijen, dat wekelijksche ondersteuning
ontving, bedroeg:
VERSLAG BETREFFENDE DE
STEUNVERLEENING.
I. ONDERSTEUNING VOLGENS DE
ARMENWET.
11 641
9 732
26 041
21 421
9 732
5 778
21 421
11 964
gingsdienst ontvielen den Dienst op 1 Juli 1943 de
bemoeiingen met de Verzorgingshuizen, het Door
gangshuis voor Kinderen en de Noodtehuizen voor
burgerslachtoffers van oorlogsgeweld, terwijl inge
volge besluit van den Burgemeester het Verzor
gingshuis Laan van Meerdervoort 112 met ingang
van 1 Mei 1943 aan de Gemeenteziekenhuizen werd
overgedragen voor de verpleging van chronische
zieken.
Administratieve dienst. Het onttrekken van on
geveer 100 geroutineerde ambtenaren voor den
arbeidsinzet en wegens terugvoering in krijgsge
vangenschap bracht de regelmatige uitvoering van
de aan den Dienst opgedragen werkzaamheden in
voortdurend grootere moeilijkheden. Doordat
bovendien een aantal, vaak zeer goede, krachten
ontslag nam en overging naar andere diensten en
particuliere werkgevers, waar de kans op uitzen
ding minder groot was, werden de moeilijkheden,
mede door een steeds meer bezwaarlijk wordende
aanstelling van nieuw personeel, steeds grooter.
Door vereenvoudiging van de administratieve
organisatie en het achterwege laten van wel zeer
wenschelijke, doch niet absoluut noodzakelijke,
werkzaamheden moest een oplossing gevonden
worden om de steeds in omvang toenemende moei
lijkheden het hoofd te bieden.
Anderzijds veroorzaakte de voortdurend grooter
wordende schaarschte van vele goederen, gepaard
gaande met steeds strengere distributievoorschrif-
ten, een vrij belangrijke uitbreiding der werkzaam
heden. In dit verband moet in het bijzonder
melding gemaakt worden van de hulpverleening
aan een groot aantal uit het buitenland terugge
keerde landgenooten, die door bomaanvallen van
vrijwel alles waren beroofd en door bemoeiingen
van den Dienst voor rekening van het Rijk
van de benoodigde goederen werden voorzien.
Personen? Partijen. Personen.
als gevolg van hun interne evacuatie waren afge
voerd, wederom in steun te nemen. De steunbere-
kening voor deze categorie wijkt, ingevolge door
het Bureau Afvoer Burgerbevolking gegeven
richtlijnen, belangrijk af van die voor de gewone
armlastigen.
Verhuizing van ondersteunden naar andere ge
meenten. In de vergadering van 17 Juni 1943 van
de Directeuren van Maatschappelijk Hulpbetoon
der acht gemeenten met meer dan 100 090 inwoners
is een regeling getroffen, ten einde op basis van
wederkeerigheid medewerking te verleenen aan
ondersteunden bij verhuizing naar een andere ge
meente. Deze regeling, welke inmiddels door vele
gemeenten wordt toegepast, houdt o.m. in, dat deze
medewerking kan worden verleend in de volgende
gevallen:
a. verhuizing op grond van angst voor oorlogs
handelingen;
b. medische gronden en
c. sociaal-aannemelijke gronden.
De voornaamste bepaling is, dat de ondersteu
ning naar de normen van de vestigings-gemeente
nog gedurende ten hoogste 2 of 3 jaar voor reke
ning van de vertrekgemeente komt.
Sociaal-economische hulpverleening aan kleine
zelfstandigen. Als gevolg van het besluit van den
wnd. Secretaris-Generaal van het Departement van
Sociale Zaken, vermeld in diens circulaire van
18 Augustus 1943, No. 1-1199, afdeeling Steunver-
leening, tot invoering van een regeling voor hulp
aan onderstand van noode hebbende kleine zelf
standigen, werd overgegaan tot instelling van het
Gemeentelijk Bureau voor Sociaal-Eeonomische
Hulpverleening aan Kleine Zelfstandigen.
Door de totstandkoming van het Gemeentelijk
Bureau voor Soeiaal-Economische Hulpverleening
aan Kleine Zelfstandigen werd de bij den Dienst
bestaande groep „Bijzondere Armlastigen II” op
geheven en werden deze personen, voor zoover zij
niet onder de bemoeiingen van genoemd Bureau
kwamen te vallen, overgebracht naar de groep
gewone armlastigen.
Centrale inspectie en contröle. Ten gevolge van
de beslissing van den Burgemeester, dat alle werk
zaamheden, die de Armenraad tot dusver ten be
hoeve van het Gemeentebestuur, met inbegrip van
die voor den Dienst voor Maatschappelijk Hulp
betoon, verrichtte, in het vervolg door de Gemeente
in eigen beheer zouden worden uitgevoerd, onder
gingen de werkzaamheden van de in 1942 opge
richte afdeeling „Centrale Inspectie en Contröle”
een belangrijke uitbreiding. In aansluiting daarop
bepaalde de Wethouder voor Sociale Zaken, dat het
tot zijn afdeeling behoorende onderzoekingsappa-
raat zou worden opgeheven en zijn werkzaamheden
aan de Centr. Insp. en Controle zouden worden
overgedragen, terwijl ten slotte de centralisatie van
het onderzoekingswerk van den eigen Dienst vol
ledig werd, doordat ook de onderzoeken voor de
Gemeentelijke Bureaux voor Werkloozensteun en
voor Sociaal-Eeonomische Hulpverleening aan
Kleine Zelfstandigen eveneens aan bovengenoemde
afdeeling werden opgedragen.
Gemeentelijke verzorgingshuizen. Met de oprich
ting van de afdeeling „Volksgezondheid” ter
Gemeentesecretarie en den Gemeentelijken Verzor-
Op 1 Januari
Op 31 December.
Ten gevolge van de omvangrijke evacuatie-
maatregelen daalde het aantal armlastigen voort-