3 VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON. f 41,40 f 10.486,92 3.249,69 9, f 216.026,16 628,10 50,— 25,65 4,05 17,65 6.414,88 52,85 3.252,34 durend. De intern, d.w.z. in de stad geëvacueerden, blijven in ondersteuning, doch het steunbedrag wordt door den Dienst als vergoeding in de in- kwartierings- of verzorgingsgelden aan het Gem. Bureau voor Evacuatie-aangelegenheden of wel rechtstreeks aan het Bureau Afvoer Burgerbe volking overgemaakt. De bijzondere tijdsomstandigheden hebben echter ook tot gevolg, dat een aantal personen wederom in het arbeidsproces is opgenomen, dan wel in werkverschaffing werd tewerkgesteld. Onder meer normale omstandigheden zouden deze menschen practisch voor arbeid niet meer in aanmerking zijn gekomen. Het gemiddeld aantal wekelijks ondersteunde partijen en de gemiddelde duur der ondersteuning per partij per jaar bedroegen in 1942 en 1943 onderscheidenlijk 11 071 en 7 041 en onderscheiden lijk 37 en 32 weken. Meervoudige ondersteuning. In 1943 werden 676 partijen tegen 868 in 1942 mede door kerkelijke- en particuliere instellingen van weldadigheid onder steund. Rente ingevolge sociale wetgeving en pensioen. Van de bovenaangegeven meervoudig ondersteun de partijen ontvingen 43 een weezenrente, terwijl 9 in het bezit waren van een pensioen. Van de uitsluitend door den Dienst ondersteunden genoten 703 partijen een weezenrente en 149 partijen een pensioen, terwijl 3 323 personen van 65 jaar en ouder een rente ontvingen ingevolge de artikelen 369 en 370 van de Invaliditeitswet. Voorloopige ondersteuning. Aan voorloopige on dersteuning werd in 1943 in afwachting van een eventueele toekenning van periodieke wekelijksche ondersteuning in 12 328 gevallen f 144.013.11 uitge keerd. In 1942 bedroeg het totaal van deze onder steuning voor 20 037 gevallen f 202.657,42. Bijslag i. v. m. bijzondere tijdsomstandigheden. Gebruik makend van zijn aan de Armenwet ont leende bevoegdheid, besloot het Bestuur van den Dienst in zijn vergadering van 5 Juli 1943, met het oog op de algemeene duurte, aan bonafide armlasttigen, ondersteund volgens de Armenwet, en aan werkloozen wekelijks een bijslag te doen ver strekken. Nadrukkelijk werd vastgesteld, dat dit besluit geen verhooging der steunnormen, doch steunen boven de norm beteekende. Het bedrag van den bijslag werd bepaald op: f 1,40 voor gehuw’den en in gezinsverband samen levenden; f 1,voor zelfstandig wonenden en ka merbewoners of kostgangers. Wekelijksche ondersteuning. Aan wekelijksche ondersteuning werd in 1942 en 1943 onderscheiden lijk uitbetaald f 5.497.191,46 en f 3.737.277,35. Per partij en per week bedroeg in 1943 het ge middeld toegekend en ten gevolge van inhoudingen gemiddeld netto uitbetaald steunbedrag f 10,56 en f 10,21. In 1942 was dit onderscheidenlijk f 9,66 en f 9,55. Steun van bijzonderen aard. (Zie het Financieel Gedeelte, Tabel I). Brandstoffenvoorziening. In overeenstemming met vanwege het Departement van Sociale Zaken voor de werkloozen ontvangen aanwijzingen ge schiedde de uitbetaling van den brandstoffenbijslag in het stookseizoen 1943/1944 gedeeltelijk door mid- en in 1942 73.862,14 Bijdragen en verhaal van ondersteuning. Aan restituties, bijdragen en verhaal inzake onder steuning ontving de Dienst gedurende 1942 f 258.667,34 en in 1943 f 216.026,16, het laatste be drag gespecificeerd als volgt: Ingevolge minnelijke schikking f 183.205,79 Ingevolge rechterlijke uitspraak 29.570,68 Door inhouding op kostwinners vergoeding del van voorschot-waardebons. Deze regeling werd ingaande 17 October 1943 vervangen door wekeljjk- sche uitbetaling van den toeslag in contanten. De toeslag bedroeg in de tijdvakken 17 October 1943 tot en met 20 November 1943 en 5 Maart 1944 tot en met 15 April 1944 f 1,voor kostwinners en alleenwonenden en f 0,50 voor bij anderen inwo- nenden en in het tijdvak 21 November 1943 tot en met 4 Maart 1944 f 1,30 voor kostwinners en alleen wonenden en f 0,65 voor bij anderen inwonenden. Kerstuitkeering. Aan de armlastigen werd bij de uitbetaling van de ondersteuning in de week van 20 tot en met 25 December een Kerstuitkeering verstrekt van: f 2,voor alleenwonend en, f 3, voor gezinnen tot en met 3 personen en f 4, voor gezinnen met 4 of meer personen. Verstrekking gestandaardiseerde melk. Ten be hoeve van de kinderen tot en met 13 jaar worden aan de daarvoor in aanmerking komende onder steunden bons uitgereikt, tegen afgifte waarvan de rechthebbenden volgens de geldende distribu- tievoorschriften bij hun melkleveranciers gratis gestandaardiseerde melk kunnen betrekken. Zieken- en dieetvoedsel. Het aantal ingewilligde aanvragen voor het vanwege den Dienst op voor schrift van den Gemeentelijken Geneeskundigen en Gezondheidsdienst te verstrekken zieken- en dieet voedsel bedroeg onderscheidenlijk 6 866 en 4 948 tegen 15 803 en 6 582 in 1942. In het afgeloopen verslagjaar w’erd uitgegeven f 113.919,77, waarvan f 110.667,43 aan armlastigen en f 3.252,34 ten be hoeve van werkloozen. Voor 1942 bedroegen de uitgaven respectievelijk f 194.406,66, f 160.712,14 en f 33.694,52. Uitgaven ten behoeve van werkloozen en kleine zelfstandigen ingevolge de Armenwet. Ingevolge de Armenwet en gedeeltelijk overeenkomstig de „ruimere armslag-circulaire” werd in 1943 ten laste van den Dienst aan werkloozen en kleine zelfstandigen betaald, zonder dat daarin door het Rijk subsidie werd verleend: aanvullende ondersteuning overbruggingssteun zieken- en dieetvoedsel meubelen, ligging, dekking, kleeding en schoeisel handelsgeld en gereedschappen losse giften reisgeld en verhuiskosten extra uitkeering voor brandstoffen extra uitkeering wegens gezinsvermeerdering

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 319