36
VERSLAG betreffende de Centrale Keukens der Gemeente ’s-Gravenhage
over het jaar 1943.
Personeel.
1.
2 035 215 1 (3 589 546 1)
2.
3.
overeenkomstige aantallen van het jaar 1942 aan.
Productie en distributie.
De aantallen in 1943 bereide en verstrekte maal
tijden waren als volgt:
Centrale-keukenvoeding
(burgerbevolking)
Bonlooze bijvoeding
(fabrieken e.d.) 2 269158 1 (1 079 323 1)
Magazijnen.
Wegens de ongunstige ligging van de in gebruik
zijnde magazijnen aan de Waldorpstraat (stations-
postkantoor in aanbouw) en op het terrein van het
(Wordt vervolgd op blz. 4)
Op 31 December 1943 waren in dienst 44 (45)
ambtenaren (Direetie-bureau, Leiders der Keukens,
Kaartverkoopers, Magazijnbeheerder, Expediteur)
en 115 (135) werklieden, waarvan 17 (21) op uurloon.
Algemeen
In den loop van het jaar is het mogelijk geweest
om alle aandacht te besteden aan de kwaliteit van
het verstrekte voedsel. De klachten zijn tot een
minimum beperkt gebleven en hadden meestal be
trekking op factoren, waaraan het Bedrijf niets
kon veranderen. (Zie Grondstoffen).
Storingen van beteekenis in de installatie kwa
men niet voor.
Per 1 Mei 1943 is het Direetie-bureau verplaatst
van de Copernicusstraat 159 naar de leplaan 85a.
Totaal 4 304 373 1 (4 668 869 1)
In verband met de evacuatie van het vesting-
gebied „Scheveningen” en in verband met een
eventueele sluiting van dit vesting-gebied werd de
productie van de keuken aan de Dr-Lelykade be
perkt tot de afnemers in de onmiddellijke omge
ving van deze keuken.
Gedurende de evacuatieperiode werd driemaal
daags voedsel verstrekt aan de personen, die 'waren
ondergebracht in de nood-tehuizen.
In 1943 werd eenmaal voedsel verstrekt aan bur
gers en hulpploegen betrokken bij een bom-inslag.
In het begin van het jaar werd op groote schaal
voedsel gekookt voor de arbeiders, werkzaam aan
de kustverdediging.
Evenals in het vorige jaar werd ook dit jaar het
voedsel verstrekt voor de gehouden éénpansmaal-
tijden van „Winterhulp Nederland”.
Installatie.
In 1943 waren de volgende keukens in bedrijf:
Een keuken gelegen aan de Dr.-Lelykade uit
gerust met een Ensink-kookinstallatie met een
gelijktijdige capaciteit van 4 000 1.
Deze installatie verkeert niet in onberispelijken
staat, doch met het oog op een eventueele slui
ting van het vestinggebied „Scheveningen” is
het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in
Oorlogstijd, als eigenaresse van de keukens, er
niet toe overgegaan deze installatie te ver
nieuwen. Wel werden in den loop van 1943 her-
stellingswerkzaamheden uitgevoerd om een vlot
verloop van de productie mogelijk te maken.
Een keuken gelegen aan de Slachthuiskade, uit
gerust met een Stork-kookinstallatie met een
gelijktijdige capaciteit van 3 500 1.
In deze keuken werden aan de installatie alleen
de gebruikelijke onderhoudswerkzaamheden ver
richt.
Een keuken gelegen aan de Gaslaan, uitgerust
met een v.-d.-Ploeg-kookinstallatie met een ge
lijktijdige capaciteit van 7 200 1.
In den loop van het jaar werd in opdracht en
voor rekening van het Rijksbureau voor de
Voedselvoorziening in Oorlogstijd overgegaan
tot uitbreiding van deze keuken Een aparte
ruimte werd bijgebouwd voor het schoonmaken
van groenten en aardappelen, waardoor de
eigenlijke kookruimte geheel vrij kwam. Door
het bijplaatsen van kookpotten werd de gelijk
tijdige capaciteit met 1200 1 uitgebreid. Ook
werd de keuken voorzien van een douehe-cel,
waschgelegenheden en ruime schaftlokaliteiten
voor het personeel.
De tusschen haakjes geplaatste cijfers geven de
Grondstoffen.
De voor de keukens benoodigde grondstoffen
konden normaal worden aangevoerd. De grootste
zorgen baarde in enkele perioden van het jaar
het verkrijgen van versehe groenten, waardoor het
noodzakelijk was om over te gaan tot verstrekking
van vatgroenten op tijden, waarop dit niet meer
gebruikelijk is (voorzomer), hetgeen aanleiding
was tot enkele gegronde klachten van de afnemers.
In het begin van het jaar was ook de kwaliteit
van de verwerkte aardappelen van dien aard, dat
de smakelijkheid van het voedsel ernstig in gevaar
werd gebracht.
Met ingang van 1 November 1943 werden de te
verwerken hoeveelheden grondstoffen per 100 1
voedsel voor de maaltijden, bestemd als bijvoeding
voor de daarvoor in aanmerking komende fabrieks
arbeiders gelijkgeschakeld met die van de burger
bevolking. Eerstgenoemde maaltijden werden van
dezen datum af dus met dezelfde hoeveelheden vet,
boter en vleesch bereid als die van het burgerbe-
volkingsmenu.