15 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST. ge- verminderde geschiktheid ongeschikt of sterk gehan dicapt 483 382 101 475 373 102 251 176 76 (316) personen, (242) mannen 74) vrouwen. (384) personen, (300) mannen 84) vrouwen. De inschakeling van den Ambtenaar voor de Nazorg-b.l.o. als hulpambtenaar voor de arbeids bemiddeling voor zwakzinnigen in het district 's-Gravenhage van het G.A.B., bracht een enorme uitbreiding van het Nazorgwerk met zich mede. Niet alleen steeg het aantal ingeschrevenen uit 's-Gravenhage in belangrijke mate, doch ook de zwakzinnigen uit de gemeenten /Wassenaar, Leid- schendam, Voorburg, Rijswijk, Naaldwijk, Wate ringen, ’s-Gravenzande, Monster en de Lier moes ten in de arbeidsbemiddeling worden opgenomen, omdat deze plaatsen onder het district ’s-Graven hage van het G.A.B. ressorteeren. De Burgemeesters van al deze gemeenten ver zochten hun zwakzinnige ingezetenen in te schake len bij de algemeene Nazorg-bJ.o. van den G.G. en G.D. van ’s-Gravenhage en verklaarden zich bereid per ingeschreven pupil bij te dragen in de kosten. Door den Burgemeester van ’s-Gravenhage werd gunstig op deze verzoeken beschikt. Op 1 November 1943 ging de technische leiding van het tuincomplex voor de onmaatschappelijk- debielen van de ’s-Gravenhaagsche Vereeniging „Dr. Schroeder van der Kolk”, van de directie van de „Stichting voor School- en Kindertuinen” over naar die van den Tijd. Gemeentelijken Dienst voor de teelt voor voedingsgewassen. De dagelijksche leiding van de tewerkgestelde a-sociale zwakzin nigen bleef bij hen, die daar reeds mede waren belast. Op 31 December 1943 telden de groepen te zamen 28 onmaatschappelijk debielen. Dat regelmatige werkzaamheden voor deze a- soeialen van het hoogste belang zijn, blijkt uit de daling van de crimineele misdragingen van deze onmaatschappelijk debielen. Sinds de oprichting in Februari 1941 konden 45 onmaatschappelijk-debie- len in loondienst worden opgenomen met een ge middeld loon van f 13,75 per week. Van 1 Juni af werd de Hoofdambtenaar voor Socialen Arbeid geassisteerd door een tjjdelijke Zuster voor Maatschappelijk Werk. Met de directeuren van inrichtingen, hoofden van scholen en onderwijzend personeel, zoowel als met de leiders van de avondverzorging, werd ook in 1943 voortreffelijk samengewerkt. Op regelma tige tijden werden inrichtingen en dag- en avond scholen door den ambtenaar van de Nazorg-b.l.o. bezocht. De verduisteringsvoorschriften beïnvloeden in niet geringe mate het bezoek aan de avondverzor ging in ongunstigen zin. Het aantal leerlingen van de avondverzorging aan de Dr.-H.-Piersonschool aan de Prinsegracht daalde dermate, dat het schoolbestuur besloot deze tijdelijk op te heffen. In totaal hadden 213 zwakzinnigen, t.w. 127 jon gens en 86 meisjes van 1521 jaar, avondverzor ging, een aantal dat zeer zeker wel voor verhoo- ging vatbaar moet zijn. De Nazorg-Werkkolonies respectievelijk in Zuid- Limburg, de Achterhoek-Twente en te Ede-Drie- bergen, bleven zich nog steeds uitbreiden en ble ken alleszins een groot succes. Meermalen werd gestiehtsopname voorkomen en internaatsverple- ging bekort, door plaatsing in een der voornoemde kolonies. Het toezicht over de mannen en jongens in Zuid- Himburg bleef in handen van een Geestelijke van het Klooster der Paters Ongeschoeide Carmelieten te Geleen, dat over de vrouwen en meisjes aldaar, wordt uitgeoefend door een oud-onderwijzeres te Treebeek. Op 31 December 1943 waren in Zuid- Limburg te werk gesteld 15 mannelijke en 2 vrou welijke patiënten. De Nazorg-werkkolonie in den Achterhoek en Twente, onder toezicht van den Secretaris van de Afdeeling Hengelo van de A.V.O., omvatte drie jongens, terwijl die te Ede-Driebergen, onder con trole van een Maatschappelijk Werkster te Ede, 5 meisjes telde. Een woord van dank voor het belangeloos uit geoefende toezicht en voor het vele werk voor de afd. Nazorg van den G.G. en G.D. verricht, moge hier zeer zeker niet onvermeld blijven. Voorts werd gebruikgemaakt van de gelegen heid, geboden door den Rjjksdienst voor de Werk verruiming, om enkele plaatsen te bezetten in de werkverruimingskampen voor a-socialen. In totaal werden daar tewerkgesteld 4 mannelijke zwak zinnigen: 2 in „It Petgat” in Friesland, 1 in „De Witte Peel” in Drente en 1 in „Stuyfzand” te Hoogeveen. Laatstgenoemde zwakzinnige werd na een ver blijf van 7 weken, wederom in de maatschappij geplaatst. Op het Departement van Sociale Zaken werd de wenschelijkheid bepleit om te komen tot op richting van een kamp voor zwakzinnigen, die door hun a-sociaal gedrag, crimineelen inslag of andere defecten, niet in de maatschappij kunnen worden gehandhaafd en die niet in het normale productieproces blijvend kunnen worden ingeseha- keld, doch wier psychische afwijkingen niet van dien aard zijn, dat opname in een zwakzinnigen gesticht kan worden aangevraagd. Binnen enkele maanden zal een speciaal kamp voor deze onmaat- schappelijken door den Rjjksdienst voor de Werk verruiming, in samenwerking met de afdeeling Bijzondere Bemiddeling van het Rjjksarbeids- bureau, worden geopend. Voor dit kamp komen slechts die debielen in aanmerking, die door de nazorginstantie worden voorgedragen. Op 1 Januari 1943 waren bij de b.l.o.-groep van de Nazorg ingeschreven: 990 zwakzinnigen, nl. 738 mannelijke en 252 vrouwelijke. Het jaar 1943 gaf een accres te zien van 478 (315) zwakzinnigen, 405 (222) mannen en jongens, 73 (93) vrouwen en meisjes. Af geschreven werden 215 (109) personen: 178 (91) m. en 37 (18) vrouwen. Op 31 December 1943 stonden dus bij de Nazorg- b.l.o. ingeschreven: 1253 (990) zwakzinnigen, nl. 965 (738) mannen en 288 (252) vrouwen. Naar hun vermoedelijke arbeidsprestaties rangschikt voor loondienst geschikt (249) personen, (173) mannen 76) vrouwen. 43 (41) personen: 34 (39) mannelijke en 9 (12) vrouwelijke, waren nog te jong voor beoordeeling.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 363