I - 2 I VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS. I f VERSLAG VAN DE COMMISSIE VAN TOEZICHT OP HET MIDDELBAAR ONDERWIJS TE s-GRAVENHAGE OVER HET SCHOOLJAAR 1942—1943. De tusschen geplaatste cijfers geven het jaar van aftreding aan. De samenstellingderCommissie bleef in het afgeloo- pen schooljaar ongewijzigd Dr. C. van den Berg, voorzitter (1944)*), A. Rienks, Onder-Voorzitter (1944), Mevr. M. H. J. P. v. Buttingha Wichers-van Voorst Vader, onder-voorzitster (1944), Mr. Th. O. Palte, secretaris (1944), Ir. P. H. V. Bongaerts (1944), H. M. Burghard (1944), E. H. Carpentier Alting (1947), W. K. Dlcke (1947), C. van Doorn (1944), K. Dijk (1944), O. L. Eschauzier (herbenoemd door de K. v. K. en F.), Mr. J. Th. Goossens (1947), Mr. P. B. H. v. Groin Soeters (1947), Mevr. P. M. van der Meulen - Salverda de Grave (1947), J. B. Reichardt (herbenoemd door de K.v.K. en F.) Mevr. W. P. A. Reitsma-Valstar (1944), Mr. H. H. Reijers (1947), J. Spiesz (1947), Mr. Drs. A. C. Verbeek (1947). Gedurende eenige maanden, waarin de secretaris der Commissie, de heer Mr. Th. O. Palte, door ziekte ver hinderd was, het secretariaat der Commissie waar te nemen, trad het lid der Commissie, de heer Mr. Drs. A. C. Verbeek, als plaatsvervangend secretaris op. In het corps van directeuren bij het Haagsche mid delbaar onderwijs kwam in het afgelopen jaarwijziging in de eerste plaats door het ontslag, verleend aan den heer Dr. W. F. de Groot, als directeur der „Dalton H. B. S.”, in verband met zijn benoeming tot Wethouder van Onderwijs te ’s-Gravenhage. In zijn plaats werd benoemd de heer Ir. C. J. H. M. van Zee, die voordien als leeraar verbonden was aan de 7e Gemeentelijke Curatoren der Gemeentelijke Lycea, L. P. J. MICHIELSEN. Voorzitter. M. VAN BUTTINGHA WICHERS- VAN VOORST VADER, Secretaresse. VERSLAG VAN CURATOREN DER GEMEENTELIJKE LÏCEA OVER HET SCHOOLJAAR 1942-1943. den Nieuwe Duinweg werd opgeheven, werd aan de heeren J. A van Riemsdijk, H. Jager en J. M. Th. Arnold met ingang van 24 Augustus 1943 eervol ontslag verleend, daar er geen behoefte meer was aan hun diensten, terwijl ook mej. Dr. N. A. Bruining werd ontslagen, omdat Hebreeuwsch niet meer mag worden onderwezen. Met ingang van 24 Augustus 1943 werd aan ons College het toezicht opgedragen op het lyceum aan aan de Bildersstraat. Aan het eindexamen gymnasium namen deel 30 leer lingen. Zoowel voor de Afd. A als voor de Afd. B moesten twee candidaten worden afgewezen. Voor het eindexamen H.B.S. werden geëxamineerd 48 can didaten, waarvan 9 leerlingen werden afgewezen, terwijl één zich terugtrok. Het College van Curatoren onderging geen wijziging en was aan het eind van den cursus aldus samen gesteld: Mr. L. P. J. Michielsen, voorzitter, Ir. J. K. Tromp, ondervoorzitter, mevr. M. van Buttingha Wichers—van Voorst Vader, secretaresse, Ir. J. J. M. Aangenendt, mej. Ds. W. S. Wiardi Beekman, Mr. T. A. van Djjken en Mr. B. C. Slotemaker. Het lyceum Stokroosplein leed in den aanvang van den cursus een groot verlies door het overlijden van den heer J. Schimmel, die niet alleen een voortreffelijk docent was, maar ook in het muzikale leven van de school een belangrijke plaats bekleedde. Bij allen, die aan de school verbonden zijn, zal de herinnering aan hem blijven voortleven. De zwaarste slag, die een school kan treffen, viel in November, toen het mooie gebouw, waar we allen zoo trotsch op waren, wegens afbraak moest ontruimd worden. De school werd eerst gehuisvest in de Christe lijke H.B.S. in de Populierstraat en eenige maanden later in het gebouw van de Handelsdagschool aan de Waldeck-Pyrmontkade. Daar door de evacuatie van een gedeelte van ’s-Gravenhage een groot aantal leerlingen voor de school verloren ging, terwijl bovendien de H.B.S. aan H B.S. Van October 1942 tot Maart 1943 werd het direc toraat der 5e Gemeentelijke H.B.S. waargenomen door den heer J. van der Vlis, leeraar aan die school. Voorts werd aan den heer A. J. S- van Dam ontslag verleend als directeur der 6e Gemeentelijke H.B.S., in verband met zjjn benoeming tot rector van het lyceum aan de Bildersstraat. Het verslagjaar vormde een moeilijke periode voor het onderwijs. De evacuatie van een gedeelte van de bevolking van ’s-Gravenhage naar elders, alsmede de wijzigingen in de verspreiding der leerlingen over de stad, brachten steeds weer nieuwe problemen voor het onderwijs mede. De 3e en de 5e Gemeentelijke H.B.S. en de H B.S. voor Meisjes moesten haar gebouwen ontruimen en werden ondergebracht onderscheidenlijk aan de Fisherstraat 135, de Vlierboomstraat 366 en in het gymnasium aan de Laan van Meerdervoort 57. De Gemeentelijke Handelsavondschool, welke tot dusver werd gehouden in het gebouw der 3e Gemeen telijke H.B.S. aan de Beeklaan, vond een onderkomen in het gebouw der Gemeentelijke Handelsdagschool aan de Waldeck-Pyrmontkade. In verband met het terugloopen van het aantal leerlingen van de Gemeentelijke scholen voor mid delbaar en voorbereidend hooger onderwijs, alsmede met het oog op de wenschelijkheid van bezuiniging werd door den Burgemeester besloten tot opheffing van de 6e Gemeentelijke H.B.S. aan den Nieuwe Duinweg. De Commissie heeft in een brief aan den Burge-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 404