6 2 VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS. Dagonderwijs. o. i Openbaar. Bijzonder. S i luut. i cijfer, j luut. j cijfer. Zie noot 3 en 4 op bladz. 15. 15 Sept. 1) Absoluut. Absoluut. Deze aantallen geven bij beide richtingen 1926 1930 1935 1940 1941 1942 1943 5 235 5 531 6 768 7 107 7 191 7 017 6 453 1 391 1 510 1 362 1 201 1 106 978 574 100 108,6 97,9 86,3 79,5 70,3 41,3 1927 1930 1935 1940 1941 1942 1943 Openbaar en bijzonder onderwijs. Een overzicht van de schoolbevolking bij het openbaar en bij het bijzonder onderwijs volgt hier voor enkele jaren. 1926 1930 1935 1940 1941 1942 1943 3 626 3 460 3 683 3 753 3 694 3 454 3 013 456 588 991 1 059 1 067 1 085 100 95,4 101,6 103,5 101,9 95,3 83,1 1 609 2 071 3 085 3 354 3 497 3 563 3 440 1 483 2 094 2 295 2 430 100 128,7 191,7 208,5 217,3 221,4 213,8 217,3 232,2 237,9 226,8 100 94,2 87,2 71,9 66,6 61,9 44,6 212,7 206,5 839 790 732 603 559 519 374 552 720 630 598 547 459 200 100 127,3 179,7 197,- het dagonderwijs. Indexcijfer. Aantal leerlingen by het handels- avondonderwijs Indexcijfer. 658 650 757 609 595 599 548 1 034 101,8 112,2 112,3 208,6 104,4 89,4 volg van bezuinigingsvoorschriften inzake het papier- verbruik, alle staten op één na weggelaten. Voor belangstellenden liggen de gegevens voor zoover thans verzameling daarvan mogelijk was, bij het Statistisch Bureau der Gemeente ter inzage. Aantal leerlingen. De in 1942 reeds ingetreden daling van het aantal leerlingen bij het dagonderwijs, zette zich in het jaar 1943 in versneld tempo voort (564 leerlingen minder dan in 1942 of 8,- pCt.). Een groot gedeelte van deze vermindering is het gevolg van de evacuatie der leerlingen en de daar uit gevolgde verplaatsing of tijdelijke sluiting van scholen. Het aantal leerlingen bij bet avondonderwijs, dat van 1938 af een vermindering te zien gaf, is in 1943 bijzonder sterk gedaald. Het aantal was in 1926 1391 en in 1942 nog slechts 978, terwijl het aantal leer lingen in 1943 574 bedroeg; onderscheidenlijk een daling van 29,7 en 58,7 pCt. t. o. v. 1926. Dc daling in 1943 omvatte t. o. v. 1942 404 leerlingen of 41,3 pCt. De gevolgen van de verduisteringsmaatregelen en de verdere buitengewone omstandigheden zijn hier wel zeer duidelijk merkbaar. Vooral de opheffing van twee bijzondere avond scholen had mede haar invloed op de vermindering van het totaal aantal leerlingen. Van den aan vang van deze statistiek af (op 15 Sept. 1926) Is het verloop van het aantal leerlingen als volgt: 100 130,4 114,1 108,3 99,1 83,2 36,2 H.b.s.- onderwye. 1 165 100 98,8 128,9| 97,1 115,- 92,6 90,4 234,- 91,- 83,3 H.VsT- onderwys. In verband met de bijzondere tijdsomstandigheden, waardoor de telkaarten der leerlingen van het Voort gezet Onderwijs niet tijdig genoeg ter beschikking konden worden gesteld, zijn de navolgende gegevens in dit verslag niet vermeld. Herkomst der nieuwe leerlingen, kennis van het Fransch in de eerste klasse, aantal leerlingen voor de 2e of 3e maal in dezelfde klasse, aantal leerjaren noodig voor het behalen van het einddiploma en gekozen bestemming der voor het eindexamen geslaagde leerlingen in 1943, ver trokken leerlingen naar gelijksoortige inrichtingen van onderwijs en vertrokken leerlingen met onvol doende vorderingen. Het overige te vermelden cijfermateriaal is uit sluitend ontleend aan de door de scholen ingezonden vragenlijsten. Verder zijn, evenals in het vorige verslag, als ge- Deze aantallen geven bij beide richtingen een daling te zien van het aantal leerlingen; vooral bij het openbaar h.b.s.-onderw(js is, evenals in 1942, een sterke daling te bemerken. B. STATISTISCH GEDEELTE. steeds grooter is dan de vermeerdering der bevolking van 's-Gravenhage sinds 1926 (14,3 pCt.). Hierbij is in aanmerking te nemen, dat het aantal leerlingen uit andere gemeenten, dat vooral de laatste jaren sterk is gestegen, in 1943 wederom is toegenomen. In de jaren 1926/1930 vormden deze leerlingen gemiddeld 8,9 pCt. van de totale schoolbevolking, op 15 Sept. 1940 bedroeg dit percentage 12,8, op 15 Sept. 1941 14,2, op 15 Sept. 1942 15,1 en thans in 1943 23,2 pCt. a Openbaar. Bijzonder. Openbaar. Abso- Index-: Abso- [index- Abso-Index- luut. cijfer. Handelsavondonderwys. Bijzonder. Abso- llndex- luut. cijfer. 2 383 2 315 2 426 2 674 2 677 2 489 2 478 2 130| 2 406 i) Gegevens naar den toestand op 16 Sept. 1926 ontbreken. 100 105,7 129,3 135,8 137,4 134,- 123,3 I) Zie noot 3 en 4 op bladz. 16. Het totaal aantal leerlingen bij het dagonderwijs blijkt dus, ondanks de jongste vermindering, in ver gelijking met den toestand op 15 Sept. 1926 toege nomen te zijn met 23,3 pCt., welke stijging toch nog Uit dit overzicht kan worden afgeleid, dat de toe neming sinds 1926 van de schoolbevolking by het bijzonder onderwijs in 1943 niet verder doorzette, maar, evenals bij het openbaar onderwijs, reeds eerder het geval was, plaats maakte voor een daling. Het aantal leerlingen bij het bijzonder onderwijs is echter nog steeds ruim het dubbele van het aantal in 1926, terwijl het leerlingental bij het openbaar onderwijs belangrijk beneden dat van 1926 is gedaald. Ook de daling van het totaal aantal leerlingen bij het handelsavondonderwijs zette zich zoowel bij het openbaar als bij het bijzonder onderwijs, evenals in 1942, voort. Wat het dagonderwijs betreft, is nog van betee- kenis een verdeeling der schoolbevolking naar de richting van het onderwijs. gymnasiaal en h.b.s,-onderwys genoot Gymnasiaal *- - - onderwijs. Openb.l Bjjz. Aantal leerlingen, dat Gymnasiaal onderwijs. Opent, Bjjz. Öpenb.i Bjjz. Opent, Bjjz. Indexcijfers. 100 1100

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 408