7 VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS. Straffen (voor zoover bekend). Aard der overtreding. f 5,— f 10,— f 25,—. 3 f 10,— f 50,—. 1 2 ’s-Gravenhage, Mei 1944. De Directeur van het Openbaar Slachthuis, P. VAN Bun, wnd. De hiernavolgende staat verschaft gegevens over den aard van deze overtredingen, welke uitsluitend door keuringsambtenaren geverbaliseerd werden en Aantal geverbaliseerde overtredingen. Vil. KOELRUIMTEN DIVERSE WAREN. Poeliers waren en vleeseh. Voor den opslag van wild en gevogelte bleven gedurende 1943 vrijwel dezelfde kleine vriesruimten aan poeliers in huur afgestaan. Tegen de verwachting werd echter van één der groote vrieskamers slechts voor een deel van het jaar gebruik gemaakt. over de bij de samenstelling van dit verslag bekende straffen. Niet strafrechtelijk vervolgd; zaak wordt door den tucht rechter behandeld. Herkeuringen, afkenrbe wijzen en ultvoereertifl- eaten. In het verslagjaar werd door den vertegenwoor diger van de veefondsen een herkeuring gevraagd over 3 runderen. De uitspraak bleef gehandhaafd. Verder werd door een eigenaar een herkeuring gevraagd over een paard. Ook in dit geval bleef de oorspronkelijke keuringsbeslissing van kracht. Afgegeven werden 5 940 afkeurbewijzen. Uitvoer- certiflcaten werden niet verstrekt. Keuring op grond van het bepaalde in Art. 8. Bij het onderzoek bedoeld in Art. 8 der Vleesch- keuringswet 1919 S. 524 werden 1 281,5 kg vleeseh en 602 kg vleeschwaren afgekeurd. Repressieve keuring. De repressieve keuring gaf aanleiding tot afkeu ring van 713 kg vleeseh, 13,5 kg vet en 1 394,5 kg af val, terwijl 36 kg vleeseh werd goedgekeurd onder voorwaarde van sterilisatie. VIII. IJSFABRIEK. Gedurende 1943 werden 44 148 staven of 1 103 700 kg ijs verkocht. Dit beteekent t.o.v. 1942 een achter uitgang van 3 423 staven of ruim 7 Deze achteruitgang werd veroorzaakt doordat in de tweede helft van 1943 een groot aantal slagerijen in opdracht van het Bedrijfschap voor Vee en Vleeseh is gesloten en in het algemeen de temperatuur in de zomermaanden vrij laag is geweest. Statistisch overzicht. De hierna volgende staat geeft een overzicht om trent slachtingen, voorwaardelijke goedkeuringen en afkeuringen in den keuringskring ’s-Gravenhage. In dezen staat beduiden de letters: V.G.goed gekeurd op voorwaarde van sterilisatie; V.G.T. goedgekeurd op voorwaarde van verkoop in het klein onder toezicht (vr(jbank), terwijl de lettere a, b, c, d en e aangeven, dat men te doen heeft onder scheidenlijk met normale slachting, noodslachting wegens ongeval, slachting, zonder dat levende keuring heeft plaats gehad, ziek of wrak dier, dan wel gestorven dier. Het in 1942 als vriesinrichting in gebruik genomen bovenkoelhuis bleef de eerste drie maanden van het jaar volledig bezet, doch bleek né afloop van den huurtermijn voor dit doel niet meer noodig te zijn. Dit was aanleiding te trachten op andere wijze deze ruimte productief te maken. Al heel spoedig kwamen van de zijde der groot handelaren in fruit aanvragen om koelruimten binnen, zelfs op zoo groote schaal, dat binnen korten tijd het geheele bovenkoelhuis voor den opslag van fruit in hoofdzaak appelen voor korten of langen tijd werd verhuurd. Bovendien werd het varkensvoorkoelhuis in ge bruik afgestaan aan den Gemeentelijken Dienst voor Haven- en Marktwezen voor het bewaren van groote hoeveelheden peen. De uit bovenvermelde verhuringen verkregen op brengsten zijn evenals vorig jaar gebracht ten bate der Exploitatierekening Slachthuis, inbegrepen koel ruimten versch vleeseh en wél op grond van het feit, dat zoowel het bovenkoelhuis als het varkens voorkoelhuis behooren tot de feitelijke Slachthuis gebouwen. Gezouten spek. Ook dit jaar was voor het inzouten geen spek aanwezig, waardoor de verhuring van pekelcellen opnieuw achteruit liep. Art. 35 der Vleeschkeuringswet 1919 S. 524. (Het in voorraad hebben van vleeseh, dat niet gekeurd is volgens het bepaalde in Art. 8 van die wet). Art. 35 en 40 der Vleeschkeuringswet 1919 S. 524. (Het in voorraad hebben van vleeseh, dat niet gekeurd is volgens het bepaalde in Art. 8 van die wet en van ondeugdeljjke vleeschwaren). Art. 40 der Vleeschkeuringswet 1919 S. 524. (Het in voorraad hebben van bedorven vleeseh).

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1943 | | pagina 86