I
.1
J>
3
t
I
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
B. VERBETERING VAN DE BEBOUWDE KOM.
Niets te vermelden.
Gemeentelijk Electriciteitsbedrjjf.
Kon in het verslag over 1943 worden medege
deeld, dat een voorstel was ingediend tot over
dracht van grond aan de Van-Diepenburchstraat
ten behoeve van een transformatorstation, thans
kan daaraan worden toegevoegd, dat deze over
dracht door den Burgemeester werd goedgekeurd
bij diens besluit van 28 December 1944.
Onderwijs.
Bij zijn besluit d.d. 28 Januari 1944 keurde de
Burgemeester goed, dat aan de Afdeeliug Onder
wijs een terrein aan de Woudenberg- en Ame-
rongenstraat in gebruik werd gegeven voor het
daarop plaatsen van een schoolpaviljoen voor een
bewaarschool.
Kijk in verband met de huisvesting van de Staats-
van den Burgemeester d.d.
29 Januari 1944 werd aan den Secretaris-Generaal
een opgave gezonden van de politiegebouwen,
welke de Gemeente in eigendom wenseht te be
houden.
overdracht door den Burgemeester goedgekeurd.
Aan het einde van het verslagjaar was nog geen politie. Bij schrijven
goedkeuring van den Secretaris-Generaal van het
Departement van Binnenlandsche Zaken verkregen.
b. op terreinen, niet behoorende aan de Gemeente.
Stratenplan „Geest van Waldeck”.
In aansluiting aan hetgeen werd medegedeeld
in het jaarverslag over 1941 kan thans worden
medegedeeld, dat de waarborgsom voor straat-
uanleg op 2 December 1941 door de N.V. Aristode-
mus en Jhr. E. J. van Holthe werd gestort.
Bjj zijn besluit d.d. 19 December 1941 keurde de
Burgemeester het stratenplan overneming, rui
ling en aankoop van grond goed. Dit besluit
werd door den Secretaris-Generaal van het Depar
tement van Binnenlandsche Zaken goedgekeurd
bjj zijn besluit van 11 Februari 1942.
Door den Burgemeester werd bjj schrijven d.d.
27 Februari 1942 aan den Directeur van Gemeente
werken opgedragen den aanleg van het eerste ge
deelte van het stratenplan voor te bereiden en een
kostenbegrooting te maken. Van uitvoering dezer
plannen is echter nog niets gekomen.
Verkoopen.
Behalve de oppervlakten Gemeentegrond, genoemd
in Hoofdstuk III (Gemeentelijk Grondbedrijf), werd
in het verslagjaar geen grond verkocht.
Met de verschillende gegadigden werden onder-
handelingen gevoerd over verkoop van grond in
het plan Binckhorst; de verkoop van deze gronden
kon echter niet doorgaan in verband met het be
sluit van den Burgemeester om deze terreinen tot
park te bestemmen. Ook de verkoop van grond,
liggende aan Maanweg/Binckhorstlaan, aan het
Staatsbedrijf der P.T.T. werd door den Burge
meester bjj zijn schrijven van 11 Maart 1944 te niet
gedaan, daar overwogen werd het terrein een
andere bestemming te geven.
Bij zjjn schrijven d.d. 24 Mei 1944, gericht aan
den Burgemeester, maakte de Raad van Advies
inzake Stadsuitbreiding en Architectuur bezwaar
tegen den voorgenomen verkoop van gronden
aan de Van-Tuyllstroat e.o. Voorgesteld werd
deze verkoopen niet te doen doorgaan daar de,
in verband hiermede, noodige' wijziging van het
uitbreidingsplan niet alleen zal betreffen het ver
vallen van een gedeelte van de Von-Geusaustraat,
maar tevens de verandering van de bestemming
van den desbetreffende!! grond voor woningbouw
bouwgrond voor bedrijfsdoeleinden, terwijl
voorts rekening moest worden gehouden met het
vrjjhouden van een strook grond tusschen de
spoorbaan en de Van-Alphenstraat voor verbree-
'iing van de spoorbaan c.q. voor plantsoenaanleg.
tenslotte werd door den Secretaris-Generaal van
oet Departement van Financiën een voorstel ge-
•laan tot verkoop van Politiegebouwen aan het
VERKOOP VAN GEMEENTE-E1GENDOMMEN,
RULING, OVERNEMING ENZ. VAN ONROERENDE
GOEDEREN.
Gemeentelijke Geneeskundige- en Gezond
heidsdienst.
Nadat in November 1943 aan den Burgemeester
rapport was uitgebracht omtrent het aanwijzen
van terreinen onderscheidenlijk aan de Cartesius-
straat en nabjj de Delftschelaan voor den bouw
van een ontsmettingsinrichting en een gebouw
voor den Gem. Geneeskundigen en Gezondheids
dienst, stelde de Directeur van het Gemeentelijk
Bouw- en Woningtoezicht in zijn daarover d.d.
25 Januari 1944 aan den Burgemeester uitgebracht
rapport voor, eerstbedoeld terrein niet te bestem
men voor een ontsmettingsinrichting, daar deze,
onder de Hinderwet vallende inrichting, tot de
zeer gevaarlijke behoort, zoodat door dezen Hoofd
ambtenaar werd geadviseerd een terrein in de in
dustriewijk daarvoor te bestemmen.
Hjj ging aceoord met het voorstel inzake de
bestemming van het terrein aan de Delftschelaan
voor den bouw van een gebouw ten behoeve van
Ruiling, overneming enz. van onroerende goederen.
Bij onderhandsehe akte d.d. 3 Februari 1944, ge
wijzigd bjj akte d.d. 25 Maart 1944, werd met de
Nederlandsche Spoorwegen een ruiling aangegaan
van gronden bjj het viaduct Schenkkade/Wetering-
kade.
De recognitie voor grond aan de Ernst-Casimir-
laan, verschuldigd door J. M. A. Sehuttelaar, werd
bjj schrijven van den Burgemeester d.d. 8 Februari
1944 opgezegd in verband met de vordering van
den grond door het Rijk der Nederlanden.
Bij schrijven d.d. 13 April 1944 no. 129595 Afd. S.
en B. werd door den Burgemeester aan S. Edel
stein medegedeeld, dat de recognitie voor perceel
Dwarsweg no. 2. Kadaster Sectie A.K. no. 8108,
werd beëindigd in verband met de vordering van
dezen grond door het Rijk der Nederlanden.
D. GRONDEN EN GEBOU WEN TEN BEHOEVE VAN
GEMEENTELIJKE EN ANDERE OVERHEIDS
DIENSTEN EN -BEDRIJVEN.