VERSLAG van het Bedrijf der Gemeentewerken van ’s-Gravenhage
over het jaar 1944.
III. GEBOUWEN c.a. TEN BEHOEVE VAN
HET BEDRIJF.
II. PERSONEEL.
IV. WERKEN.
Algemeene beschouwingen.
Het gebrek aan materialen en transportmidde
len, hetwelk in de vorige oorlogsjaren reeds zijn
stempel op het Bedrijf had gedrukt, nam steeds
grootere vormen aan, als gevolg waarvan in hoofd
zaak nog slechts de allernoodzakelijkste onder
houdswerken ter hand konden worden genomen.
Aanbestedingen.
Openbare aanbestedingen werden in het afgeloo-
pen jaar niet gehouden.
Reconstructie historische gevels enz.
Het in teekening brengen van straatwanden in
de binnenstad, teneinde bij onverhoopte verwoes
ting of beschadiging door oorlogsgeweld van his
torische gebouwen, restauratie of wederopbouw in
den oorspronkelüken vorm mogeljjk te maken,
werd voortgezet.
Onttakeling van perceelen.
In Januari werd het Bedrijf door de Duitsche
bezettingsmacht gedwongen tot onttakeling van
leegstaande perceelen in het vestinggebied. Deze
werkzaamheden werden in September stopgezet.
Afbraak perceelen.
In en buiten het vestinggebied werd de afbraak
onder Duitsche dwang voortgezet. O.m. werden
gesloopt: Chateau Bleu, het Kurhauscabaret met
de muziektent, het badhotel te Kijkduin, het Club
huis op het Golfterrein, een aantal perceelen aan
de le binnenhaven, den Cremerweg, de Prins-
Mauritslaan e.o. en aan den Haagweg, alsmede
opstallen op het Houtrustterrein.
Ook de Wittebrug werd afgebroken.
Nooddrinkwatervoorziening.
Op verscheidene plaatsen werden diepboringen
verricht ten behoeve van de nooddrinkwatervoor
ziening.
Oorlogsgeweldsehade.
Herhaaldelijk moest hulp geboden worden bij
bominslagen (o.a. „Kleijkamp”) en bij verwoestin
gen door ontijdig ontplofte V-projectielen.
Schade door oorlogsgeweld werd hersteld in 20
school- en andere gebouwen.
Verfwerken.
Buitenverfwerk werd uitgevoerd aan 45 gebou
wen en gebouwencomplexen, terwijl binnenverf-
werk aan 17 gebouwen werd verricht.
Werklieden.
Het totaal aantal werklieden bedroeg op 31 De
cember 1944 699 (654). Dit aantal omvat 428 (443)
in vasten dienst, 262 (207) in tijdelijken en lossen
dienst en 9 (4) reservisten.
In het totaal is begrepen het personeel van den
schoonmaakdienst, bestaande uit 138 (149) personen
en wel 94 (104) mannen en 44 (45) vrouwen, waar
van 93 (97) in vasten dienst en 45 (52) in tijdelijken
I en lossen dienst.
65 (73) werklieden werden gevorderd voor te
werkstelling in het buitenland, 33 (2) voor te
werkstelling in Nederland; 2 werklieden -wer
den opgeroepen voor den Arbeidsdienst, terwijl 4
werklieden zich in krijgsgevangenschap moes
ten begeven. Aan 1 (1) reservist werd buitenge
woon verlof verleend. Ook deze werklieden zijn
in bovengenoemde aantallen begrepen.
Aan de gebouwen van het bedrijf werden de ge
wone onderhoudswerken uitgevoerd.
De tusschen haakjes geplaatste cijfers hebben be-
L~
I. BEHEER.
Het bedrijf der Gemeentewerken tverd ingevolge
besluit van den Rijkscommissaris voor het bezette
Nederlandsche gebied d.d. 11 Augustus 1941 (Ver
ordening No. 152 van 1941) en de eerste beschik
king van den Secretaris-Generaal van het Depar
tement van Binnenlandsche Zaken ter uitvoering
daarvan, beheerd door den Burgemeester.
Ambtenaren.
Het korps ambtenaren bestond op 31 December
1944 uit 1 (1) Directeur, 120 (122) technische en
88 (90) administratieve ambtenaren, totaal 299 (213)
ambtenaren, waarvan 195 (197) in vasten dienst en
13 (16) in tijdelijken dienst.
Aan 1 (1) der technische ambtenaren werd bui
tengewoon verlof verleend om voor derden arbeid
te verrichten, terwijl er 3 (4) bij andere diensten
werden gedetacheerd.
Voor den „arbeidsinzet” werden 2 (2) administra
tieve ambtenaren in het buitenland en 0 (1) admi
nistratieve ambtenaar in Nederland te werk ge
steld.
Al deze ambtenaren zijn in bovengenoemde aan
tallen begrepen.