I
I
I
21
I
moesten worden uitgezonden voor gezinsverple
ging. Op 1 Augustus werd daarmede begonnen;
60 gezinnen genoten deze verpleging.
Ten aanzien van de financiën over 1944 vermeldt
het verslag der Vereeniging slechts, dat deze
reden tot tevredenheid gaven, hoewel voor het
houden van de gebruikelijke jaarlijksehe collecte
langs de huizen geen toestemming werd ver
kregen,
In de R.K. Vrouwenkliniek „Bethlehem”, Prin-
sessegracht 8, waren op 1 Januari 1944 40 vrouwen
en 57 kinderen in verpleging. Er werden opge-
rtomen 1 405 vrouwen en 2 215 kinderen, ontslagen
1389 en 2189, terwijl 8 vrouwen en 11 kinderen
zijn overleden. Op 31 December 1944 waren in
verpleging 48 vrouwen en Jg kinderen. Het aantal
verpleegdagen was voor de vrouwen 27 517 en voor
de kinderen 17 510. Beschikbare bedden: voor de
vrouwen 83, voor kinderen 58.
De Emmakliniek, voorheen gevestigd Parkweg 15,
moest in Mei 1943 evacueeren naar het perceel
Jozef Israëlsplein, welk pand in Februari 1944
eveneens moest worden ontruimd. Daarna 'werd
huize „Bust en Vreugd” te Wassenaar betrokken.
Op 12 September moest ook dit pand worden ver
laten en aangezien geen ander geschikt gebouw
kon worden gevonden, werd de kliniek gesloten.
Op 11 December werd tijdelijk ruimte gevonden in
het perceel Johan-de-Wittlaan 1 en op 29 December
werd het pand Carnegielaan 9 betrokken.
Het nadeelig saldo voornamelijk ontstaan
door de sluiting van de kliniek gedurende ruim
3 maanden bedroeg rond f 15.000,welk be
drag evenwel door een tegemoetkoming van de
Vereeniging Protestantsch Nederland ad f 2.000,
en een subsidie van de Nederlandsch Hervormde
Kerk ad f 4.500,werd verminderd tot rond
f 8.500,—.
Ten aanzien van de in deze kraamkliniek ver
pleegde patiënten, hun verpleegdagen en nadere
bijzonderheden zijn geen gegevens verstrekt. Ge
durende den termijn, waarin de kliniek gesloten
was, werden de voor opneming ingeschreven
patiënten zooveel mogelijk aan huis geholpen,
indien zij dat althans wenschten.
De Oranjekliniek moest in Februari 1943 op last
van de Duitsche bezettingsmacht haar gebouw
aan den Scheveningscheweg 42/44 ontruimen en
en vond toen onderdak in het pand Jozef Israëls
plein 36, hetwelk echter volgens in December van
hetzelfde jaar ontvangen aanzegging ook ver
laten moest worden, waarna huize „Rustoord” te
Voorburg werd betrokken. De kliniek was daar
gedurende het geheele verslagjaar gevestigd. Dit
gebouw was voor het doel voortreffelijk geschikt;
er was meer dan voldoende ruimte, zoodat het
geheele personeel intern kon zijn en nog geduren
de eenigen tijd gastvrijheid kon worden verleend
aan „Morgenlicht”, een gedupeerde onderafdeeling
van het Diaeonessenhuis.
Op 1 Januari 1944 waren in verband met de
evacuatie van het pand Jozef-Israëlsplein 36 naar
Voorburg slechts 8 verpleegden (4 volwassenen en
4 kinderen) in de kliniek aanwezig. In den loop
van het jaar zijn 803 volwassenen opgenomen. Er
overleden 6 patiënten en 22 kinderen (waarvan
eenigen dood geboren). Op 31 December waren 25
volwassenen en 16 kinderen in verpleging. De
volwassen patiënten zijn in totaal gedurende 1 851,
de kinderen gedurende 5 694 dagen verpleegd.
Het aantal bevallingen bedroeg 449. Er werden
322 groote en kleine operaties verricht.
kort, terwjjl een deel van dat personeel inwonend
werd.
Op 1 Januari 1944 waren aanwezig 261 patiënt
jes. In den loop van het jaar werden 1603 kin
deren opgenomen, zoodat in totaal 1 864 patiën
ten zijn verpleegd met 79 319 verpleegdagen. Ont
slagen werden 1537, overleden zijn 123 kinderen.
Op 31 December waren nog 204 kinderen in ver
pleging. Het aantal beschikbare bedden bedroeg
op dien datum 244. Verricht zijn 285 operaties.
In de verschillende afdeelingen der polikliniek
werden in totaal 8 312 consulten gegeven.
Behalve de geneesheer-directeur waren aan de
inrichting verbonden 17 geneeskundigen; het ver
plegend personeel bestond, behalve de adjunct-
directrice, uit 107, het overige personeel uit 73
leden.
De rekening sloot met een verliessaldo van
f 53.630,61.
Vereeniging „De Sophiaetichting”. Het „Neder
landsch Zeehospitium”, voorheen gevestigd in
een nieuw gebouw te Kijkduin, dat in 1942 op last
van de Duitsche bezettingsmacht moest worden
ontruimd en daarna werd afgebroken, is nadien
tijdelijk gevestigd in een schoolgebouw aan de
Weesperstraat. Over 1944 zijn geen gegevens ont
vangen.
Inrichting voor ooglijdersl Tasmanstraat 188b.
Op 1 Januari 1944 waren in verpleging 12 personen
(7 mannen en 5 vrouwen). Opgenomen werden
498 personen (266 mannen en 232 vrouwen). In den
loop van het jaar werden hersteld ontslagen 491
patiënten (260 mannen- en 231 vrouwen), terwijl
1 man is overleden, zoodat op 31 December nog
18 patiënten (12 mannen en 6 vrouwen) in ver
pleging waren.
Het totaal aantal verpleegdagen bedroeg 8 605
(4 330 van mannen en 4 275 van vrouwen). Voor
rekening van de Gemeente werden verpleegd 157
mannen met 2 656 en 166 vrouwen met 2 706 ver
pleegdagen.
Het aantal nieuw ingeschreven bezoekers van
de polikliniek bedroeg 7 729, nl. 4 065 mannen en
3 664 vrouwen. In totaal werden 23 982 consulten
verleend.
Er werden 400 groote operaties verricbt.
Het aantal beschikbare bedden bedroeg op
31 December 40.
De rekening sloot met een voordeelig saldo
van f 4.215,80.
’s-Gravenhaagsche Centrale Vereeniging „Kraam-
verzorging. Nadat de kliniek aan het Franken
slag, hoek Prins Mauritslaan in Januari 1943 op
last van de Duitsche bezettingsmacht moest wor
den ontruimd, is de inrichting tijdelijk gevestigd
in het door evacuatie vrijgekomen Rusthuis der
Evangelisch-Luthersche Gemeente aan de Laan van
Nieuw Oost-Indië no. 14.
In de kliniek werden 729 patiënten opgenomen;
679 kinderen zijn in de inrichting geboren.
Het aantal aanvragen voor opneming was groo-
ter dan de beschikbare plaatsruimte.
Het aantal door de wij kkraamverpleegsters aan
huis geholpen kraamvrouwen bedroeg 1646. Ver
dere gegevens over de verpleging in de wijk kun
nen niet worden verstrekt, daar de desbetreffende
administratie bij het overhaast verlaten van de
kliniek op 3 Maart 1945 wegens dreigend groot
gevaar (bombardement van het Bezuidenhout) is
verloren gegaan.
De nieuwe eischen ter verkrijging van het diplo
ma kraamverzorgster bracht mede, dat leerlingen