4
l|
4
I
I
r
4
VERSLAG VAN HET BUREAU WERKVERSCHAFFING EN PERSONEELSRESERVE.
264
Objecten.
STAAT V.
Recapitulatie.
in
Omschrijving.
Dienst of bedryf
3
2
1
1
Totaal
818 640')
10;
5
met 1004 tewerkgesteld™.
2
1
1
6
1
1
3
3
1
1
7
11
4
12
1
3
3
28
36 127
43
49
9
14
4
37
47
49
36
141
o
1
6
1
13
1
1
1
Gemeentelijke, niet-gesubsi
diëerde werkverschaffing
Hoofdarbeiders
Kamparbeiders
Heen- en weerreizenden
N.V. Unitas, Amerongen
„De Zonheuvel”, Maarn
„Hoogbeek en Royen”, Zeist
Merwedekanaal, Utrecht
Heidepark, Doorn
Totaal
8
8
27
463
107
70
18
2
2
o
4
2
4
1
1
10
3
S
5
1
1
1
1 2 SS
CR
55
181
83
48
51
103
95
112
635
109
74
1930
1935
1940
1941
1942
1943
1944
474 I
124
75
30 I
590
110
81
27
16
5
20
3
4
6
5
2
i) In verband niet de spoorwegstaking werd deze vorm
van werkverruiming in September beëindigd.
VI. Arbeidsvoorwaarden.
Het Besluit Loonbepaling Werkverruiming ter
bepaling van het loon en de overige arbeidsvoor
waarden bij de van Rijkswege uitgevoerde werk-
verruimingsobjecten, was ook in 1944 van toepas
sing.
134
213
199 2)
161 3)
96 4)
133 5)
124
116
703 808
i) Het hoogste aantal werd bereikt op 18 September 1944
Archief
Bureau Afwikkeling, Inkwartie
ringen en Vorderingen
Bureau Evacuatie-Aangelegen
heden
Centraal Badbeheer (Volkszee-
bad, Volksbaden, Zwembad
Zuiderpark)
Centrale Keukens
Crisis- en Distributiedienst
Duinwaterleiding
Electriciteits-Bedrijf
Gasbedrijf
Gem. Jeugddienst
Gemeentewerken
Gemeenteontvanger.
Haven- en Marktwezen
H.B.S. Aronskelkweg
Maatschappelijk Hulpbetoon
Museum voor het Onderwijs
Onderwijs
Plantsoenen
Politie
Reinigingsdienst
School- en Kindervoeding
Sport- en Speelterreinen
Secretarie
Schouwburg
Werkverschaffing en Perso-
neelsreserve
6!
5|
1
39
Aantal
tewerkgestelden op
Totaal aantal
tewerkgestelden op
STAAT IV.
'Heen- en weerreizenden.
Werkzaam bij andere dan Ge-
meenteinstellingen
Totaal
Ten aanzien van de geldelijke uitkomsten der
wachtgeldregeling en van de personeelsreserve zij
nog het volgende vermeld.
S
0 t/m. W.o. ouderscheidenlijk 27, 9, 7, 1, 1 en 2 vau
het bijzonder onderwijs; 3) t./ni. 6) 7 Joodsche leerkrachten
en 11 Joodsche leerkrachten, die niet meer in de gelegenheid
warep hun wachtgeld in ontvangst te nemen.
De hierna volgende staat geeft een overzicht van
de plaatsing van reservisten, wachtgelders en in
algemeenen dienst gestelde ambtenaren.
STAAT VI.
Plaatsing van reservisten, wachtgelders en
algemeenen dienst gestelde ambtenaren.
m 1
“z
vaste aanstelling bij andere diensten, ontslag, aan
vulling enz.) was als volgt.
Stand op Reservisten. Wachtgelders.
1 Juli 1925 225
(oprichting der reserve)
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
1 Januari
31 December 1944
VII. Gemeentelijke Personeelsreserve.
Het aantal personen bij de Gemeentelijke Perso-
neelsreserve, welke in 1925 werd ingesteld, is in
1944 toegenomen met 17 werkvrouwen van de Po
litie. Deze toeneming is een gevolg van de omstan
digheid, dat de Gemeentepolitie per 1 Maart 1943
overging naar het Rijk, waardoor de werkvrouwen
de Gemeentelijke pensioenregeling zouden ver
liezen. Teneinde dit te voorkomen werden zjj in
den loop van 1944, gerekend te zijn ingegaan
1 Maart 1943, bij de Personeelsreserve benoemd.
Voorts ontvingen twee reservisten een tijdelijke
aanstelling bij een der Gemeentebedrijven, 1 reser
vist overleed en 1 werd gepensionneerd.
Het aantal wachtgelders daalde, voornamelijk
door afloop van wachtgelden, ondanks de opwacht-
geldstelling van vele ambtenaren van den Gemeen
telijken Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon
en van andere ambtenaren, die om verschillende
redenen afvloeiden.
De totale sterkte van de reservisten en wachtgel
ders (wijzigingen door overlijden, pensionneering,
8|
5 i
9 11
2 i -
8 I
6
30