3
36
VERSLAG van den Gemeentelijken Geneeskundigen en Gezondheidsdienst
van ’s-Gravenhage over het jaar 19AI.
Commissie van advies inzake geneeskundige ver
zorging bij noodtoestand.
De vergaderingen van de commissie van advies
inzake geneeskundige verzorging bij noodtoestand
werden geregeld bjjgewoond.
Controle ziek personeel van andere gemeenten.
Op verzoek van collegae uit andere gemeenten
werd de geneeskundige contröle overgenomen t.a.v.
personeel dier gemeenten, dat in ’s-Gravenhage
ziek geworden was. Wederkeering namen de col
legae elders dit werk voor den Dienst waar t.a.v.
ziek geworden Haagseh Gemeentepersoneel, dat
in andere plaatsen verbleef.
G.G. en G.D. en de Ziektewet.
Met den Commissaris van het Staatstoezicht op
de Ziekenfondsen werd de quaestie van de eontröle
voor opneming en ontslag uit ziekenhuizen van
verplicht-verzekerden behandeld. De Commissaris
deed weten, dat, indien deze contröle reeht en
plicht was van den Dienst het niet ter zake
deed of een eontroleerend geneeskundige van een
ziekenfonds een afwijkende meening had. Dit was
ook ons standpunt.
Den Commissaris werd verzocht den zieken
fondsen te willen mededeelen, dat, indien er
een medische indicatie was, de ziektewetbepalingen
wel degelijk ook voor besmettelijke ziekten golden.
Den artsen van den Dienst werd uitdrukkelijk
verzocht, bij opneming duidelijk op te geven, of
hier wellicht een sociale indicatie tot opneming
had geleid, daar in dit geval de kosten niet voor
rekening van het ziekenfonds konden komen.
Met den Commissaris werd overleg gepleegd, of
de wijkverpleging kon worden betaald door de
ziekenfondsen, indien een patiënt, waarvoor op
neming in een ziekenhuis medisch noodzakelijk
was, thuis bleef, omdat er geen plaats in een
ziekeninrichting beschikbaar was. De Commissa
ris berichtte, dat hij in overweging zou nemen,
of er in dezen plaats was voor een tijdelijke voor
ziening en zoo ja, in welken vorm deze diende tot
stand te komen. Een en ander stuitte tenslotte
voorloopig af op practisefae bezwaren.
Aan de directies van ziekenfondsen werd mede
gedeeld, dat het nog steeds voorkwam, dat ver
plicht-verzekerden in ziekenhuizen werden opge
nomen buiten contröle van den G.G. en GD. om,
waardoor de kosten niet voor rekening van de
ziekenfondsen kwamen. Vooral gold dit t.a.v. ver
zekerden, die in een hoogere klasse wenschten te
worden opgenomen. Tevens werd er uitdrukkelijk
op gewezen, dat de G.G. en de GD. niets had te
maken met de contröle voor patiënten van de
„Krankenkasse”. Met dit instituut bestond geener-
lei samenwerking.
Daar het bleek, dat steeds meer artsen er toe
overgingen, van verplicht-verzekerden gelden te
vragen voor het invullen van aanvraagformulie
ren voor ziekenvoedsei. hetgeen dezerzijds niet
Personeel.
Op 31 December 1944 waren behalve de Directeur,
de administrateur en de chef van dienst, die tot
den algemeenen dienst behooren, aan den Dienst
verbonden:
bij den Geneeskundigen Dienst: 2 controleerende
en 6 behandelende geneeskundigen, 2 geneeskun
digen voor de afdeeling contröleverzorging, 1
hoofdcommies, 1 bureauchef C, 2 bureauchefs B,
1 boekhouder B, 1 administratief ambtenaar B,
4 administratieve ambtenaren A, 1 schrijver le
klasse, 5 schrijvers 2e klasse, 1 bode, 3 bedienden,
3 hoofdverplegers, 21 verplegers le klasse, 2 scha-
kelbordtelefonisten, 1 linnenjuffrouw, 20 crisis
ambtenaren, alsmede een aantal wijkverpleegsters
en wijkkraamverzorgsters, die naar behoefte door
de contraeteerende instellingen beschikbaar wor
den gesteld;
bij den Gezondheidsdienst: ten dienste van de
afdeeling Kinderbescherming: behalve de genees-
kundig-leider, 5 geneeskundigen (schoolartsen,
w.o. een schoolarts-psychiater), 4 schooltandart-
sen, (met inbegrip van den leider der school-
tandverzorging), 1 bureauchef C, 1 adm. ambte
naar C, 1 adm. ambtenaar A, 1 amanuensis, 18
zusters voor maatschappelijk werk (schoolverpleeg-
sters), 17 crisisambtenaren, terwijl 3 tandartsen,
1 neus-, keel- en oorarts en 6 helpsters op arbeids
overeenkomst werkzaam waren:
bij de afdeeling Volksgezondheid: behalve de ge-
neeskundig-leider (hygiënist), 1 bureauchef C, 1
adm. ambtenaar B, 1 ambtenaar voor hygiënisch
onderzoek le klasse, 1 hoofdopzichter, 1 opzichter
le klasse, 1 machinist B, 1 beheerder der observa-
tie-inrichting, 2 linnenjuffrouwen, 10 ontsmetters,
1 helper en 1 crisisambtenaar;
bij de afdeeling Geestelijke Volksgezondheid: be
halve de geneeskundig-leider (psychiater), 1 ge-
neeskundige-psychiater, 3 zusters voor maatschap
pelijk werk, 1 hoofdambtenaar voor socialen arbeid,
1 schrijver 2e klasse en 1 erisisambtenaar.
Voor de verloskundige hulp waren op overeen
komst 12 vroedvrouwen beschikbaar, terwijl de
specialistische hulp contractueel door verschil
lende instellingen, w.o. de Gemeenteziekenhuizen,
werd verleend.
In de vervanging van het personeel werd, voor
zooveel bereikbaar, door tijdelijke krachten voor
zien, van welke de geneesheeren tevens de dokters-
wacht in de morgenuren waarnamen. De genees
kundige verzorging te Loosduinen was ook dit
jaar door contract met de oud-gemeentegenees-
heeren aldaar verzekerd.
In het bijzonder gaf de personeelsbezetting moei
lijkheden nadat tijdens een bespreking bekend werd,
dat de verplegers tegen de afspraak in wel
degelijk voor den „arbeidsinzet” zouden worden
“angewezen. Toen dit bericht werd doorgegeven,
„doken” onze jonge verplegers „onder”, totdat
het gevaar van de lucht was. De dienst werd
hierdoor tot geruimen tijd na de groote razzia
bemoeilijkt.