3 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST. Roode Kr iris verstrekkingen. Totaal aantal kinderen Aantal kinderen Aantal bonkaarten. verbeterd. 1083 440 200 643 307 136 Aantal perioden van 8 weken a 2 blikjes. Eén Twee Drie Vier niet duidelijk verbeterd. 340 80 20 alleen in gewicht verbeterd. 152 40 8 alleen klinisch verbeterd. 90 38 7 1 bedoelde personen een ramp voor de Gemeente zou beteekenen. Ingevolge circulaire van 20/l/’44 werd aan het personeel bonlooze bijvoeding uit de Centrale Keu kens tegen betaling beschikbaar gesteld. Door de razzia in November werd het bedrijf der Centrale Keukens eenige dagen lam geslagen, met funeste gevolgen voor dat deel der Haagsche bevolking, hetwelk hieruit voedsel betrok. zoowel in gewicht als klinisch verbeterd. 238 54 15 480 132 30 1 al of niet verbeterd. 820 212 50 1 820 424 150 4 1 398 „Dat in rond 40 pCt. der gevallen de bestaande „klachten of afwijkingen door de verstrekking „verminderden of verdwenen en dat dit percentage „stijgt tot 60, indien ook met het gewicht rekening „wordt gehouden is eenerzijds een duidelijke aan wijzing, dat de voeding niet bepaald optimaal „was en anderzijds, dat de gecondenseerde melk „een voortreffelijke aanvulling is geweest, waar- „voor ik U verzoek mijn welgemeenden dank over „te brengen aan het Comité International de la „Croix Rouge te Genève”, Aan het Roode Kruis werd een rapport gezonden over het resultaat van de verstrekkingen van ge condenseerde melk aan jonge kinderen. Elk kind was uitgezocht en gekeurd door schoolartsen. Hieronder volgt een uittreksel uit het rapport: „Bij de beoordeeling van het eindresultaat is „er op gelet, of er duidelijke klinische verbetering „viel te boeken en of het gewicht tijdens de ver strekking, die bestond uit 16 blikjes, verdeeld „over een periode van 8 weken, duidelijk meer „was toegenomen dan voor hetzelfde tijdvak als „normale toeneming mocht worden aangenomen. „Tenslotte is een splitsing gemaakt tusschen de „groepen, die één, twee of drie perioden achtereen „met gecondenseerde melk werden bedacht. Slechts „één kind kreeg de toewijzing viermaal achtereen. „De gevallen, waarin bijzondere omstandigheden, „zooals intercurrente ziekten of uitzendingen naar „buiten, het oordeel onmogelijk maakten of die „na de verstrekking niet beoordeeld zijn kunnen „worden, zijn buiten beschouwing gelaten. Wan- „neer een kind gedurende meer dan één periode „melk had gekregen, maar de laatste periode niet „beoordeeld is kunnen worden, de vorige of vorigen „daarentegen nog wel, is het geval beschouwd als „te bestaan uit één of twee perioden minder. „In totaal werden ruim 1600 bonkaarten ver strekt en moesten ruim 200 perioden buiten be schouwing worden gelaten. Onderstaande tabel „geeft een overzicht van de verkregen resultaten. rantsoenen zouden worden betrokken en dat de chauffeurs vermoedelijk op andere wijze van onge veer dezelfde toeslagen zouden worden voorzien. In 1944, toen de in uitzicht gestelde regeling maar niet verscheen, richtte de Dienst zich nogmaals tot het Rijksbureau om na te gaan, hoe de chauf- feurs-ziekendragers geholpen zouden worden. Daar op werd helaas bericht: „Dat voor de betreffende „chauffeurs geen verdere maatregelen inzake ex- „tra voeding getroffen (zullen) worden, aangezien „deze categorie valt onder de regeling, waarbij „aan chauffeurs van groote bedrijven bij een 55- „urige werkweek reeds toeslag op basis langduri- „gen arbeid verleend wordt”. Nadere pogingen, om den chauffeurs van den G.G. en G.D., die niet onder de regeling vielen, daar zij geen 55-urige werkweek hadden, en ook de verpleegsters en den gezondheidsambtenaar van de afdeeling Volks gezondheid, op grond van het infectiegevaar toe slagen (circulaire 3 Jan. 1944, Centr. Distr. Kan toor) deelachtig te doen worden, mislukten. In punt c van de Rjjkscirculaire staat uitdrukkelijk vermeld als degenen, die recht op de toeslagen hebben: „Verplegers van Gemeentelijke Genees kundige Diensten. De chauffeurs dezer diensten eehter niet”. In het verslag over 1945 zal deze quaestie opnieuw worden besproken, waaruit blijkt, met welk een moeite het gepaard ging van de offi- cieele instanties extra voeding te verkrijgen voor personeel, waarvan het afhing, of patiënten tijdig genoeg in de ziekenhuizen zouden worden ondergebracht of tijdig eerste hulp zou worden verleend. Voor een en ander werd de steun van den geneeskundig-hoofdinspecteur ingeroepen, wiens bemoeiingen alleen voor de verplegers succes hadden. Daar einde 1944 de voedingstoestand en daarmee het weerstands- en praestatievermogen van het vervoerend personeel zeer sterk achteruitging, heeft de Dienst zich wederom tot de Nederland- sehe autoriteiten gewend, daar het uitvallen van Te zamen „Dit resultaat is niet geflatteerd, want de ge tallen, waarin de kinderen, dank zij de gecon denseerde melk, in de beoordeelde perioden op „het peil zijn gehouden, waarop zij bij den aanvang „der verstrekkingen stonden, zijn bij den gebruik- „ten maatstaf niet als positieve resultaten ge- „boekt kunnen worden. De verstrekking heeft bij- „na een jaar geduurd, waarbij de hoedanigheid „van de melk tot en met het laatste blikje uit- „muntend is gebleven.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1944 | | pagina 346