5
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.
I
1. Gemeentelijk museum voor het onderwijs.
Commissie van advies.
In de samenstelling van de commissie van ad
vies kwam geen verandering.
Brandstoffengebrek en materialendiefstal vorm
den een ernstige belemmering voor het onderwijs.
Na November was van geregeld lesgeven geen
sprake meer.
De bij wijze van proef in 1943 getroffen maat
regel om den cursusduur van 6 op 9 maanden te
brengen, werd met het oog op de tijdsomstandig
heden nog niet definitief ingevoerd.
Personeel.
In de samenstelling van het personeel kwam
geen verandering.
Bezoeken.
Het totaal aantal bezoekers bedroeg 61738, ver
deeld als volgt: 25 335 leerlingen met 851 gelei
ders in klasseverband, 8 064 betalende bezoekers,
27 488 leden van vereenigingen en andere bezoe
kers in groepsverband.
Museumlessen en rondgangen.
De cultuurfilmlessen en rondgangen onder des
kundig geleide konden door de oorlogsomstandig
heden geen voortgang vinden. De museumlessen
vonden, zij het met groote moeilijkheden, tot aan
de zomervacantie plaats; het overig gedeelte van
het jaar moesten ook deze w’orden gestaakt. Mede
in verband met het ontbreken van brandstoffen
en het stilleggen van het tramverkeer werd het
museum voor de scholen en voor het publiek ge
sloten. Voor zoover de omstandigheden zulks toe
lieten, werden de gewone werkzaamheden in het
museum voortgezet.
Aanvragen om beschikbaarstelling van tuinen.
Voor de 5 819 beschikbare tuintjes meldden zich
8139 gegadigden, zoodat 71 pCt. der aanvragen
kon worden ingewilligd.
Bewerking van de tuinen door de scholieren.
Het volgende overzicht bevat opgaven omtrent
de verdeeling der tuinen over de verschillende
terreinen en het aantal malen, dat de scholieren
hun tuin ter bewerking bezochten.
c. Voorbereidende tuinbouwcursus.
Op 31 December 1944 waren aan den voorberei
denden tuinbouwcursus verbonden 1 hoofd en 2
onderwijzers.
De cursus telde 15 deelnemers.
Gebouw en verzamelingen.
Het gebouw eischt in verschillende opzichten
herstel: verfwerk, bepleistering van muren, her
stel vloeren enz. Gebrek aan materialen was
oorzaak, dat geen voorzieningen konden worden
getroffen voor verbetering en uitbreiding van de
opstelling van den museum-inventaris.
De verzamelingen verkeerden in goeden staat. Zij
werden door giften en bruikleenen belangrijk
verrijkt.
c. Oudercommissiën, Ouderraad.
Met uitzondering van de openbare lagere school
Winterweg 8 en eenige scholen, waar de samen
stelling van een nieuwe commissie werd voor
bereid, was voor alle scholen voldaan aan de
voorschriften van het Koninklijk Besluit van
24 October 1938, no. 374.
Als leden van den ouderraad traden af de
heeren F. L. M. Beysen, W. van der Kooi, W. H. Nije
en L. W. van Dalen; in den raad verkregen zit
ting de heeren K. Tap, K. Kuitert, J. H. van der
Velden en W. Kok.
Twee vacatures bleven nog onvervuld.
<1. Commissiën tot wering van schoolverzuim.
Het aantal van 7 commissiën tot wering van
schoolverzuim bleef onveranderd.
b. Commissie voor „Veilig Verkeer”.
In verband met zijn pensionneering trad de
heer J. M. C. Vorrink af, De samenstelling der
commissie bleef overigens onveranderd.
Ook gedurende 1944 konden de werkzaamheden
als gevolg van de tijdsomstandigheden nog niet
worden hervat.
8. Gemeentelijke school- en kinderttdnen.
Commissie van toezicht en advies.
In de commissie van toezicht en advies ont
stond aan het eind van 1944 een vacature door
het overlijden van den heer W. L. Varossieau.
Aantal tuinterreinen.
Aan de Stieltjesstraat werd een nieuw tuin
terrein in gebruik genomen. Een gedeelte van den
tuin in het Zuiderpark werd aan den dienst ont
trokken ten behoeve van een kinderboerderij,
onderdeel van een dierentuinplan.
d. Algemeene tuinbouwcursus.
Aan dezen eursus waren 1 hoofd en 3 onder
wijzers werkzaam.
Het leerlingenaantal bedroeg 12 in de eerste
klasse en 15 in de tweede klasse. Door de tijds
omstandigheden kon na 1 November 1944 geen
onderwijs meer worden gegeven en er had geen
eindles plaats; dientengevolge werden ook geen
getuigschriften uitgereikt.
6. Verschillende commissiën.
a. Commissie van advies voor de eerste aanschaf
fing van leermiddelen ten behoeve van bijzon
dere lagere scholen.
De samenstelling van de commissie onderging
geen verandering.
Het aantal uitgebraehte adviezen bedroeg 35.
Dit aantal is veel lager dan in voorafgaande ja-
ren, hetgeen er op wijst, dat van uitbreiding van
het onderwijs zoo goed als geen sprake was.
De behandelde gevallen waren evenwel van
grooten omvang, voornamelijk tengevolge van de
stichting van scholen voor voortgezet gewoon la
ger onderwijs.