3
VERSLAG GEMEENTELIJKEN DIENST VOOR DEN WEDEROPBOUW
Vijfjarenplan.
Door den Dienst is getracht met medewerking
van de verschillende andere diensten en bedrijven
gegevens te verzamelen ten aanzien van de in de
eerstvolgende vijf jaren in de gemeente ’s-Graven-
hage uit te voeren werken, zoowel wat opruiming,
herstel en wederopbouw betreft, als ten aanzien
van werken, die, ofschoon niet behoorende tot den
wederopbouw in engeren zin, toch in aanmerking
komen voor uitvoering in dezelfde periode. Met de
verzameling dezer gegevens werd reeds een begin
Tekort bouwvakarbeiders.
Een der groote problemen, welke tot oplossing
dienen te worden gebracht in het belang van den
wederopbouw van ’s-Gravenhage, is het vraagstuk,
op welke wijze kan worden voorzien in het te
’s-Gravenhage bestaande tekort aan geschoolde
arbeiders. Reeds spoedig na de bevrijding bleek
immers, dat ondanks de stagnatie, welke werd ver
oorzaakt door de schaarschte aan bouwmaterialen,
het aantal in uitvoering zijnde kleine herstellings
werken reeds dermate groot was, dat het aantal
bouwvakarbeiders in sommige categorieën niet of
nauwelijks voldoende was voor de uitvoering van
deze werkzaamheden. Uiteraard moest worden ge
vreesd, dat naar gelang meer werken voor het
herstel en den wederopbouw tot uitvoering zouden
komen, zich dit verschijnsel in versterkte mate
zou voordoen en het tekort ook zou optreden t.a.v.
categorieën als metselaars en opperlieden, voor
wie, in tegenstelling met timmerlieden, stucadoors
en loodgieters nog geen overmatige hoeveelheid
gemaakt in de maand Juli. Het bleek echter be
zwaarlijk op korten termijn de genoemde gegevens
te verkrijgen, zoodat de voltooiing langer duurde
dan aanvankelijk bedoeld en verwacht was. In
middels was de voltooiing op 31 December in een
vergevorderd stadium. De practische beteekenis
van dit overzicht zal zijn, dat het de bouwstoffen
zal kunnen leveren voor de begrooting, welke door
het College van Algemeene Commissarissen voor
den Wederopbouw wordt geëischt van alle werken,
waarvan een deel ten laste van het Rijk zal
worden gebracht, dus zoowel de opruimingswerken
als de openbare werken, ten einde deze als grond
slag te doen dienen voor de jaarlijksche begroe
tingen, waarop de te verleenen credieten voor de
uit te voeren werken worden gebaseerd.
In de tweede plaats zal dit vijfjarenplan een
beeld kunnen geven van de uitgaven, welke de
Overheid ter zake van den wederopbouw in de
eerste jaren zal hebben te doen en van de in
spanning, welke in het bijzonder ook het Gemeen
telijk apparaat zich te dezer zake zal hebben te
getroosten.
De vaststelling van de bedragen, welke uit
eindelijk ten laste van het Gemeentelijk budget
zullen blijven, zal eerst mogelijk zijn, nadat vast
staat, of een deel, en zoo ja welk deel, van de
kosten van den wederopbouw uiteindelijk ten laste
van de Gemeente blijft.
Vooralsnog was hieromtrent op 31 December 1945
alleen eenige mate van zekerheid voor zooveel be
treft de puinruimingswerkzaamheden; voor het
overige was er alleen een geschorst besluit „Bij
dragen Wederopbouw Publiekreehtelijke Licha
men” (Verordeningenblad no. 18, 1941) en de ver
wachting, dat ter zake spoedig een wetsontwerp
bjj de Volksvertegenwoordiging aanhangig zou
worden gemaakt.
Ten derde zal dit vijfjarenplan dienst moeten
doen bij de uitstippeling van de gedragslijn met
betrekking tot de bepaling van de urgentie der
verschillende werken ten opzichte van elkander.
Voor de beoordeeling van deze urgentie werd in
middels in 1946 door het College van Burge
meester en Wethouders een commissie ingesteld.
meenteljjk Bouw- en Woningtoezicht, die tevens
Hoofd van het Bureau Goedkeuring Werken is,
met'dit herstel de meeste 'bemoeienis, aangezien
immers door hem o.m. wordt bepaald, of de voor
dit herstel noodzakelijke materiaaltoewijzingen
kunnen worden verstrekt.
Toen eenerzijds bleek, dat het in verband met de
voortdurende materialenschaarschte niet mogelijk
zou zijn voldoende materiaaltoewijzingen te ver
strekken tot het herstel van alle beschadigde
woningen vóór den winter en anderzijds kwam
vast te staan, dat evenmin de beschikking bestond
over het daartoe noodzakelijke aantal vakarbei
ders, moesten maatregelen worden getroffen om te
voorkomen, dat de vóór den winter niet herstelde
woningen door weersinvloeden gedurende den
komenden winter nog meer zouden lijden of zelfs
geheel te gronde zouden gaan. Zulks bleek nog
meer noodzakelijk, aangezien de bevolking, zooals
vermeld, voortging met het plunderen van de nog
onbewoonde beschadigde woningen.
Op groote .schaal werd daarom door den Dienst
contact gezocht met de eigenaren van de betref
fende woningen en er bij hen op aangedrongen
stappen te ondernemen, welke tot het behoud van
hun woning dienstig zouden zijn. Indien bleek,
dat deze eigenaren niet in staat of niet bereid
waren tot het treffen van de noodzakelijk geachte
noodvoorzieningen over te gaan, werd daarna door
de zorg van het Bureau Goedkeuring Werken
opdracht gegeven tot afsluiting van Gemeente
wege. In vele gevallen bleek, dat de eigenaren
verdwenen waren (Joden) of niet bereikbaar
waren, wegens het ontbreken van hun juiste
adres.
In een groot aantal gevallen trad de Dienst be
middelend op ten einde te bevorderen, dat alsnog
tot herstel van door oorlogsschade getroffen
woningen werd overgegaan door aanvankelijk
nalatige eigenaren. Naar aanleiding van klachten
inzake nalatigheid van den eigenaar, welke in
dergelijke gevallen in den regel van de zijde van
den adspirant-huurder werden ontvangen, werd
dan een uitnoodiging tot den eigenaar gericht met
de aansporing de voor het herstel noodzakelijke
stappen te ondernemen, terwijl voorts de daaraan
bevorderlijke inlichtingen werden verstrekt. Deze
bemiddeling leidde zonder uitzondering tot het ge-
wenschte resultaat.
Voorts werd óp voorstel van den Dienst van de
zijde van het Gemeentebestuur een aantal maat
regelen getroffen, welke bestrijding van het hier-
voren bedoelde plunderingseuvel tot oogmerk
hadden, zooals het dichtmetselen van deur- en
raamopeningen van woningen en dergeljjke.