15
VI. Personeel en Arbeidsvoorwaarden.
In de laatste maanden van de Duitsche bezetting werden de levensom
standigheden ook voor ons personeel dermate kritiek, dat het kantoor
personeel en het personeel der technische diensten tenslotte op slechts 5
dagen van de week gedurende enkele uren per dag eenigen arbeid konden
verrichten. Het meerendeel van dit personeel heeft de vaak groote afstan
den van huis naar kantoor of werkplaats en terug te voet moeten afleggen.
Aan hen, die veelal onder de moeilijkste omstandigheden de werkzaam
heden ter afdoening van de loopende zaken en ter voorbereiding eh
spoedige uitvoering van de plannen tot den wederopbouw van het geheele
bedrijf bleven verrichten, komt een woord van groote waardeering toe.
Met weemoed gedenken wij degenen onder het personeel, die, als ge
volg van maatregelen van den bezetter dan wel door oorlogshandelingen,
in het land of in den vreemde het leven moesten laten. Te hunner nage
dachtenis zijn vóór in dit verslag hun namen vermeld. Na de bevrijding
zijn de personeelleden, welke in den vreemde gedwongen arbeid hebben
moeten verrichten, geleidelijk vrijwel allen teruggekeerd en hebben hun
dienst bij de Maatschappij hervat.
Op 29 Mei kon het inmiddels herstelde hoofdkantoor weder in gebruik
worden genomen. De voedselpositie werd regelmatig beter, zoodat de werk
tijden van het kantoor- en technisch personeel met ingang van 9 Juli
wederom op den normalen tijdsduur konden wrorden gesteld; afhankelijk
van de verlengingen der tramdiensten werden de arbeidstijden van het
personeel van de afdeeling Beweging geleidelijk uitgebreid. De kostelooze
bijvoeding werd ook na de bevrijding gehandhaafd, terwijl tevens talrijke
verstrekkingen van verschillende goederen in natura, waarvan de kosten
ten deele ten laste van de Maatschappij genomen werden, plaats hadden.
De kosten, welke, uit hoofde van de bijvoeding en overige verstrekkingen
in natura, ten laste van onze Vennootschap kwamen, hebben f 86.161,69
bedragen.
Gedurende den stilstand van het bedrijf werd aan hen die arbeid ver
richtten een 10 tijdelijke toeslag op het grondloon uitgekeerd, waarbij
een grens werd gesteld van f 2.640,per jaar voor gehuwden en kost
winners en van f 1.980,per jaar voor ongehuwden niet-kostwinners. Met
ingang van 1 Juli werd de 10 tijdelijke toeslag toegekend aan het ge
heele personeel, aldus met opheffing van bovenbedoelde loongrenzen; in
verband hiermede werd het garantieloon voor het hulppersoneel van f 25.
per week gebracht op f 27,50 per week.
De gebruikelijke 4 kwartaalgratificaties en 1 vacantiegratifieatie, elk
ten bedrage van 1 week- of !4 maandloon, werden ongewijzigd gehand
haafd.
In den loop van het verslagjaar werd besloten den kinderbijslag van
24 ct. per dag en per kind, te rekenen vanaf het 3e kind, conform de wette
lijke kinderbijslag-regeling, met terugwerkende kracht tot 1 Januari, te
verhoogen tot 40 ct.
Het, met het oog op mogelijke stagnaties bij de loonuitbetalingen, als
gevolg van eventueele oorlogshandelingen, in October 1944 aan het persor
neel ter hand gestelde voorschot van 4 weken loon werd aan het op 20
September in dienst zijnde personeel geschonken. De kosten hiervan hebben
f 218.072,05 bedragen.
Het aantal zieken onder het personeel was, mede als gevolg van den
slechten voedseltoestand in de laatste maanden van den oorlog, ook in dit