4 VERSLAG VAN DEN CRISIS- EN DISTRIBUTIEDIENST. 4184 L 2. 3. 4. 20145 18 804 2 076 2 369 1123 462 1568 991 383 Roode-Kruiszendingen. Toen de nood van de bevolking van het Westen van Nederland op het gebied van de voedselvoor ziening een ongekende hoogte had bereikt, kwam hierin een aanmerkelijke verbetering tot stand, toen de van het Zweedsche en Zwitsersehe Roode Kruis gratis ontvangen levensmiddelen konden worden beschikbaar gesteld. In totaal vonden tien verdeelingen van deze goederen plaats in het tijd vak van eind Februari tot ultimo Mei 1945. Na het jnleveren van de aangewezen bestel bonnen, hetgeen bij de door het Bedrijfschap voor Akkerbouwproducten in overleg met den Distri- butiedienst aangewezen winkeliers en op vastge stelde dagen moest geschieden, vond de aflevering van brood, margarine, grutterswaren, melkpoeder, enz. plaats. Een daartoe in het leven geroepen „Werkeommissie”, waarin zitting hadden verte genwoordigers van het Bedrijfschap voor Akker bouwproducten, de Vakgroep Detailhandel in Krui denierswaren en den Gemeentelijken Crisis- en Distributiedienst, had de directe leiding van en het toezicht op de verdeeling. Commissariaat Noodvoorziening. Ofschoon het in dit verslag niet de juiste plaats is om over de werkzaamheden van het Commissa riaat Noodvoorziening breed uit te weiden, mag zijn naam, gezien het zeer vele, dat door toedoen van dit Commissariaat in samenwerking met de distributiediensten op het gebied van de voedsel voorziening in de meest critieke maanden kort na de bevrijding is tot stand gebracht, zeer zeker niet ontbreken. Aan de hand van het boekwerkje „Slag om B2”, volgen hieronder eenige der meest belangrijke gebeurtenissen uit dien tjjd. In overleg met de Nederlandsche Regeering eenerzijds en met het Geallieerd Opperbevel, het Londensche War Office en het Ministry of Food Supplies anderzijds, waren eind 1944 besprekingen gaande over het zg. B2-Plan, dat later zulk een groote rol in de redding van het Westen van ons land heeft gespeeld. Tusschen deze instanties be stond volledige overeenstemming over de priori teit van hulpverleening aan N.- en Zuidholland en Utrecht onmiddelijk na de bevrijding. De uit voering van genoemd plan was in handen gelegd van de S.H.A.E.F. (Supreme Headquarters Allied Expedionary Forces). De noodige volmachten wa ren bij beschikking van den Chef Staf Militair Gezag van 19 April 1945 aan den Commissaris voor de Noodvoorziening verleend, zoodat met de uitvoering van het plan van hulpverleening zoo spoedig mogelijk een begin kon worden gemaakt. Voor de districtshoofden werden instructies ge reed gemaakt, waarbij o.a. werd geregeld: snelle en doelmatige distributie der aange voerde en plaatselijk beschikbare levensmidde len, textiel enz.; het zoo spoedig mogelijk door de distributie- diensten uitreiken van levensmiddelenkaarten; het tegen inwisseling van bonnen der in omloop zijnde noodkaarten, gratis uitreiken van levens middelen tot een waarde van 10 000 calorieën per hoofd der bevolking; het bepalen der rantsoenen en het aanwijzer van de bonnen, waarop de rantsoenen konden worden verkregen. De pakketten waren door den directeur-gene- raal van de Voedselvoorziening beschikbaar ge steld. Het pakket bestond voornamelijk uit res tanten van de Roode-Kruiszendingen. Deze tegoedbonnen werden slechts verstrekt aan de personen, wier (gewezen) woning op een door het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht aan gelegde lijst van verwoeste perceelen voorkwam. Ten einde de mogelijkheid tot het onrechtmatig verkrijgen van kaarten en/of bonnen zoo gering mogelijk te doen zijn, werd als leidraad bij de afgifte het kaartsysteem geraadpleegd, terwijl in vulling van een speciaal hiervoor ontworpen for mulier (CD 916) voorschrift was. De uitreiking in Voorburg vond plaats van 26 tot en met 29 Maart 1945, terwijl de naar Rijswijk gevluchte personen op 4 en 5 April 1945 hun distributiebe scheiden aldaar in ontvangst konden nemen. Voor de in ’s-Gravenhage verblijvende personen ge schiedde zulks in het tijdvak van 9 tot en met 14 April. Van het Bedrijfschap voor Akkerbouwproducten werd groote medewerking ondervonden wegens het geruimen tijd ten behoeve van den Dienst be schikbaar stellen van 30 ambtenaren. Eerst eenige weken na de bevrijding kon een begin worden gemaakt met het afgeven aan de gedupeerden van nood-distributiestamkaarten, met welk feit aan de bijzondere bemoeiingen ten aan zien van het verstrekken van levensmiddelen kaarten een einde was gekomen. In totaal werden uitgereikt: a. aan de te Voorburg verblijvende vluchtelingen: L noodkaarten Ule serie 2. IVe serie 3. bonnen levensmiddelenpakket 4. bonnen lucifers b. aan de te Rijswijk verblijvende vluchtelingen: 1. noodkaarten IVe serie 2. bonnen levensmiddelenpakket 3. bonnen lucifers Uitreiking van noodkaarten IHe serie had voor deze personen reeds door het Distributiekantoor van Rijswijk plaats gehad. c. aan hen, die in deze Gemeente onderdak hadden gevonden: 1. noodkaarten Ille serie 2. IVe serie 3. bonnen levensmiddelenpakket 10 044 4. bonnen lucifers Ten einde aan het misbruik van dubbele distri butiebescheiden zoo spoedig mogelijk een einde te maken, werden de namen van de personen, aan wie een nood-distributiestamkaart was verstrekt, op de zg. blokkadeljjst geplaatst. Zoodoende was het mogeljjk niet minder dan 2 500 gevallen van dubbele distributiebescheiden te achterhalen. De ten onrechte in het bezit zijnde bescheiden werden den houders ontnomen, terwijl tegen de betrokken personen zoo noodig proces-verbaal werd opge maakt. Naast dezen maatregel kwam als afdoend middel de contröle van het bevolkingsregister en de zegeling van de tweede distributiestamkaarten, zoodat binnen korten tijd het onrechtmatig voor handen hebben van distributiebescheiden, hetgeen vooral mogelijk was geworden door de ramp van het Bezuidenhoutkwartier, tot het verleden be hoorde.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1945 | | pagina 275