I o iHlfiiiiihi OS®0DOOt»O<nO.2 K OJ» - (X, (L, ïlfhlSi i i 1 s 31 g& S«» Mil g g s s s T 3 s S 1 i TTT g 3 s Ia sa S“ -S’? e s ht 50 *E» 2 -O AS1 lli go: s 11- g -Al 0 g t- z i s i s s ’«1^5 •3 S> .2 g 6 VERSLAG VAN HET BUREAU VOOR WERKLOOZENZORG EN PERSONEELSVOORZIENING. CO 'AA 01 to M O to x CD r- X •d* TH O S es o GO CS M 0 x Tf< vH Aï O CM X TH IVKJOX ’AVO co co co -f CM MO tH co M O x CO Al O Aantal personen. CM Bedrjjfsklassen. Totaal. tM *A*T CM 1 7 8 M O te Mi) oo <x I •Itnnoj, I I I 118 247 365 <N O U5 I (2'AVO I I I I I I (1 "M f> fa I •O 38 3 35 Totaal 4 559 2 982 CM O» X O STAAT V. Aantal overbruggingsuitkeering-renietenden op 29 December 1945 onderscheiden naar bedrjjfsklassen. Aardewerk, glas enz. Grafische bedrijven en foto grafische ateliers Bouwbedrijven Hout, kurk en stroo Kleeding en reiniging Kunstnijverheid Leder, wasdoek en rubber Metaalnijverheid, scheeps bouw Papier Textiel Voedings- en genotmiddelen Land- en tuinbouw Visscherij en jacht Handel Verkeer Verzekeringswezen Overige bedrijven, vrije be roepen Huishoudelijk personeel Ongeschoolde arbeiders Hoofdarbeiders (beroepen, waarvoor geen vakkennis is vereischt) 13 5 294 4 111 31 64 94 841 1 96 39 732 14 1011 32 11 6 4 109 44 1026 IfAT (tTVK jetrre^ rnnynp O o SC 1 382 9 5 1 59 11 105 7 562 1 4 170 42 169 101 1403 2 5 e» 13 629 23 6 5 4 O CJ o \O w X t— (M rj» th t*» T- co oo co eo Si CO O t- tH rf CO 40 3 Ci O eo <M ©1 X X tM o CO O X O r- C O th X CM nr O X tH CM C© CM <M O t~— X TH r- cm C© X TH Tf T* rH H T Ci O CM O X TH O CM x TH F- 00 CM CM X CM O - X <M co id x cc 40 OQ 4D I O H Cl Ci o JM s tH ©1 2 CM Cl 2 o .©■SS® «5 0 0 CM t'- <M TH CM X X X <M 1 577 X T* Tf X •0 O - T5 C N O H CM O i© X TT X ©TH CM TH X TH X X X X t- X X <M tH r- o CM X x r- X X T- o x TH O Tji Cl Ir. X X TT CM x o O t— TH X CD o CD t sl 0 0> fa J- i Tf -H --<* rdJXd'; 3 - c bi S "-3 X <M TH - 5 - _=i 8“ t- sï ël - to© tH J-' to -t t ■O 82 o fc» ce ■- c 5 o gfl O 44 fc I o a êS OS' Ter toelichting wordt het volgende opgemerkt. Personen, die na de bevrijding weer voor korten of langen tijd in het arbeidsproces waren opge nomen, werden verantwoord onder de groep „personen, werkloos na 20 Mei 1945 door andere oorzaken", ongeacht de groep, waartoe zij voor dien behoorden. In verband hiermede zullen de overige groepen, waarvan de aantallen zich na October 1945 over de geheele linie in dalende lijn bewegen, op den duur vrijwel geliquideerd worden en slechts de personen omvatten, die na de bevrijding niet meer hebben gewerkt. De groep „personen, werkloos vóór 20 Mei 1945. ondersteund", werd per 20 Mei 1945 overgeheveld van de Rijkssteunregeling naar de overbruggings- regeling. De groep „personen, werkloos vóór 20 Mei 1945, niet ondersteund” wordt voornamelijk gevormd door werkloozen, die wegens gezinsinkomsten destijds niet voor ondersteuning in aanmerking kwamen. Ter onderscheiding van de bonafide vakorgani saties zijn de cijfers, die betrekking hebben op toenmalige leden van het Nederlandsch Arbeids front, de Nederlandsche Cultuurkamer en de Lan delijke Vereeniging tot onderlinge verzekering tegen werkloosheid en ziekte afzonderlijk ver meld. 3 JD e M’9 X TH Tf X i- X X 0 X Q M E- on C «o S c» - 08 w J 3 5" - - §2 G X o! fa t> <s cn

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1945 | | pagina 327