31 '1 no. Hulp aan de hongerende bevolking en de oorlogs slachtoffers. Het tegen het einde van 1944 door de Kerkge nootschappen opgerichte Centraal Interkerkelijk Bureau (I.K.B.) riep een plaatselijk I.K.B. voor ’s-Gravenhage en Omstreken in het leven, dat op 10 Januari 1945 zijn werkzaamheden aanving ten behoeve van de hongerende bevolking van alle gezindten en groepeeringen. De noodige levensmiddelen, met de toevoer waar van tegen het einde van 1944 kon worden begonnen dank zij vaardige hulpeomité’s in de Oostelijke en Noordelijke provincies des lands, konden slechts met groote moeite naar ’s-Gravenhage wor den gebracht. Groote hoeveelheden kwamen niet temin ter beschikking: 680 430 kg in het eerste kwartaal, 2 333 013 kg in het tweede kwartaal, 1110 627 in de maanden Juli en Augustus, totaal 4 124 070 kg. De vervoersmoeiljjkheden waren het grootst tot aan de bevrjjding (5 Mei); daarna werd zeer groote hulp ondervonden van militaire ver voerseenheden en het Boode Kruis. In de begin periode werden transport en opslag der goederen verzorgd door de Gemeenteapotheek, spoedig ech ter werden deze werkzaamheden overgenomen door een eigen afdeeling van het I.K.B. Aan voedsel werd in totaal aan de bevolking verstrekt 7 466 305 liters, waarvan 1 033 520 in het eerste, 4 925 275 in het tweede kwartaal en 1 507 510 in de maanden Juli en Augustus. Het totaal aan tal uitgereikte maaltijden was rond 10 millioen. Met de kindervoeding werd begonnen op 8 Januari, met de kleutervoeding op 26 Februari. Deze laatste verstrekking werd op 16 Juni beëindigd, de andere duurden tot 1 September. Het wekelükseh aantal deelnemers aan de kindervoeding bedroeg van begin Februari tot einde April rond 28 000; in Juni werd een aantal van ruim 38 000 bereikt. Het aantal volwassenen liep tot aan de bevrijding op tot rond 30 000, het maximum viel in Juni met rond 39 000. Het aantal gevoede kleuters was ge durende de geheele verstrekkingsperiode rond 14 000 (het maximum viel bij het begin dezer verstrek king in de week van 26 Febr.3 Maart: 14 770). Voor aanvullende voeding kwamen uitsluitend in aanmerking, zoowel wat de volwassenen als de kin deren betreft, degenen, die aan hongeroedeem e.d. leden of een aanzienlijk ondergewicht hadden. Voor volwassenen moest het ondergewicht ten minste 30 pCt. zijn, voor kinderen (615 jaar) ten minste 20 pCt., voor jongere kinderen ten minste 15 pCt.. In de eerste drie maanden van het jaar werd voedsel in onbereiden vorm aan tehuizen en zie kenhuizen verstrekt tot een totaal van 60 783 kg. Daarna werd aan deze instellingen en aan zekere groepen voedsel in bereiden vorm uitgereikt, in totaal aan ziekenhuizen rond 228 000 liters, andere instellingen 759 000 liters, politieke gevangenen 48 000 liters, onderduikers 36 000 liters, binnen- landsche strijdkrachten 45 000 liters. Voor en na de bevrjjding verzorgde het I.K.B. ook uitzending van kinderen, aanvankelijk op be scheiden schaal, na de bevrjjding onder super visie van de Nationale Commissie tot uitzending Nederlandsche kinderen op grootere schaal. Naar landsdeelen met betere voedselpositie wer den in totaal 4 291 kinderen uitgezonden, naar het buitenland (uitsluitend na de bevrijding) 1259 kinderen. In een ingerieht Nood-kinderhuis, ondergebraeht in de Huishoudschool aan de Laan van Meerder- voort, zijn een 35-tal zeer ondervoede en tevens verwaarloosde kinderen van half Februari tot half Juli verpleegd. De afdeeling Leniging Nood Oorlogsrampen ont stond na de verwoesting van het Bezuidenhout- kwartier op 3 Maart 1945 en heeft de slachtoffers zoowel aan noodvoeding geholpen als aan onont beerlijke goederen, door middel van inzamelingen verkregen, en waar mogeljjk ook aan huisvesting. In het najaar van het verslagjaar is het I.K.B., daar zjjn taak was beëindigd, opgeheveiï. Huishoudelijke voorlichting. De werkzaamheden van de afdeeling ’s-Graven hage van de „Commissie inzake Huishoudelijke Voorlichting” stonden ten gevolge van de tijdsom standigheden van Januari tot September 1945 practisch stil. Het organiseeren van cursussen on dervond in de periode September-December ernstige moeilijkheden wegens gebrek aan leerkrachten, lokaliteiten en materialen, zoodat veelal volstaan moest worden met het geven van demonstraties. Het in 1945 verspreide aantal vouwbladen, boek jes en leidraden bedroeg 3172. De voorliehtingswinkel aan de Groenmarkt 24 werd in totaal door 2 512 personen bezocht. Verstrekking van voorschotten. Voor de voorschotten, verstrekt door de Gemeen telijke Leen- en Voorschotbank, wordt verwezen naar het verslag dier instelling. Fonds „Weldadig en Zorgvuldig”. Het Fonds verstrekt rentelooze voorschotten van f 50, f 11M),f 150,en f 200,— voor den tijd van ten hoogste twee jaren. In het verslagjaar zijn geen voorschotten verstrekt en hebben geen terugbe talingen van uitgeleende gelden plaats gehad. Op 31 December 1945 was door voorschotnemers in totaal nog f 952,— verschuldigd. Htilpbank te ’s-Gravenhage. De Bank verleent ten behoeve van bedrijven en van ambtenaren voorschotten tot een maximumbedrag van f 1.000, voor den tijd van ten hoogste 1 en 2 jaren tegen voor Kunstenaars. Dit fonds valt niet onder het Werkloosheidsbesluit 1917. Rijk en Gemeente hebben ieder voor 1945 een sub sidie van 100 pCt. toegekend op de door de ver- eenigingen aan het Fonds verschuldigde bijdragen. Elk dezer subsidiën bedroeg f 910,41. Aan te ’s-Gravenhage woonachtige leden is in 1945 een bedrag van f 343,20 aan uitkeeringen verstrekt. Subsidieering particuliere wachtgeldregelingen. Ingevolge het Kaadsbesluit van 20 November 1939, Bjjlage no. 541, verleende de Gemeente ook in 1945 haar medewerking aan de van Rijkswege goed gekeurde particuliere wachtgeldregelingen. De medewerking bestond in het voorschieten van subsidie en het oefenen van controle. Het totaal bedrag aan subsidie voor wachtgeld- uitkeeringen in 1945 is nog niet bekend. De door de Gemeente verstrekte gelden komen geheel ten laste van het Rijk, waarvan voor 1945 een voor schot is ontvangen van f 3.793.123,76. Ontwikkeling werkloozen. Gedurende 1945 werd geen ontwikkelingswerk onder de werkloozen ver richt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1945 | | pagina 36