37
Het bestaande plaatselijk bureau werd voor reke
ning der Nationale Commissie voortgezet.
De schoolartsen hebben in het verslagjaar 119
kinderen aanbevolen, waarvan er 44 werden uitge
zonden. Bovendien werden nog 7 kinderen uitge
zonden op aanbeveling van de Vereeniging „Zorg
voor het achterlijke kind” en de Ned. Vereeniging
„Vacantieoord voor lichamelijk gebrekkigen”, der
halve in totaal 51 gedurende te zamen 2 066 ver-
pleegdagen.
Aan het verslag van eenige vereenigingen is
het volgende ontleend.
's-Gravenhaagsche Vereeniging voor Gezond-
heidskolonies (Haagsche Bleekneusjes), bureau:
Van-Swietenstraat 98. Ofschoon de Vereeniging
door een Zaanlandsch fabrikant in staat werd
gesteld om uitgehongerde stadskinderen in Wor-
merveer op zijn kosten te verplegen, konden pogin
gen om van dit aanbod ook Haagsche kinderen te
doen profiteeren niet met succes bekroond worden
wegens onoverkomelijke vervoersmoeilijkheden in
de hongermaanden. Na de bevrijding werd de uit
zending verzorgd door de Nationale Commissie tot
Uitzending van Nederlandsche kinderen 1945.
In plaats van het zwaar beschadigde huis „Tey-
lingerbosch” te Vogelenzang kreeg de Vereeniging
de beschikking over Huize „Duinzicht”, eveneens
te Vogelenzang, hetwelk voorloopig werd be
stemd voor verpleging van kinderen uit het zwaar
getroffen Arnhem.
Het koloniehuis „Hemalie” te Soesterberg is door
de bezettingsmacht zoo zwaar geruïneerd, dat voor
herstel van het gebouw en de inventaris ongeveer
f 60.000,— noodig zal zijn.
De exploitatierekening vermeldt aan uitgaven
een bedrag van f 13.237,89, aan inkomsten f 11.298,98,
zoodat er een verliessaldo was van f 1.938,91.
Vereeniging „Zorg voor het achterlijke kind”,
secretariaat: Sneeuwbalstraat 69. Het lag in de
bedoeling na de bevrijding de uitzendingen,
welke in 1944 noodgedwongen waren stopgezet,
onmiddellijk te hervatten. Het koloniehuis „Zonne-
oord” te Ede, dat inmiddels als ziekenhuis en
tehuis voor evaeué’s in gebruik was genomen,
kwam evenwel eerst later in het jaar ter beschik
king. Ondanks de ongunstige financieele toestand
der Vereeniging hoopte men de kosten der uitzen
ding te dekken door bijdragen van de Nationale
Commissie tot Uitzending van Nederlandsche kin
deren 1945. Naderhand bleek echter, dat deze Com
missie geen financieele steun zou verleenen, omdat
zij haar zorgen niet uitstrekte tot niet-valide kin
deren. Nadat twee groepen, te zamen 43 kinderen
omvattende, waren uitgezonden en gedurende totaal
1 842 dagen verpleegd waren, was de Vereeniging
genoodzaakt de uitzendingen om financieele rede
nen te staken. Dit was te schrijnender, daar in
„Zonneoord” plaatsen voor Haagsche kinderen
gereserveerd waren.
Dank zij gevoerde propaganda kwam tegen het
einde van het jaar een flink bedrag in kas, zoodat
het volgend jaar weer met uitzending zal kunnen
worden begonnen.
De rekening „Uitzending” sloot in 1945 met een
voordeelig saldo van f 868,81. Het werkfonds be
droeg f 709,3614.
Afd. 's-Gravenhage van de Vereeniging Katho
lieke Kinderuitzending in het Bisdom Haarlem,
secretariaat: Regentesselaan 199. In het verslag
jaar werden door de Afdeeling 7 kinderen gedu-
Uitzending van kinderen naar buiten.
Mededeelingcn omtrent de bemoeiingen van den
Gemeentelijken Geneeskundigen en Gezondheids
dienst met de uitzending van kinderen naar buiten
worden aaugetroffen in het verslag van dezen
Dienst, blz. 13.
De Nationale Commissie tot Uitzending van Ne
derlandsche kinderen 1015, een regeeringslichaam,
na de bevrijding van de Zuidelijke provincies op
gericht, werd na de algeheele nederlaag van den
vijand te ’s-Gravenhage gevestigd. In de Commissie
hadden toen o.m. zitting de directeur-generaal
voor de Volksgezondheid, vertegenwoordigers van
het Militair Gezag, van de Geneeskundige Hoofd
inspectie, van de Provinciale Geneeskundige In
specties, van het Interkerkelijk Bureau, het Roode
en Wit-Gele Kruis en van de oude uitzendvereeni-
gingen.
Deze commissie verzorgde de uitzending van
kinderen, zoowel binnenslands als buitenslands.
De Vereenigingen tot uitzending van kinderen
konden na de bevrijding haar taak derhalve niet
onmiddellijk geheel zelfstandig uitvoeren.
Tegen het einde van het jaar werd door den
Haagschen Raad voor Kinderuitzending, waarin
alle plaatselijke vereenigingen tol uitzending van
kinderen vertegenwoordigd zijn met uitzondering
van de Israëlietische, die bleek te ontbreken, op
verzoek van bovengenoemde Commissie besloten
tot het verzorgen van de kinderuitzending naar
binnen- en buitenland in het district Den Haag.
De ontvangsten over 1945 bedroegen f 37.753,70,
de uitgaven f 4O.-695.47, zoodat het nadeelig saldo
f 2.941,77 bedroeg.
Vereeniging „Hulp aan Zuigelingen", Oranje-
plein 24-26. In het verslagjaar werden in de
kliniek Oranjeplein 210 kinderen opgenomen en
verpleegd gedurende in totaal 10 849 dagen. De zeer
slechte toestand, waarin de zuigelingen in de
meeste gevallen werden opgenomen, had een hoog
aantal sterfgevallen tot gevolg.
Op het consultatiebureau voor zuigelingen en
kleuters, uitgaande van de ’s-Gravenhaagsche
Centrale Vereeniging tot bescherming van zuige
lingen en kleuters, werden 1283 zuigelingen inge
schreven, waarvan 837 voor de eerste keer. Het
aantal consulten voor zuigelingen bedroeg 7 655.
Het aantal huisbezoeken ten behoeve van zuige
lingen was 3 005.
In de kleuterafdeeling van het consultatiebureau
werden 800 kinderen ingeschreven, waarvan 341 uit
het vorige jaar waren overgebracht. Het aantal
consulten ten behoeve van kleuters bedroeg 2 732.
Het spreekuur voor praenatale zorg werd door
24 zwangere vrouwen bezocht, waarvan er 4 uit
het vorige jaar waren overgeschreven. In 13 ge
vallen bleek graviditeit vermeend te zijn.
Een moedercursus, waarvoor zich 71 moeders
hadden opgegeven, werd door gemiddeld 21 toe-
hoorderessen bijgewoond.
De ontvangsten over 1945 bedroegen f 44.454.84,
de uitgaven f 43.640,82, zoodat er een voordeelig
saldo van f 814,02 was.
Voor gegevens omtrent zuigelingen- en kleuter
zorg in het Juliana-Kinderziekenhuis, „De Sophia-
siichting" en in de poliklinieken van de Vereeni
ging „Wijkverpleging Twentstraat", de Loosduin-
sche Wijk- en Ziekenverpleging en de Vereeniging
Gereformeerde Ziekenverpleging wordt volledig
heidshalve nog verwezen naar blz. 32, 33, 35 en 36.
