9
r
9
Modelmelk.
Modelmelk wordt in één bedrijf bereid; in de
loop van het jaar werden 12 monsters genomen,
die deugdelijk bleken te zijn.
o
het betreffende bedrijf nauwkeurig nagegaan en
kon in bijna alle geconstateerde gevallen een
oorzaak worden aangewezen, waardoor de infec
tie was veroorzaakt. Een te hoog kiemgetal
werd in 10 monsters waargenomen; tweemaal
werd hierin aanleiding gevonden een proces
verbaal op te maken. Tegen een bereider, waar
van de gepasteuriseerde melk bij herhaling on
voldoende verhit was, werd eveneens een straf
vervolging ingesteld.
Tegen twee bereiders van gepasteuriseerde
melk, waaraan als conserveermiddel waterstof-
peroxyde was toegevoegd, werd een strafver
volging ingesteld. Het behoeft wel geen betoog,
dat een dergelijk feit èn uit het oogpunt van
hygiëne èn in verband met de eerlijkheid in
de handel, als een zeer ernstige overtreding is
te beschouwen.
Door 5 bedrijven werd weer geregeld gesteri
liseerde melk in de handel gebracht.
Tabel D geeft een overzicht van de bij het
onderzoek van gepasteuriseerde melk gevonden
resultaten.
merendeel der monsters niet of nauwelijks
waarneembaar. Enkele partijen werden af ge
keurd.
Bij onderzoek van een monster zg. vleeskrui-
den werd een keukenzoutgehalte van 12 pCt. ge
vonden. Naar aanleiding hiervan werd proces
verbaal opgemaakt.
Aan het einde van het verslagjaar werd een
zeer gering aantal monsters originele specerijen
onderzocht, hetwelk aan de gestelde eisen vol
deed.
Éénmaal werd proees-verbaal opgemaakt we
gens een te hoog vochtgehalte van mosterd.
Melkproducten.
Deze waren weer ruimschoots verkrijgbaar;
er werden 357 monsters genomen, waarvan 37,
dus meer dan 10 pCt., ondeugdelijk bleken te
zijn. Het grootste aandeel hierin had de karne
melk.
In 3 gevallen werd proees-verbaal opgemaakt
wegens een te lage droogrest, terwijl 12 waar
schuwingen werden verzonden.
Talrijke monsters yoghurt gaven aanleiding
tot het opmaken van één proees-verbaal, terwijl
7 waarschuwingen werden uitgereikt, alle we
gens een te laag vetgehalte.
De onderzochte karnemelkspap voldeed aan
de gestelde eisen.
Specerijen.
De onderzochte surrogaten voor specerijen
waren in de regel slecht; de kenmerkende
smaak van een verdunning 1 100 was bij het
Spijsoliën en -vetten.
Bij het onderzoek van een groot aantal mon
sters margarine werd meermalen een iets te
hoog vochtgehalte vastgesteld. In twee gevallen
werd aanleiding gevonden proees-verbaal op te
maken. Het watergehalte van de onderzochte
monsters boter was normaal. Ook het onderzoek
van rundvet en bak- en braadvet gaf geen aan
leiding tot opmerkingen.
Een uitvoerig onderzoek werd ingesteld in
verband met ziektegevallen, die zich hadden
voorgedaan op één der hier gevestigde ambas
sades. De ziekteverschijnselen bleken te zijn
veroorzaakt door het gebruik van spijsolie, be
staande uit gekleurde minerale olie. Tegen de
leverancier van de olie werd proees-verbaal op
gemaakt.
Suiker en stroop.
Naar aanleiding van vermeende ziektever
schijnselen na het gebruik van tijdelijk in dis
tributie gebrachte ruwe suiker werd een uit
voerig onderzoek ingesteld, waarbij bleek, dat
deze waar bacteriologisch en chemisch van
onverdachte samenstelling was. Na enige tijd
werden klachten dan ook niet meer vernomen.
De rietsuiker-, huishoud- en keukenstroop
voldeden in de regel aan de eisen. Enkele malen
was het gewicht van de inhoud te hoog aange
geven; éénmaal werd deswege proees-verbaal
op gemaakt.
De samenstelling van de kunsthoning was be
vredigend.
Vis.
Gedurende de eerste maanden van het jaar
was er een tamelijke aanvoer van verse vis uit
zee, terwijl verscheidene loggers en kleine kust-
vissers aan de trawl-visserij deelnamen. Deze
aanvoeren waren oorzaak, dat veel schol, schar
en ook tong in de rokerijen werden verwerkt om
later gefileerd in de handel te komen.
Reeds betrekkelijk vroeg in het seizoen be
gonnen de loggers met de haringvisserij, welke
dit jaar een geweldige aanvoer van verse en
gezouten haring opleverde. De kwaliteit van de
I
VERSLAG VAN DE KEURINGSDIENST VAN WAREN.
217
20
6
10
1
0
3
Tabel D. Overzicht
teuriseerde melk.
1. Aantal onderzochte monsters
2. Aantal afgekeurde monsters
waarvan wegens:
a. aanwezigheid van colibacteriën
b. te hoog kiemgehalte
c. te hoog vriespunt
<1. vetgehalte niet gelegen tussen de vastgestelde
grenzen
e. vuil
f. andere reden
van het onderzoek der monsters gepas-