I
15
L
ll
II
78 woningen
192
72
12
i;
Coöperatieve Woningbouwver
eniging „Luctor et Emergo”
R.K. Woningbouwvereniging
„Verbetering zij ons Streven”
Woningstichting „Patrimo
nium” (Den Haag)
Ook gedurende het exploitatiejaar 1946 moest
het onderhoud worden beperkt tot het strikt
noodzakelijke. Het gebrek aan materialen
duurde ook in 1946 onverminderd voort. Niette
min was het mogelijk, door kleine houttoewij-
zingen, op bescheiden voet herstellingen aan
woningen te verrichten.
De herstellingen betroffen hoofdzakelijk de
schade, welke door toedoen van de bewoners in
de beruchte hongerwinter 1944/1945 was ont
staan. In de regel vond herstelling plaats indien
de schade, welke voor elk geval billijk werd
berekend, was betaald.
Verder was het mogelijk verscheidene com
plexen, o.a. van de Algemene Coöperatieve Wo-
ningvereniging „Verbetering zij ons Streven”
en „Luctor et Emergo”, te verven of zg. in de
schuurverf te brengen. Het aanzien van deze
complexen werd daardoor aanzienlijk beter.
Dit verfwerk werd in eigen beheer uitge
voerd, behoudens dat aan enkele complexen,
waarvoor een gunstige prijs van een aannemer
werd bedongen.
Voorts was het mogelijk van twee complexen
woningen van de Woningbouwvereniging
„Openbaar Belang”, waar veel last van lekkage
werd ondervonden, de daarvan oorzaak zijnde
opgaande borstwering te slopen en de achter
gevels van een overstekende gootlijst te voor
zien; gelijktijdig werd de mastiekbedekking
met een nieuwe smeerlaag overtrokken.
Tevens werden de gemeenschappelijke tuinen
van deze woningbouwvereniging opnieuw aan
gelegd.
In de woningen van de „Loosduinsche Woning-
bouwvereeniging” werden de draairamen van
de dakkapellen, die zeer slecht waren en een
gevaar op leverden voor voorbijgangers, ver
nieuwd en veranderd. Deze verandering was zeer
tot tevredenheid der bewoners, die nu op een
betere wijze hun slaapkamers konden ventileren.
Veel zorg baarden ook de vernielde voortuin
afscheidingen van verscheidene complexen, o.a.
in Loosduinen en in de stad, van de R.K.
Woningbouwvereniging „Verbetering zij ons
Streven”. Plannen werden gemaakt om een
nieuwe voortuinafscheiding te verkrijgen, ge
baseerd op een groenstrook met bomen en een
groenstrook met struikgewas langs de gevels.
Gebrek aan materiaal heeft ook deze plannen
nog niet tot uitvoering doen komen.
Binnenverfwerk, behangwerk enz. werden nog
slechts op bescheiden voet uitgevoerd, hoofd
zakelijk in onbewoonde woningen, die niet ver
huurbaar waren, indien deze werkzaamheden
niet zouden worden uitgevoerd.
Nadat met de noodzakelijke spoed de plannen
waren uitgewerkt, de schetsplannen en de be
stekken, begrotingen en de daarbij behorende
tekeningen de betreffende instanties waren ge
passeerd en de vergunningen tot aanbesteding
waren verleend, was het mogeljjk in September
1946 drie aanbestedingen te houden, nl. één voor
de 63 woningen van „Beter Wonen”, één voor de
192 woningen van „Verbetering zij ons Streven”
en één voor de 78 woningen van „Luctor et
Emergo”.
De uitslagen dezer aanbestedingen bleven be
neden de verwachtingen.
De laagste inschrijvingen voor de 63 woningen
van „Beter Wonen”, voor de 192 woningen van
„Verbetering zij ons Streven” en voor de 78
woningen van „Luctor et Emergo” bedroegen
onderscheidenlijk f 860.880,f 2.815.375,en
f 1.042.000,—.
Het Ministerie van Openbare Werken en We
deropbouw deelde echter mede, dat, na het uit
voeren van bezuinigingen volgens door dit
Ministerie aangegevén richtlijnen, tot gunning
van de eerste 2 werken kon worden overgegaan;
na de aangebrachte bezuinigingen werden de
aanneemsommen teruggebracht onderscheiden
lijk tot f 820.873,en tot f 2.442.436,Het com
plex van 78 woningen van „Luctor et Emergo”
daarentegen was te duur opgezet en moest der
halve worden omgewerkt.
De bouwvergunningen werden dit jaar in ver
band met de slechte materiaalpositie nog niet
af gegeven; verwacht werd, dat deze in Januari
of Februari 1947 zouden worden verstrekt, zodat
dan met de bouw van 63 en 192 woningen zou
kunnen worden begonnen.
De aanbesteding van het complex woningen
van „Patrimonium” (Den Haag) was dit jaar
niet mogelijk.
Ten gevolge van herziening van het contin
gent woningen, toegedacht aan de gemeente
’s-Gravenhage, moest de aanbesteding van
bovengenoemd complex worden verschoven naar
het eerste kwartaal van 1947. Hetzelfde gold
voor de 178 woningen van de „Algemene Coö
peratieve Woning vereniging”, die in November
1946 zouden worden aanbesteed.
Mocht echter de materialenvoorziening, die in
het najaar 1946 voortdurend slechter werd, in
1947 niet verbeteren, dan bestaat grote kans, dat
deze laatste complexen woningen voorlopig ook
in 1947 niet tot uitvoering zullen kunnen komen.
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
99
99
i
i
Controle op het onderhoud.