19 f 1 11 ï’l c. Afrekening kosten noodvoorzieningen. Voorzover het Plaatselijk Bureau Goedkeuring Werken de uitvoering van noodvoorzieningen aan particuliere woningen aan aannemers heeft opgedragen, worden de herstelkosten door mid del van herstelverklaringen rechtstreeks, d.w.z. zonder tussenkomst van de Gemeentelijke Dienst voor de Wederopbouw7, aan het College van Algemene Commissarissen gedeclareerd en daar na met de aannemers verrekend. Noodvoorzieningen uitgevoerd aan percelen, die destijds in verband met de aanleg van ver dedigingswerken in opdracht van de Duitse be zettingsmacht door het Rijk werden onteigend en nog niet aan de vroegere eigenaar zijn terug gegeven, zijn ter betaling en behandeling over gedragen aan het Commissariaat Oorlogsschade. Waar in enkele gevallen door aannemers in opdracht van het Plaatselijk Bureau Goedkeu ring Werken noodvoorzieningen zijn uitgevoerd aan Gemeenteeigendommen, werd de financiële afwikkeling daarvan door de Gemeentelijke Dienst voor de Wederopbouw overgenomen, ten einde een regeling te treffen met het College van uitzonderingsgevallen ook van reeds bewoonde huizen, waarvan de eigenaar weigerachtig bleef de oorlogsschade te herstellen. Daar ook in laatstbedoelde gevallen de Gemeente het herstel slechts zou uitvoeren voor zover de herstelkosten minder dan f 3.000,zouden bedragen, konden door de Gemeente gemaakte kosten op door het Plaatselijk Bureau Goedkeuring Werken te maken herstelverklaringen aan het College van Algemene Commissarissen voor de Wederop bouw w'orden gedeclareerd. De Gemeente dient de door haar gemaakte kosten volledig vergoed te krijgen, terwijl het Rijk zich belast met een eventuele verrekening met de eigenaren. Op grond van de van diensten ontvangen reke ningen en verdere gegevens zijn aan het Plaat selijk Bureau Goedkeuring Werken en het Scha debureau declaraties ingezonden voor in 1946 gemaakte kosten tot een totaalbedrag van f 179.126,81, ten einde deze na het opmaken van de betreffende herstelverklaringen, aan het Col lege van Algemene Commissarissen ter betaling door te zenden. Bij het samenstellen van dit verslag was even wel op geen van deze in de maanden December 1946 tot en met Mei 1947 ingezonden declaraties een Rijksbijdrage ontvangen. De inzending van declaraties van inmiddels gereedgekomen woningen wacht op de ontvangst van nadere gegevens van de betreffende dien sten. Ten aan?ien van een aantal percelen, waarvan de aannemingssom weliswaar beneden f 3.000, ligt, doch de herstelkosten, in verband met door Gemeentewerken geleverde materialen en bere kende bedrijfskosten, deze grens hebben over schreden, zal de afrekening met het Rijk, mede doordat de regeling van de schadegevallen boven de 4 3.000,ongunstiger is dan voor die beneden dat bedrag, wellicht bezwaren opleveren. Met betrekking tot de herstelde huizen in Kijkduin, voorzover deze in beheer zijn bij de Gemeente lijke Hypotheekbank, werd met deze instelling een regeling getroffen, waardoor de kosten, die niet op een herstelverklaring aan het Rijk ge declareerd kunnen worden, ten laste van de Hypotheekbank zullen komen. Voor verdere bijzonderheden moge naar het hieronder volgende staatje wmrden verwezen. i Ten einde financieringsmoeilijkheden, welke publiekrechtelijke lichamen bij het herstel van oorlogsschade en de wederopbouw ondervinden, zoveel mogelijk te ondervangen, kan het Rijk, volgens de circulaire van het Ministerie van Financiën d.d. 31 Januari 1946, afd. Begrotings zaken, no. 93, in afwachting van de totstand koming van een wettelijke regeling, renteloze voorschotten aan de Gemeente verstrekken op de t.z.t. toe te kennen bijdragen in de kosten van herstel. Daar de bij de Rijkscommissie van Advies inzake bijdragen (thans Bureau Financiering) Wederopbouw Publiekrechtelijke Lichamen in te zenden voorschotaanvragen aan bepaalde eisen moesten voldoen, was inzending in de vereiste vorm als gevolg van de op dat tijdstip van be drijven en diensten ontvangen gegevens, niet mogelijk. In overleg met bedoelde Commissie en het College van Algemene Commissarissen, dat o.m. krachtens een circulaire van 9 April 1946, Algemene Commissarissen voor de Wederop bouw. VERSLAG GEMEENTELIJKE DIENST VOOR DE WEDEROPBOUW. Gereed. Groep. Aantal. bedrag boven f 3.000,— 4 180 I 19 1 24 15 221 6 174 A.N.B.O. Duindorp Kijkduin Overige stadsgedeelten Niet gedeclareerd beneden f 3.000, - 27 395 21 1 450 25 395 19 7 446 6 242 t 29.054,88 143.686,81 1) Algemeen Nederlands Beheer Onroerende Goederen, 6.385,12 f 179.126,81 Waarvan gedeclareerd aantal Inzending van voorschotaanvragen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1946 | | pagina 236