7
f
17.000,—
f 5.049.000,—
f
51.000,—
Toename vaste en bijzondere lasten
f 4.998.000
50.600,—
400,—
1.751.000,—
244.000,—
860.000,—
2.177.000,—
aan stortingen in de diverse fondsen
belastingen
reserve voor vennootschapsbelas
ting, etc
stortingen in het Pensioenfonds
reserve verplichtingen ongeval
lenwet 1921
De exploitatie-uitgaven over 1946 bedroegen rond f 6.146.000,of
f 2.438.000,meer dan in het vorige jaar.
De rente-opbrengst is tegenover het vorige jaar met f 5.300,gedaald,
terwijl er een mindere opbrengst van f 40.000,is voor vrijgekomen mate
rialen uit de per 31 December 1943 afgeschreven baangedeelten in het
kustgebied, zodat ter bestrijding van de vaste lasten en bijzondere uitgaven
f 7.372.700,meer beschikbaar bleef dan in 1945.
Hier staat tegenover, dat de vaste en bijzondere lasten toegenomen zijn
met rond f 4.998.000,— als gevolg van de hieronder genoemde toe- en af
namen
Meer.
Meer
Minder.
Minder aan afschrijvingen
dienst der leningen
Een en ander heeft tengevolge, dat het voor terugbetaling aan aan
deelhouders beschikbare bedrag f 1.416.124,99 zal bedragen.
Ingevolge de bepalingen van de overeenkomst tussen de gemeente
’s-Gravenhage en de N.V. Haagsche Buurtspoorwegen d.d. 28 December
1926, komt, van het voor terugbetaling aan aandeelhouders op de door dezen
in vroegere jaren aangezuiverde jaartekorten beschikbare bedrag, toe:
aan de gemeente ’s-Gravenhagef 1.189.582,34
aan de N.V. Haagsche Buurtspoorwegen 226.542,65
Voor het in de oorlogsjaren door de Duitse bezetting opgelegde gratis
vervoer van 19.345.075 reizigers werd nog steeds geen enkele schadever
goeding ontvangen, evenmin als voor de aan de verschillende eigendommen
der maatschappij veroorzaakte oorlogs- en bezettingsschaden.
Zoals in het vorige jaarverslag reeds werd vermeld, hebben grote uit
gaven plaats voor de herstelling van de door de oorlogsomstandigheden
beschadigde eigendommen der maatschappij. Grote sommen gelds moesten
ter beschikking worden gesteld voor de reparatie van een deel van het
tram- en busmaterieel, dat ernstig gehavend weder in ons bezit kwam.
Teneinde het tram- en autobuswagenpark wederom op een vooroorlogse
vervoerscapaciteit te brengen, was het noodzakelijk de in 1943 in voorlo
pige opdracht gegeven 50 nieuwe autobussen tot uitvoering te brengen en
over te gaan tot de bestelling van 16 vierassige motorwagens. Het spreekt
vanzelf, dat, met het oog op het hoge prijspeil, deze zeer beperkt gehouden
aanschaffingen, welke uitsluitend een aanvulling en nog geen uitbreiding
van het wagenupark beogen, eveneens belangrijke kapitaalsuitgaven ver-
ff
ff
ff
ff
ff
ff
ff
ff