F
J
25
Motor surveillance.
a. Afdeling Uitvoerende Dienst.
Tot Augustus 1948 werd de dienst verricht
met 3 solo-motoren en 2 motoren met zijspan,
uitsluitend ten behoeve van assistentieverlenin-
gen en dienstopdrachten. Wegens de schaarste
aan materiaal werd de uiterste zuinigheid be
tracht en niet meer gesurveilleerd.
In Augustus werden de motoren vervangen
Criminaliteit.
In 11)46 kwamen bij de Politie 21 607 aangiften
van misdrijf in. Aan de Justitie werden 3 328
processen-verbaal toegezonden, opgemaakt ter
zake van misdrijf, waaronder 1160 wegens dief
stal en 242 wegens zededelicten. Aangehouden
als verdacht van misdrijf werden 6 565 perso
nen, waarvan in verzekering werden gesteld
2 505 personen, terwijl 991 personen aan de Offi
cier van Justitie werden voorgeleid.
Terzake van overtredingen werden 37 419 pro
cessen-verbaal aan de Justitie toegezonden, t.w.:
4 021 wegens overtredingen van de Algemene
Verstoringen der openbare orde.
Ernstige ordeverstoringen vonden in 1946 niet
plaats. Bijzondere maatregelen zijn derhalve
niet getroffen.
door 6 jeeps, die eveneens uitsluitend werden
gebruikt voor assistentieverleningen en dienst
opdrachten.
In totaal werden 309 processen-verbaal opge
maakt; 26 man waren belast met de bediening
der motoren.
Bereden politie.
Op 31 December 1946 telde de Bereden Politie
30 manschappen; zij had de beschikking over 30
paarden.
Naast de gewone surveillance werden vele op
tochten begeleid: in tal van gevallen werd
assistentie verleend bij afzettingen.
Gedurende het verslagjaar werden 1045 pro
cessen-verbaal opgemaakt.
pitein, 2 opperluitenants, 1 hoofdwachtmeester,
1 hoofdcommies, 2 commiezen, 1 adjunct-com-
mies, 1 bureauchef C, 2 bureauchefs A, 1 maga
zijnmeester D, 1 magazijnmeester C, 3 admini
stratieve ambtenaren C, 6 administratieve
ambtenaren B, 1 administratief ambtenaar A,
1 schrijver 1ste klasse, 1 stenotypiste, 14 typis-
ten-kantoorbedienden, 9 telefonisten, 1 technisch
opzichter B, 1 meesterknecht en 74 arbeidscon-
tractanten.
Voor bijzondere plichtsbetrachting en activi
teit werden aan 14 personeelsleden beloningen
toegekend tot een bedrag van f 540,—.
Dienstgebouwen.
Op 31 December 1946 had de Politie de vol
gende percelen in gebruik.
Laan Copes van Cattenburch Nos. 3, 5, 7, 9, 11,
13, 14, 15, 19, 25, 27, 31, 33, 37, 41, 41a, 43, 43a,
45, 49, 55, 57 en 59;
Alexanderplein Nos. 1, 2, 3, 9, 10, 12, 13, 15a,
15b, 16, 17, 18, 19, 20, 21 en 22;
Buitenhof Nos. 19 en 23; Van-der-Vennestraat
No. 85; Willem-III-straat No. 6 (L); Archimedes-
straat No. 1; Duinstraat Nos. 23 en 23a; Huy-
genspark No. 60; De-Mildestraat No. 1; Bezui-
denhoutseweg No. 33 en Bureau Palaeestraat.
Vele van deze percelen waren gedurende de
Duitse bezetting verwaarloosd. De afdeling Ge
bouwendienst van de Politie heeft alle krachten
moeten inspannen om ze weer enigszins bruik
baar te maken. In 1946 werd het onderhouds
werk met kracht voortgezet.
Materieel garage.
Het aantal automobielen voor de Politiedienst
bedroeg in 1946 21. De reparatie- en onderhouds
werkzaamheden werden grotendeels in eigen
beheer uitgevoerd.
Justitiële politiedienst.
De Justitiële Politiedienst werd uitgeoefend
door 7 hoofdinspecteurs 1ste klasse, 5 hoofdin
specteurs 2de klasse, 3 inspecteurs 2de klasse,
3 inspecteurs 3de klasse, 1 surnumerair, 15 adju
danten, 27 brigadiers, 44 hoofdagenten, 173
agenten, 3 adspiranten, 1 wachtmeester, 1 com
mies, 1 adjunct-commies, 1 administratief amb
tenaar B, 1 typiste-kantoorbediende, 1 technisch
hoofdambtenaar A en 2 arbeidscontractanten.
b. Afdeling Verkeerspolitie.
Op 31 December 1946 telde deze afdeling 40
personeelsleden, terwijl de dienst werd verricht
met 1 personenauto, 8 jeeps, 1 uitrukauto, 2
motoren met zijspan en 13 solo-motoren.
Tot de werkzaamheden behoorden het handha
ven van en het uitoefenen van controle op de
Motor- en Rijwielwet, de Wegenverkeersrege
ling, de Wet Openbare Vervoermiddelen, de Wet
Autovervoer Personen met de nog gehandhaaf
de Uitvoeringsbesluiten en Vervoersvoorschrif-
ten, de Rijtijdenwet, het Rijtijdenbesluit, de Wet
Woonwagens en Woonschepen alsmede de Alge
mene Politieverordening voor ’s-Gravenhage,
meer in het bijzonder de hoofdstukken I, II en
XV.
De Afdeling Verkeerspolitie behandelde bo
vendien de verkeersongevallen, de controle op
auto- en rijwielbewakers, de regeling van het
verkeer, de rij- en parkeerregeling bij bijzondere
gebeurtenissen en de verhoren van personen
naar aanleiding van processen-verbaal van
andere gemeenten.