32
ORGANISATIE VAN HET BUREAU.
I.
II.
Afdeling Werklozenzorg.
a.
1
DE VERDELING VAN DE WERKZAAM
HEDEN VAN HET BUREAU OVER DE AF
DELINGEN.
De onderafdeling Sociale Uitvoering der Over-
bruggingsregeling behandelt de aanvragen om
uitkering. Zij bepaalt aan de hand van de voor
schriften het bedrag der overbruggingsuit-
kering.
De onderafdeling Uitkerings- en Loonadmini
stratie is belast met het opmaken der uitbeta-
lingslijsten van de overbruggingsuitkering en
de loonlijsten der werkverschaffing.
Van 10 Juni 1946 af stelde deze onderafdeling
opnieuw de loonlijsten samen voor de Haagse
arbeiders, Jie in dienst waren bij de geallieerde
„Pioneer and Civil Labour Units”. Van 5 No
vember 1945 tot en met 9 Juni 1946 werd deze
GEMEENTELIJK BUREAU VOOR WERKLOZENZORG EN
PERSONEELSVOORZIENING TE 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1946.
d. Huisvesting.
Het Bureau was aan het einde van het jaar in
drie gebouwen gehuisvest.
In het gebouw aan de Waldeck-Pyrmontkade
120 zijn ondergebracht de afdelingen: Perso
neelsvoorziening; Personeelsreserve en Wacht
gelders; Boekhouding Werklozenzorg; Perso
neelszaken, Correspondentie en Registratuur.
In het kantoorgebouw Beijersstraat 113 zijn
ondergebracht de afdelingen: Sociale Uitvoe
ring der Overbruggingsregeling; Uitkerings- en
Loonadministratie; Cultureel Werk; Kas en
Werkverschaffing.
Ten behoeve van de Scheveningse werklozen
werd op 19 December 1946 een bijkantoor aan de
Badhuiskade 25 te Scheveningen geopend.
Het bijkantoor is belast met de behandeling
van de aanvragen om overbruggingsuitkering
van de te Scheveningen woonachtige werk
lozen en de verzoeken om hulpverlening inge
volge de regeling voor de sociaal economische
hulpverlening aan kleine zelfstandigen; tevens
geschiedt hier de uitbetaling.
Het Bureau, in 1945 ingesteld, was bij de aan
vang van het verslagjaar belast met dezelfde
werkzaamheden, als vermeld in het jaarverslag
over 1945.
In de loop van het jaar werd echter de steun
regeling voor kleine boeren en tuinders opge
heven, terwijl de uitbetaling van subsidiën ver
leend ten behoeve van particuliere wachtgeld
regelingen met ingang van 1 April 1946 werd
beëindigd wegens overneming van deze taak
door het Gewestelijk Arbeidsbureau. Gedurende
het gehele jaar werden voor de afwikkeling nog
werkzaamhedejaverricht (zie blz. 11).
In verband met de instelling van de Com
missie Zedelijk Gedrag op 5 Augustus 1946,
waarbij de directeur van het Bureau tot secre
taris der Commissie werd benoemd, werden de
hieraan verbonden administratieve werkzaam
heden door het Bureau verricht.
b. Afdelingen.
Aan de in het verslag over 1945 opgesomde
afdelingen werd één onderafdeling toegevoegd.
Op 1 Juni 1946 werd de afdeling Werklozenzorg
uitgebreid met de onderafdeling Cultureel
Werk.
a. Werkzaamheden.
c. Personeel.
Het personeel bestond op 1 Januari 1946 uit:
54 ambtenaren in vaste dienst, 70 in tijdelijke
dienst, 11 crisisambtenaren, 5 jongmaatjes-
ambtenaren en 9 werklieden (waaronder 1
wachtgelder).
Wegens de geleidelijke daling van de werk
loosheid en de invoering van meer efficiënte
werkmethoden was het mogelijk de personeels
sterkte langzamerhand te verminderen.
Aan het einde van het verslagjaar was het
personeel als volgt samengesteld.
56 ambtenaren in vaste dienst, 56 ambtenaren
in tijdelijke dienst, 3 crisisambtenaren, 1 wacht
gelder en 2 minder-valide ambtenaren.
BIJLAGE