I 1 32 1 I i Culturele Werkgemeenschap. 7 I In de Gemeenteraadsvergadering van 27 Mei 1946 werd een voorstel van Burgemeester en Wethouders van ’s-Gravenhage aangenomen om het Culturele Werk onder de overbruggingsuit- keringgenietenden ter hand te nemen. De uitvoering werd opgedragen aan het Ge meentelijk Bureau voor Werklozenzorg en Per soneelsvoorziening. Het doel van dit werk is te trachten de werkloze te verheffen uit de staal van materieel en soms ook moreel verval, waarin hij dikwijls is geraakt. Bovendien be staat hier een mogelijkheid tot toetsing van de werkwilligheid van de werkloze. De ontwikkelingscursussen zijn: e.h.b.o., han denarbeid, algemene ontwikkeling (o.a. Neder landse taal), eenvoudig Engels. Daarnaast werden bijeenkomsten georganiseerd, waarin onderwerpen van algemene aard aan de hand van kranten- of tijdschriftenartikelen werden besproken. Vervolgens werd regelmatig een in leider uitgenodigd, die een onderwerp van alge meen culturele aard behandelde, gevolgd door een vrije gedaehtenwisseling. Ten slotte werden excursies voor de cursisten gehouden naar ver schillende musea en bedrijven. 8j VERSLAG VAN HET BUREAU VOOR WERKLOZENZORG EN PERSONEELSVOORZIENING. het aantal personen, dat overbruggingsuitkering ontving, gesplitst naar de oorzaken der werk- Maart 1946. Juni 1946. December 1946. 75 46 56 102 25 27 52 15 30 15 8 19 Totaal 1 960; 2 712 4 672 1 324 1 690j 3 014 771 2 018 783 1 2111 1 994 Onderstandsperiode. Bedryfsklassen. 4 0,2 vrije be Leeftijdsgroep. 1) Georganiseerde werklozen. 2) Ongeorganiseerde werklozen. Aantal personen 76 30 448 In procenten van het totaal. 32 488 119 8 Aantal personen. 727 31 2 34 8 2 In procenten van het totaal. 6 In procenten van het totaal. 3 640 283 2 47 15 2 21 6 2 81 28 3 o 26 31 41 51 61 Totaal 1,2 1.9 1,9 1,9 24.7 C i 6 24 341 81 2 2 497 179 12 215 55 4 1 880 12 7 o 70 2 1 29 44 45 45 578 1 3,3 1,3 19.2 13 2 2 2 035 173 7 146 32 1 5 69 23 3 37,7 0,5 0,3 0.1 3,0 0,1 123 181 500 514 626 393 2 337 1 503 811 232 291 2 337 64,3 13,3 9,9 12,4 100,- 2,7 100,- 5,3 7,7 21,4 22,0 26,8 16,8 100,- 62 2 337 1 110 87 1 777 97 1 605 110 Ex-politieke gevangenen Gerepatrieerde arbeiders Ex-onderduikers Teruggekeerde geëvacueerden Personen, door andere oorzaken werkloos ge worden na 20-5-’45 Personen, werkloos vóór 20-5-’45. ondersteund Personen, werkloos vóór 20-5-’45, niet onder- j steund I 1 387 92 1 115 53 Aardewerk, glas enz. Grafische bedrijven en fotogra fische ateliers Bouwbedrijven Hout, kurk en stro Kleding en reiniging Leder, wasdoek en rubber Metaalnijverheid, scheepsbouw Papier Textiel Voedings- en genotmiddelen Land- en tuinbouw Visserij en jacht Handel Verkeer Verzekeringswezen Overige bedrijven, roepen Huishoudelijk personeel Ongeschoolde arbeiders Hoofdarbeiders (beroepen, waarvoor geen vakkennis is vereist) Totaal STAAT IV. Vergelijkend overzicht van loosheid. Gesplitst naar onderstandsperioden. 1 t./m. 13 weken 14 26 27 52 langer dan 52 weken Totaal I O 147 38 6 34 131 662 44 naar bedrijfsklassen. 1 127; 1 854 441 111 STAAT V. Aantal personen, dat overbruggingsuitkering genoot (uitge zonderd bijzondere regelings- en vorstgevallen) op 28 Decem ber 1946. a. Gesplitst 18 t./m. 25 jaar 30 40 50 60 65 September 1946. 1 H 6 1 247 b. Gesplitst naar leeftijdsgroepen. Aantal j personen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1946 | | pagina 383