36 21 Van de onder toezicht staande nazorgpatiën- ten werden er 3 475 (2 921) in het eigen gezin en 450 (254) bjj vreemden verzorgd, waartoe van 63 (60) pleeggezinnen gebruik werd gemaakt. Bij het begin van het verslagjaar waren 254 (278) patiënten in gezinsverpleging; in de loop van het jaar w'erden 196 (204) nieuwe patiënten geplaatst en 156 (228) afgevoerd, zodat op het einde van het verslagjaar nog 294 (254) patiën ten in gezinsverpleging waren. Er werden 35 (52) patiënten overgeplaatst naar een ander pleeggezin. In totaal waren er bij de gezinsver pleging dus 387 (484) mutaties onder de patiën ten. Er werden 2 057 (1136) controlebezoeken gebracht door artsen en maatschappelijke werk sters aan de pleeggezinnen. meente onderscheidenlijk verblijfplaats onbe kend 112 (232)militaire dienst 84 (1)ingesloten in gevangenis enz. 31 (0), totaal 930 (665). De toeneming in 1946 bedroeg dus 93 (202) nazorg pupillen. Onder de 1023 (867) nieuwe nazorgpatiënten waren 410 (166) nazorggevallen in engere zin, waarvan 186 (87) afkomstig uit de drie klinieken en 224 (79) uit de gestichten, terwijl 613 (701) gevallen onder „voorzorg” konden worden ge rubriceerd, zijnde deze naar de Dienst verwezen door familie, artsen of overheidsinstanties. Van de 3925 (3 567) patiënten waarover de bemoeiingen liepen, waren er 2 610 (2 388) man nen en 1 315 (1179) vrouwen. Hiervan waren ge huwd 1005 (869), ongehuwd 2 793 (2 585), in weduwestaat 76 (45) en gescheiden 51 (34). Van de ingeschreven nazorgpupillen traden 5 (9) in het huwelijk, terwijl 4 (13) huwelijken door echt scheiding ontbonden werden. Er werden 28 (43)x) kinderen geboren uit nazorgpatiënten. Op 1 Januari 1946 waren in arbeidstherapie werkzaam 159 (200) patiënten. Er werden 96 (157) nieuwe patiënten geplaatst, 96 (198) wer den af gevoerd, zodat op 31 December 1946 nog 159 (159) patiënten op deze wijze dagelijkse bezigheid vonden. Door de psychiater van de Dienst, die als adviserend psychiater van ge noemde Vereniging fungeert, werden deze patiënten geregeld gecontroleerd. In arbeidstherapie werden door bemiddeling van de ’s-Gravenhaagse Vereniging „Dr. Schroe der van der Kolk” 255 (357) pupillen te werk gesteld en wel 136 (175) in de nazorgwerkinrich- tingen voor volwassenen 58 (94) mannen en 78 (81) vrouwen, 64 (88) in de nazorgwerkinrichtin. gen voor kinderen (36 (49) jongens en 28 (39) meisjes) en bovendien 3 (4) mannen bij de Dienst der Gemeenteplantsoenen, 30 (31) patiënten bij de Stichting „Rosenburg” en ten slotte 22 (59) jongens in de land- en tuinbouwgroep van de Gemeentelijke School- en kindertuinen. Met de 1750 (1464) geesteszieken onder de bovengenoemde 3 925 (3 567) nazorgpupillen wordt het contact onderhouden op spreekuren van de psychiater en van de zusters voor maat schappelijk werk in een speciaal nazorg-consul- tatiebureau, alsmede door huisbezoek.Op de spreekuren van de psychiater werden 1822 (1768) voor- en nazorgconsulten verleend. De spreekuren van de zusters werden door 1955 (1 698) patiënten bezocht. De artsen en zusters brachten 4 475 (1448) huisbezoeken aan nazorg patiënten. De zusters legden 1450 (742) con trolebezoeken af aan pleeggezinnen; zij bezoch ten 167 (151) maal de werkinrichtingen, 61 (35) maal verschillende bureaux voor sociale zórg en verrichtten 24 (18) onderzoekingen voor het uitbrengen van een sociaal rapport, alles ten behoeve van nazorgpatiënten. Ter voorberei ding van het ontslag van patiënten uit klinie ken en gestichten brachten zij 118 (89) bezoeken aan verschillende ziekeninrichtingen, terwijl zij zich 106 (109) maal belastten met het transport van patiënten, meestal uit ziekeninrichtingep naar nieuwe nazorgadressen in de stad, minder vaak naar inrichtingen voor maatschappelijk ongeschikten buiten de Gemeente. Naast de bevordering van de arbeidstherapie werd ook dit jaar in samenwerking met het Gewestelijk Arbeidsbureau, afdeling Bijzondere Bemiddeling en daarnaast ook door recht streekse bemiddeling van de zusters voor maat schappelijk werk, zoveel mogelijk getracht om normaal betaalde passende arbeid in de vrije maatschappij voor de herstelde patiënten te vinden. T.a.v. de bemiddeling van het Gewestelijk Arbeidsbureau te ’s-Gravenhage kunnen geen cijfers ■worden gegeven. De zusters slaagden met haar bemiddelingswerk in 71 (43) gevallen (29 (18) mannen en 42 (25) vrouwen). De arbeids bemiddeling is van minder betekenis geworden, dan zij voorheen was, doordat ten gevolge van de tijdsomstandigheden, die een zeer sterke vraag naar arbeidskrachten meebrachten, ook de nazorgpupillen gemakkelijk op eigen kracht werk konden vinden. VERSLAG VAN DE GEM. GENEESKUNDIGE EN GEZONDHEIDSDIENST. Gezinsverpleging. Arbeidstherapie. i) Abusievelijk in 1945 vernield: 583 kinderen. I Nazorg voor geesteszieken.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1946 | | pagina 448