41 Namens curatoren der Gemeentelijke lycea, 2 J. K. TROMP, voorzitter. M.H. J.P.VAN BUTTINGHA WICHERS- VAN VOORST VADER, secretaresse. algemene voldoening keerde ook mej. Dr. N. A. Bruining terug als lerares in het Hebreeuws; zij had haar arbeid, althans officieel, moeten staken door de in de oorlogstijd voorgeschreven af schaffing van haar leervak. De ongunstige verwachtingen, waarmede som migen, het herstel van het schoolleven hadden zien naderen, werden niet vervuld. De strenge en tevens humane leiding van rector en docen ten werkte krachtig mede tot terugkeer van de normale gang van zaken. De leerlingen toonden over het algemeen te beseffen, dat de achter stand, veroorzaakt door de ellendige omstan digheden der laatste jaren, slechts door flinke krachtsinspanning in te halen zou zijn. Ook de resultaten van het eindexamen bewezen, dat de goede richting van de aanvang af was gevonden. Uitvoerige bespreking zou slechts herhaling kunnen brengen van wat in vorige verslagen reeds werd opgemerkt. Inrichting en toestand van het gebouw gaven bij voortduring aanlei ding tot tevredenheid; slechts de verwarmings- installatie toont na een dienst van bijna 40 jaren bedenkelijke verschijnselen van ouderdom en veroudering. De hoop, dat na de bevrijding de hogere bur gerschool voor meisjes het gymnasium zou ver laten, bleef onvervuld. Het gebouw aan de Stad- houderslaan bleek dermate te zijn beschadigd, dat het zeer kostbare herstel lange tjjd in beslag moest nemen. Het werk werd evenwel met voort varendheid aangevat, maar het schoolgebouw werd, na herstel, voor een groot gedeelte be stemd voor het Gemeentelijke Bureau voor de Huisvesting. Het College van curatoren meende zich te moeten verzetten tegen de hieruit voortvloeien de consequentie van voortzetting der symbiose - van meisjesschool en gymnasium. Na langdurige besprekingen werd het resultaat bereikt, dat bij het begin van de cursus 19461947 slechts een gedeelte der h.b.s. voor meisjes gastvrijheid zou genieten in het gymnasium. Hoewel door het organisatievermogen van de rector de hieraan verbonden bezwaren grotendeels bleken te kun nen worden overwonnen, spreken curatoren toch met nadruk de hoop uit, dat de tijd nabij zal zijn, waarin het gymnasium weder geheel baas zal wezen in eigen huis. Namens curatoren van het Gemeentelijk gymnasium, L. A. NYPELS, voorzitter. J. VAN IJZEREN, secretaris. Bij het begin van het verslagjaar bestonden er twee vacatures in het College, ontstaan door het overlijden van Mr. L. P. J. Michielsen in 1944 en door het gedwongen aftreden van mevr. C. DuparcSimons in 1941. Daar een aantal van 7 curatoren voldoende bleek, werd op dezerzijds voorstel slechts in één vacature voorzien door de benoeming van mevr. Dr. J. WarningDrost, zodat het curatorium als volgt was samen gesteld. Ir. J. K. Tromp, voorzitter, Mr. T. A. van Dijken, ondervoorzitter, mevr. M. H. J. P. van Buttingha Wichersvan Voorst Vader, secre taresse, Ir. J. J. M. Aangenendt, mej. Ds. W. S. Wjardi Beekman, Mr. B. C. S'lotemaker en mevr. Dr. J. WarningDrost, leden. Het lyceum Stokroosplein leed een groot ver lies, doordat de heer W. Boer benoemd werd tot inspecteur in Gemeentedienst, speciaal belast met het toezicht op de lichamelijke opvoeding. Wij gedenken de heer Boer als een voortreffelijk docent, die een zeer zuiver oordeel.over zijn leer lingen had. Mej. Dr. N. A. Bruining werd hersteld in haar functie van lerares in het Hebreeuws en ook de heren Dr. G. A. Boutelje, Dr. G. Italië en G. A. Mossel, die wegens hun afkomst waren ontsla gen, werden herbenoemd bij het lyceaal onder wijs. De eerste maanden van de nieuwe cursus waren niet alleen moeilijk voor de leerlingen, die nog niet ingesteld waren op regelmatig werken, maar ook voor de docenten, aan wie de uiterst zware taak werd opgelegd om rust en orde in de school te herstellen. Geleidelijk trad gelukkig een verbetering in. Met Kerstmis moesten verscheidene leerlin gen, die voorwaardelijk waren bevorderd, terug gezet worden. In dit schooljaar werden veel kinderen, die uit Indonesië gerepatrieerd waren, als leerlingen ingeschreven. Over het algemeen werd hun hou ding en hun ijver zeer gewaardeerd. Burge meester en Wethouders maakten voor hen de gunstige bepaling, dat zü, in afwijking van het betreffende artikel, bijlessen mochten ontvan gen van hun eigen docenten. De uitslag der eindexamens was bevredigend. VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS. Houding der leerlingen. Schoolgebouw. Huisvesting der hogere burgerschool voor meisjes. Verslag van curatoren der Gemeentelijke lycea over het schooljaar 1945 1946.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1946 | | pagina 496