Tot slot moet gewag worden gemaakt van het
afscheid van de Gemeentesecretaris Mr. Dr. J. J.
Boasson, die deze functie, na ruim 16 jaren,
wegens het bereiken van de daarvoor gestelde
leeftijd op 1 September 1947 neerlegde. In de
vergadering van de Gemeenteraad van 18
Augustus daaraan voorafgaande werd hem, als
symbool van dank, de grote gouden legpenning
der Gemeente overhandigd. Tevens werd hem
mededeling gedaan van het feit, dat het H.M. de
Koningin had behaagd hem te benoemen tot
Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
Tot zijn opvolger werd, met ingang van 1 Sep
tember 1947, benoemd de heer W. F. Wijthoff,
tot dusverre referendaris, hoofd van de afdeling
Financiën der Gemeentesecretarie.
kunst. In voorbereiding waren de totstandko
ming van de Jacob-Marisstichting voor de be-
vordering der beeldende kunst, van een Kunst
stichting voor de jeugd en van een coördinatie
der Haagse activiteiten op cultureel gebied met
steun van de overheid. De „Haagse Kunststich
ting”, bespeelster van de Koninklijke Schouw
burg, had in het verslagjaar met ernstige
financiële tekorten te kampen; een reorganisatie
legde de leiding voor het nieuwe seizoen, zowel
zakelijk als artistiek, in handen van één func
tionaris. Het herstel van het Gemeentemuseum
maakte goede voortgang. De Muziekhistorische
Afdeling werd 26 September 1947 officieel her
opend; ook kon een gedeelte van de Afdeling
Oude Kunstnijverheid weer in gebruik worden
genomen.
Wethouders enige honderden verzoeken om
rechtsherstel binnen, met de afdoening waarvan
terstond werd begonnen. Tal van schadeloos
stellingen werden uitgekeerd.
Ingevolge de Wet Rechtsherstel Overheids
personeel 1946, die op 1 Mei van het verslagjaar
in werking trad, kwamen bij Burgemeester en
IX