14
III. TERREINEN.
1
GEMEENTEPLANTSOENEN VAN 'S-GRAVENHAGE.
VERSLAG OVER HET JAAR 1947.
gen door de oorlog en de herstelwerkzaamheden
ontstaan, niet verstrekt worden; zodra de be
treffende opmetingen zijn verricht, zal in
volgende jaarverslagen vermelding van de
oppervlakte weer geschieden.
De gebruikelijke staat van oppervlakte der
plantsoenen en kosten van het onderhond per
eenheid en per inwoner over een reeks van jaren
kan wegens het ontbreken van de nodige gege
vens in dit verslag dan ook niet worden opge
nomen.
VI. BEPLANTINGEN BIJ GEMEENTE-
GEBOUWEN.
Aanleg van nieuwe werken buiten die, welke
betrekking hadden op herstel van oorlogsschade,
kwam in het verslagjaar niet voor.
IV. GEBOUWEN EN INRICHTINGEN.
Door de Dienst der Gemeentewerken werden
enkele voorzieningen in het administratiege-
bouw aan de Gaslaan 161 getroffen. Kleine
dagelijkse onderhoudswerken werden in eigen
beheer uitgevoerd.
- (-)
Het bedrijfsterrein werd iets kleiner door ver
koop van een gedeelte grond, behorende tot de
kwekerij aan de Kwekerijweg, aan de Konink
lijke Luchtvaart-Maatschappij. Een nauwkeu
rige opgave van de oppervlakte van het be
drijfsterrein kan thans, na de vele veranderin-
Het onderhoud van deze beplantingen werd
gedeeltelijk in eigen beheer en gedeeltelijk door
derden uitgevoerd.
Drie ambtenaren waren aan het einde van het
verslagjaar gedetacheerd nl.: 1 schrijver 2de kl.
bij het Gemeentelijk Electriciteits-Bedrijf, 1
boekhouder C bij de Gemeentelijke Leen- en
Voorschotbank (Consumentencrediet) en 1 boek
houder C bij het Haags Jublileum-Comité.
De onderhoudswerken geschiedden evenals
vorige jaren in eigen beheer.
VII. WANDELPLAATSEN EN PLANTSOENEN.
Met het herstel van de in de oorlog ontstane
schade aan plantsoenen en beplantingen werd
voortgegaan, voor zover de „wederopbouwop-
drachten” daartoe ontvangen werden. In dit
verband wordt verwezen naar het vermelde in
rubriek IX, Herstel en vernieuwingswerkzaam-
heden.
V. WERKTUIGEN, GEREEDSCHAPPEN ENZ.
De toestand, waarin zich de gereedschappen
bevinden maakt het nog steeds noodzakelijk, dat
hieraan meer dan normaal onderhoudswerk ver
richt moet worden. De moeilijkheden bij het ver
nieuwen van de gereedschappenvoorraad, waar
van het verslag over het dienstjaar 1946 reeds
melding maakte, deden zich ook in dit jaar voor.
ALGEMEEN OVERZICHT.
I. BEHEER.
De Dienst der Gemeenteplantsoenen werd be
heerd door Burgemeester en Wethouders, bij
gestaan door de Commissie van Bijstand in het
Beheer der Plaatselijke Werken en Eigen
dommen.
Deze Commissie bestond op 31 December 1947
uit mevr. N. C. Boumavan Strieland en de
heren J. W. van den Akker, Jhr. Mr. J. M. M.
van Asch van Wjjck, K. J. Nieukerke, G. W.
Hijlkema en P. P. J. Metscher.
Het voorzitterschap van deze Commissie werd
bekleed door de heer Ir. L. J. M. Feber, Wet
houder van Openbare Werken en Volkshuis
vesting.
-( -)
36 40)
58 8)
17 9)
- (-)
II. PERSONEEL.
Het personeel was op 31 December 1947 als
volgt samengesteld: 1)
BIJLAGE
Tijdelijke.
b. Werklieden.
Directeur
Technisch personeel
Administratief pers.
1) De tussen geplaatste cijfers geven de aantallen aan voor
het dienstjaar 1946.
Op arbeids-
overeenk.
Nieuwe aanleg.
Vaste.
21 19)
93 72}
23 23)
9(-)
Totaal.
1( 1)
29 28)
40 34)
70 63)
Vaste.
1( 1)
25 21)
14 13)
40 35)
i
o
Losse.
-(-)
3 40)
64 72)
17< 4)
5( 5)
4( 7)
22 19)
26 26)
Totaal.
21 19)
132(152)
145(103)
43 13)
5( 5)
Voorlieden.
Tuinlieden.
Plantsoenwerkers
Overige werklieden
Minder-validen
Onderhoud.
Herstel oorlogsschade.
ft
Tijdelyke.
a. Ambtenaren.
4( 2)
4 2)
146(114) 111 57) 89(121) 346(292)